laatste nummer van Hard Gras, dat in zijn
geheel aan de vijftigste verjaardag van
Cruijff gewijd was, en twee boeken over het
leven van Cruijff, geschreven door Bert
Hiddema. Het was prachtig weer en de
terrasjes zaten vol Ajax-supporters, bezig
met hun eigen warming-up voor de
wedstrijd tegen Juventus. De serveerster
van De Kroon bracht mij een Jack Daniels
zonder ijs, die ik vanwege de prijs
aandachtig nipte. Een straatartiest speelde
op zijn mondharmonica 'Ajax wint de
wereldcup'. Achter hem stopte lijn 20, als
om hem een decor te verschaffen. De tram
was beschilderd met alle cups, bekers,
schalen en prijzen die Ajax tot heden
gewonnen had. Iets daarna stopte een 9.
Volgens de route zou dat eigenlijk de Ajax-
tram moeten zijn, maar de Meer ligt tegen
de vlakte en de tram was graffiti-vrij geel.
De mondharmonicaspeler haalde
nauwelijks geld op. Ik lees in Hiddema
over Manus, de vader van Johan, die
onverwacht op vijfenveertigjarige leeftijd
was komen te overlijden. Ik lees in Hard
Gras een sociologische verhandeling van de
hand van Hubert Smeets waarin wordt
betoogd dat Cruijff altijd een wonderkind
van zijn tijd is geweest. Citaat: 'De
arbeidersklasse stijgt, de middenklasse
groeit en de elite wordt minder elitair. Je
kan het zien in het stadion. Niet Piet Keizer
en ook niet Jan Mulder, maar Johan Cruijff
heeft deze omwenteling in Nederland in
zijn persoon samengebracht. In de
persoon Cruijff laat zich minstens een
kwart eeuw Nederland weerspiegelen.' Zou
ik hem hierover morgen ondervragen?
Moet ik alle momenten met hem
doornemen waarop hij het gevecht aanging
met de temporaire regenten? Zal ik het
hebben over de momenten waarop hij bij
Ajax vol liefde in de armen werd gesloten
en over de schijnbaar onvermijdelijke
momenten waarop hij door enkelen werd
uitgekotst? De geschiedenis van de Ajacied
Cruijff is er een van iemand naar wie men
verlangt als hij er niet is en die men
Foto: Louis van de Vuurst