Botsende karakters
Gastcolumn
Ik ging naar de Bijlmer om de Arena te zien. En om Ajax weer eens
te bewonderen, vanzelfsprekend. Maar eigenlijk was ik het meest
nieuwsgierig naar de persconferentie na afloop van de wedstrijd, in
het bijzonder naar het optreden van trainer Louis van Gaal. Ajax
won de klassieker tegen Feyenoord, dus Van Gaal moest in
opperbeste stemming verkeren.
Als hij na afloop van Ajax - Feyenoord de perskamer betreedt, zie
ik strakke, wijd open gesperde ogen waarin ik lees: 'Pas op, Louis,
je treedt nu vijandelijk gebied binnen.' Even later, midden in een
monoloog over het veld van Leeds United, over Overmars-zus en
Babangida-zo, roept hij ineens een verslaggever tot de orde omdat
diens mobiele telefoon een paar keer rinkelt. Hoorbaar, maar zeker
niet hinderlijk. 'U hoeft hier helemaal niet te komen, hoor,' bijt
Van Gaal de rood aangelopen man toe.
Hoe komt het toch dat Van Gaal met zo ongeveer de hele Nederlandse
sportpers in de clinch ligt, lag of nog gaat liggen? Dat komt omdat
de karakters van Van Gaal en die van sommige vertegenwoordigers
van De Sportpers eenvoudig onverenigbaar zijn: win je de Champions
diplomatieker: wint Ajax, dan toont hij zich een liefhebber van het
spelletje en gedraagt hij zich dientengevolge haast onvermijdelijk
als een veredelde pr-man van de club. Gaat het wat minder, dan
bekoelt de Ajax-liefde ook bij het sportjournaille vrij snel en
werpen de Broeders van het Vrije Woord zich plotsklaps op als
'kritische interviewers', die van het Van Gaaltje-pesten een nieuw
gezelschapsspel maken. Dat kon een half jaar geleden ook
gemakkelijk want Ajax leek over zijn hoogtepunt heen en Van Gaal
ging toch naar het buitenland. Maar zie, de Godenzonen winnen
weer en hup, daar draaien ze weer om de Maestro heen in de hoop
op een aardig woord, een betekenisvolle blik of desnoods een flard
van zijn parfum.
Sommige sportjournalisten, en zeker niet de slechtste, hebben geen
moeite met die rolverwisselingen. Voor mensen als Van Gaal, die
het in een vergelijkbare situatie nog liever zouden besterven, is
dergelijk gedrag volstrekt tegennatuurlijk, onbegrijpelijk en dus
bedreigend.
Ik mag die Van Gaal wel, zelfs als-ie ongelijk heeft.
Foto: Yvonne Witte
door Frans van Deijl
League, dan kussen ze je voeten, verkeer je met je elftal in een
moeilijke fase, zoals voor de winterstop, dan staan dezelfde
hielenlikkers klaar om je te slachten. En ze doen dat niet eens in je
gezicht, was het maar waar, ze verrichten hun verachtelijke werk
op laf krantenpapier of in een studio ver van Amsterdam
vandaan - zoiets.
Van Gaal kan het niet vatten, en geheel onbegrijpelijk is dat niet.
Zo blijft het voor mij ook uiterst merkwaardig om RTL-journalist
Henk van Dorp na afloop van Ajax - Feyenoord tegen Danny
Blind te horen zeggen: 'Danny, bedankt voor de mooie avond.'
Tenzij Ferry Mingelen van Den Haag Vandaag na een ternauwernood
afgewimpelde kabinetscrisis Wim Kok in de wandelgangen ook
toespreekt op het niveau van 'Wim, bedankt voor een mooie
avond'. Nee dus, gebeurt niet. Zoals ik evenmin kan volgen dat na
die persconferentie de verslaggevers Joost de Vries en Frits Barend
trainer Van Gaal aanspreken en hem bijna smeken om na een
kennelijk ontstaan geschil weer on speaking terms te komen. Waar
is het zelfrespect van deze heren gebleven: of ze hadden eerder hun
excuses moeten aanbieden voor de eventuele faux pas die ten
grondslag ligt aan de ruzie, óf ze zwijgen met de soevereiniteit van
een Winnende Coach, maar je gaat toch niet door het stof, en al
helemaal niet waar al je collega's bij staan. Dan maar geen verzoening!
Vermoedelijk denk ik te rechtlijnig. Een sportjournalist is