In 1954 verrees daar óók een nieuwe ring,
het onoverdekte 'amfiteatro'. Deze
verbouwing bracht de capaciteit van het
stadion omhoog tot 120000. Drie jaar later
werd er kunstlicht aangelegd.
Voor het WK van 1982 in Spanje werd het
stadion ingrijpend veranderd. Zo werden
staanplaatsen gedeeltelijk omgezet in
zitplaatsen, waardoor de
toeschouwerscapaciteit terugliep tot 90000
en er verrees een nieuw dak over driekwart
van het stadion.
De combinatie van het kolossale bouwwerk
met de twee rechthoekige torens en de
ligging aan de dure Castellana gaven en
geven het stadion van Real Madrid een
enorme grandeur. De resultaten vanaf
1956, toen onder meer vijf keer achter
elkaar de Europa Cup 1 werd gewonnen,
droegen nog meer bij aan de status van het
stadion. Maar niet alles is er hosannah: de
harde kern, de Ultra Sur, kan slechts met
een vangnet in toom worden gehouden.
Een gracht kan bijvoorbeeld niet worden
gegraven, omdat de metro recht onder het
veld doorloopt. Naar verluidt is zelfs bij de
hoekvlag aan de zuidwestelijke kant te
voelen wanneer een metrotrein passeert.
Het past bij de ietwat ouderwetse
uitstraling, die het stadion óók heeft.
In 1955 kreeg het stadion de naam van de
voorzitter. Het was een eerbetoon van de
club aan de man die niet alleen voor een
weergaloos stadion had gezorgd, maar
onder andere ook schitterende grasvelden,
zwembaden en tennisvelden had laten
aanleggen. In 1960 werd Real Madrid de
eerste wereldkampioen door in het Estadio
Foto: Michel Sleutelberg
Santiago Bernabeu met 5-1 van Penarol te
winnen. In juni 1978 overleed Don
Santiago Bernabeu op 82-jarige leeftijd. Hij
was maar liefst 35 jaar voorzitter van Real
Madrid geweest.
Foto: Louis van de Vuurst
Gevestigde orde
In de loop der tijd verslechterde de relatie
met rivaal Barcelona steeds meer. Real
werd alom beschouwd als de club van de
gevestigde orde in Madrid, of dat nou een
koning of een dictator was, hoewel het
laatste natuurlijk verwerpelijker is. Naast
de politieke rivaliteit was er de sportieve.
Het eerste conflict dateert uit 1933 toen
sterspeler Juan Coma van Barcelona naar
Real Madrid vertrok. Legendarisch is het
getouwtrek om de in Argentinië geboren
Alfredo di Stefano. In 1953 wilden zowel
Real Madrid als Barcelona de aanvaller
inlijven. De Spaanse voetbalbond moest
tussen beide clubs bemiddelen. De bond
kwam met een absurd compromis; Di
Stefano zou het eerste jaar in Madrid en
het tweede jaar in Barcelona spelen.
Daarna zou er een defintieve beslissing
vallen. Di Stefano begon echter niet al te
AJAX MAGAZINE OKTOBER 1997