'Als je goed over sport wilt schrijven moet je de sport van dichtbij hebben meegemaakt' goeds doen of als er iets mislukt. Ik haak af als ik het moet volgen vanuit een soort vogelperspectief. En dan dat commentaar erbij. Verschrikkelijk, gruwelijk. Er wordt helemaal niets gezegd. Een aaneenrijging van clichés.' Stiletto-hakken Aan wat er in kranten over voetbal staat, begint ze maar niet eens. Zoveel clichés achter elkaar, dat er uiteindelijk niets meer staat. Hetzelfde geldt overigens, zegt ze, voor muziek- en kunstjournalistiek: over het algemeen geschreven in holle, betekenisloze zinnen. Misschien, zegt Landvreugd, is onze woordenschat ontoereikend om goed over muziek of sport te schrijven. Maar dat betekent nog niet dat het onmogelijk is. 'Is schrijven over liefde of dood dan zoveel anders dan schrijven over voetbal of sport? Dat er zo weinig goed over voetbal of sport wordt geschreven komt omdat de meeste schrijvers zelf niet sporten. Het is mode dat schrijvers nu net doen of ze in voetbal zijn geïnteresseerd. Maar noem mij een schrijver die aan sport doet. Chris Keulemans is een van de weinigen. Als je goed over sport wilt schrijven, moet je de sport van dichtbij hebben meegemaakt.' Zelf zou ze wel eens iets over sport willen schrijven. En het zou haar lukken ook, zegt ze. 'Een mooi verhaal over kickboksen. Ik heb jarenlang gekickbokst. Mooie sport. Vooral het Thai-boksen, waarin nog meer is toegestaan. Gemeen? Wat is gemeen? Knietjes of ellebogen geven mag, ja. Dat maakt het mooi. De snelheid van de sport ook. Je moet voortdurend op je hoede zijn. Als toeschouwer is het fascinerend om naar die afgetrainde lichamen te kijken. Prachtig als je de spieren in zo'n rug ziet bewegen. Regelmatig ga ik naar kickboks-gala's. Lucia Rijker, hè. Mijn favoriet. Jammer dat ze nu alleen in Amerika vecht. Een plaats vooraan bij de ring, zodat ik het zweet echt kan ruiken. En dan het publiek natuurlijk. Heerlijk. Bij het gewone boksen komt de quasi-chic van de Albert Cuyp; jongens met grote ringen om hun vingers, meiden met stiletto-hakken. Bij het kickboksen is het minder quasi-chic en meer penose. Maar dan de echte.' Borrelende fantasie Schrijven moet. Niet voor de roem, zegt ze, want 'schrijvers worden toch nooit beroemd'. Nee, het is dwangmatig 'naar buiten treden'. 'Ik schrijf omdat ik denk dat ik iets te zeggen heb. Ik kan me niet voorstellen dat ik niet zou schrijven. Ik stik van de ideeën, de godganse dag borrelt m'n fantasie. Of je nu potten bakt, danst, toneel speelt, schrijft: iedereen die een creatief vak uitoefent denkt iets te zeggen te hebben. Het is niet voldoende dat voor jezelf te doen. Ik moet het naar buiten brengen. Als ik het in mijn bureaula laat liggen, zal niemand het lezen. Ik zal altijd een manier zoeken om naar buiten te brengen wat ik te zeggen heb. Het gaat me niet om het doen van een statement over hoe de wereld in elkaar zit; het is de veronderstelling dat mijn manier van kijken naar de dingen iets toevoegt. Ik kan moeilijk de hele dag m'n vrienden vervelen met m'n fantasieën en observaties. Daarom schrijf ik ze maar op.' De ene dag tikt ze 'een paar kantjes weg', de volgende dag blijft ze steken in een idee. Als het niet lukt, wil het wel eens helpen een kilootje appels te halen op de Albert Cuyp. 'Meestal kom je niet verder als je nog niet weet wat je wilt zeggen.' Als ze weet waarover het moet gaan, is het een kwestie van doortikken. Af en toe een tv- scenario, tussendoor werken aan een kinderboek, voorbereidingen treffen voor een roman die zich afspeelt in de Surinaamse coke-mafia. Soms een verhaal in opdracht, waardoor ze wordt gedwongen rekening te houden met een verschillend lezerspubliek. 'Een verhaal over gangbangen lijkt me voor een blad als de Viva niet zo geschikt. Voor een blad als Playboy kan dat juist wel. Het is nu ook weer niet dat ik me de hele tijd zit af te vragen wat mensen willen lezen. Maar ik wil het verhaal dat ik heb te vertellen toch min of meer begrijpelijk houden. Ik heb het verhaal gemaakt, dus ik begrijp ook alles. Ik heb een literair agent. Zij treedt op als mijn referentiekader, zij is mijn ideale lezer. Als zij het begrijpt, dan is het goed.' De Bosnegers Kind van een Nederlandse moeder en een Surinaamse vader. Verwekt in Suriname, geboren op Texel. Tot ze op haar zeventiende naar Amsterdam vertrok was ze, door haar kleur, een opvallende verschijning tussen de eilanders. 'Texel is een kleine gemeenschap, waar iedereen elkaar kent, waar de kerk nog een voorname rol speelt, waar je voortdurend op je woorden moet letten. Ik weet bij god niet of al die dingen bepalend voor mij zijn geweest. Ik heb aan Texel in ieder geval m'n liefde voor de natuur overgehouden. Het leven op zo'n eiland staat haaks op het leven in een grote stad. Zoiets als

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1997 | | pagina 195