Interview
Een m
•oie
maar met te
eel
door Raymond Bouwman
Het leven heeft een vlucht genomen. Zoals er over Willeke een musical is
geschreven, zo zou er nu al een film over het leven van Patrick Kluivert gemaakt
kunnen worden. Hij komt pas kijken, maar heeft alles al gezien. Dit is pas zijn
derde seizoen in Ajax 1, maar nu al heeft hij alle pieken en dalen van het
(voetbal)leven doorgemaakt. Het script is vaak iets te dik aangezet, met een
neiging naar de pathetiek. En het einde is geforceerd. Willeke zingt nog steeds,
en Patrick voetbalt.
De film begint met Kluivert die een
journalist zijn jongenskamer laat zien.
'Hier sliep ik,' zegt hij, terwijl het beeld
vervaagt en er een jongen onder een Ajax-
dekbed ontwaakt en voor het eerst naar de
training gaat van de Ajax-selectie.
Generatiegenoot Clarence Seedorf heeft die
stap al eerder gemaakt. Aan hem trekt de
jonge Kluivert zich op, en aan Edgar
Davids, de iets oudere Ajacied die ook uit
Amsterdam Noord afkomstig is en ook bij
Schellingwoude begon. Hij besluit zich zo
min mogelijk te laten imponeren door de
omstandigheden. De eerste bal op Frank
Rijkaard, met wie hij ooit nog als mascotte
op de foto is gegaan, komt goed aan. Hij is
enigszins verbaasd als Louis van Gaal
tijdens de voorbereidingsperiode over hem
zegt: 'PSV heeft Ronaldo; wij hebben
Kluivert.' In de buitenwereld geldt deze
uitspraak lang als het beste bewijs voor de
snoeverigheid van Van Gaal, die zich
gedraagt als een kind dat vindt dat het voor
zijn verjaardag het verkeerde cadeautje
heeft gekregen. Ronaldo stond bovenaan
het verlanglijstje. Het Braziliaanse
wonderkind werd echter, onder nog altijd
onopgehelderde omstandigheden, voor de
Amsterdamse neus weggekaapt door PSV.
Kluivert was een product van de Ajax-
opleiding. Kwaliteit had hij zeker, maar of
het de nieuwe Ajax-spits zou worden,
daarover bestond grote twijfel. Niet bij Van
Gaal, die in hem wel degelijk de opvolger
zag van Stefan Pettersson. In de wedstrijd
om de Super Cup, de latere Johan Cruijff-
schaal, scoorde Kluivert en had hij eenmaal
een assist. In de daaropvolgende wedstrijd,
zijn eerste competitiewedstrijd, volgde hij
de traditie van Cruijff, Kieft en Van Basten:
hij scoorde. Al tijdens die wedstrijd tegen
RKC begint het er inderdaad op te lijken
dat Van Gaal niet gebluft heeft. Kluivert
raakt geblesseerd door een schop van
Streppel en wordt in de rust vervangen
door Nordin Wooter, met wie hij het jaar
ervoor nog in de Al speelde. Ook Wooter
scoort overigens.
Tijdens het seizoen ontwikkelt Kluivert
zich tot een veelzijdige spits. Hij is rap aan
de bal en meedogenloos voor het doel.
De film laat beelden zien waarbij het door
het steeds lagere camerastandpunt lijkt
alsof Kluivert steeds groter wordt, tot hij
uiteindelijk zichzelf en de aardse
beperkingen lijkt te ontstijgen.
Onsterfelijk wordt hij als hij als invaller de
beslissing brengt in de Europa-Cupfinale.
Twintig minuten voor tijd zet Van Gaal
34
AJAX MAGAZINE JANUARI 1997
