Foto: Louis van de Vuurst
speler gedroeg hij zich op het veld als
trainer. De Mos, die toen in de dug out zat,
pakte het slim aan. Hij beschouwde Johan
als zijn verlengstuk in het veld en dat heeft
hem geen windeieren gelegd. Johan kon als
speler een elftal sturen. Hij slaagde erin om
de tien anderen op een hoger niveau te
doen spelen. Hij kon ook binnen vijf
minuten een paar positiewisselingen
doorvoeren waar het team beter door ging
functioneren. Later moest hij vanaf de
zijlijn coachen. Dat bleef interessant, maar
als speler was zijn impact uiteraard groter.'
Hans Galjé koestert zijn Ajax-tijd. Mooie
herinneringen zat. 'Zoals die 8-2 tegen
Feyenoord, in de stromende regen in het
Olympisch stadion. Cruijff speelde bij
Feyenoord. Het was het dagje van Marco
en Jesper Olsen. In de Europa Cup
herinner ik me de partijen tegen Celtic en
Tottenham, dat toen een superteam had
met Adiles, Villa en Glenn Hoddle. Tegen
Olympiakos Pirraeus kwamen we in een
heksenketel terecht, waar we in de
verlengingen sneuvelden.'
Galjé kiest duidelijk voor de wedstrijden
waarin hij onder grote druk stond. 'Dat is
geen toeval. Dan presteerde ik ook het best.
In de toppers kreeg ik veel werk en kon ik
in de wedstrijd groeien. Als ik fouten
maakte, overkwam me dat eerder in de
rustige partijen waarin ik slechts één of
twee ballen hoefde te pakken. Op zulke
dagen had ik het er moeilijk mee om
optimaal geconcentreerd te blijven.'
F-side
Een reden te meer om de herinnering aan
Ajax hoog te houden, is gelegen in de
gezelligheid van de Meer, die Galjé als
Ajax-keeper zo goed kende. 'Ik was laatst
in de Arena en ik vind het een
indrukwekkend stadion. Voor de F-side
moeten ze wel wat doen. Ik stond voor hen
te keepen. Zij zijn degenen die je nooit
laten vallen. Ze scanderen je naam, reizen
mee naar uitwedstrijden. Ik hoop dat men
iets voor hen kan realiseren, zodat ze
AJAX MAGAZINE JANUARI 1997
137