De fans
Een autoreis naar Lille
door Mark van den Heuvel, het Parool
K
Foto: Louis van de Vuurst
Foto: Louis van de Vuurst
De reistijd tussen Amsterdam en Lille
bedraagt ongeveer vier uur met de auto,
opper ik, zo nonchalant mogelijk. 'Fout,'
zegt Louis van Gaal. 'We gaan het doen in
drieëneenhalf uur.'
Het is een koude februaridag, 1993, en
Ajax speelt volgende maand in de
kwartfinales van het UEFA-Cuptoernooi
tegen het Franse Auxerre. Met z'n drieën,
Louis, Ton Pronk en de verslaggever
zonder rijbewijs, hebben we afgesproken
op een bijveld van de Meer, waar eerst nog
even naar een juniorenwedstrijd gekeken
wordt.
'Goed zo,' zegt Van Gaal tevreden als hij
mij begroet. 'Je bent naar de kapper
geweest.' We kunnen op weg en
vertrekken precies vier uur voor aanvang
van de wedstrijd tussen Lille en Auxerre.
Louis van Gaal zegt dat hij niet al teveel op
'voetbaltechnische zaken' kan ingaan, met
een journalist zo dicht in de buurt.
Onderweg eten we een vies broodje en we
arriveren ongeveer vier minuten voor het
begin van de wedstrijd in de Noord-Franse
stad.
Wie er won, Lille of Auxerre, weet ik niet
meer en ik heb ook geen zin om het op te
zoeken. Wat maakt het uit?
Belangrijker was de terugreis, al die uren
in een kleine ruimte met Louis van Gaal.
Ik probeer hem duidelijk te maken dat
lang niet alle media het slechtste met hem
AJAX MAC.AZINE ILiLI 1997
125