als hogere wiskunde Interview etbal door Armand Schreurs foto's Louis van de Vuurst Een thuiswedstrijd van Ajax volgen met Frans Hoek naast je op de perstribune, of hoe voetbal hogere wiskunde wordt. Hij heeft oog voor detail, het gaat om meters en bij voorkeur om centimeters bij het positiespel. Het spelletje dat in de Arena telkens om en nabij de vijftigduizend voetballiefhebbers kan vermaken, wordt plots voor je open geplooid als een grote puzzel waarvan Frans alle stukjes kent en waarvan hij weet hoe ze in elkaar moeten passen. Frans Hoek, de keeperstrainer van Ajax, is een unicum in zijn vak. Vooral omdat hij een selfmade man is, die grotendeels uit eigen inzichten zijn job opbouwde. Nog voor hij dertig was, moest hij met het actieve voetbal in de PTT Telecompetitie stoppen wegens een blessure, maar het zwarte gat dat elke topsporter vreest, doemde nooit op. Bij gebrek aan tijd wellicht, want hij putte meteen kracht uit zijn onderwijservaring om bij Ajax net dat vak te komen doceren, waar hij met zoveel bezieling over praat. Want het enthousiasme, waarmee hij zijn werk beoefent, overwint je, beetje bij beetje. Dit soort mensen hoort thuis in de top. Louis van Gaal weet dat. Hij neemt Frans mee naar het buitenland nadat hij liefst twaalf seizoenen voor Ajax werkte. Veertig is hij nu, de Zwaagse trainer, die overal in Europa op zoek kan naar keepers die met witte kousen willen spelen. Afgescheurde kniebanden en een meniscusblessure luidde de diagnose toen Frans Hoek op zijn achtentwintigste uitviel tijdens een wedstrijd van Volendam tegen FC Twente. 'Het was onverantwoord om mijn carrière verder te zetten, dus stopte ik er meteen mee', legt hij uit. En van af dat moment werd hij keeperstrainer, haast van de ene dag op de andere. Hoek vroeg zichzelf af wat het woord keeperstrainer nu eigenlijk betekent. Hoek: 'Het werken met doeltrappen werd in elke club traditioneel toevertrouwd aan een assistent, maar een specifieke taak was het

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1997 | | pagina 91