Sloopsteen Column door David Endt De maagdelijkheid van het interieur wordt geschonden door een grote klomp steen. Grove bakstenen, aan elkaar gelijmd met cement, van onder plat, van boven verbrokkeld. Een stukje hoek dat aan de buitenkant vuilbruin is en van binnen een liever geel blijkt te zijn. Het gekraakte stuk muur staat tussen de strakke lijnen van het moderne kantoor als een antiek en toch abstract kunstwerk. Het is ontheemd maar toch op zijn plaats, rechts naast mijn bureau van kunststof, op de brede vensterbank. Net als iedereen in dit gloednieuwe gebouw, moet ook deze steenklomp van vijfendertig centimeter hoog, achttien centimeter breed en twintig centimeter diep wennen aan zijn omgeving. Er zit nog geen leven, geen ziel in het net betrokken complex. Dat komt nog, dat heeft zijn tijd nodig. Sfeer moet groeien, sfeer kan je niet installeren, maar wordt door de mensen en door de gebeurtenissen bepaald. Het stuk steen is een eerste stap naar het creëren van een sfeer die het futurisme van het nieuwe stadion Amsterdam Arena moet schragen met het bewustzijn dat het verleden ten grondslag ligt aan de nieuwe tijd. 'Wie zijn verleden niet wil kennen, heeft geen toekomst,' zei een Griekse journalist eens tegen mij. En Grieken kunnen dat weten. Bij mijn laatste bezoek aan de Meer plukte ik de bakstenen hoek uit de puinhoop die eens de Diemenzijde had gevormd. Herinneringen aan het veld waar ik nu over liep, welden als tranen in mijn gedachten op. Een veld dat zo geopend geen voetbalveld meer was maar een grasveld, niet meer. De magie had door het neerhalen van de muren kunnen vluchten. Een strook aangevreten grasland met de afmeting van een voetbalveld. Zo, in zijn totale ontbinding, was het stadion zielloos. Puin is zielloos wanneer het een geheel vormt. Pas wanneer je er iets uittilt, en dan tegen het licht houdt of in een andere omgeving plaatst, komt de ziel terug. Beter was het om weg te gaan. Bij de resten van de Diemenzijde vond ik de hoeksteen. Met een platte onderkant. Daarboven gekraakt en brokkelig. Vier gemetselde stenen. Van buiten grauwbruin, van binnen vriendelijk geel. De baksteen die architect Roodenburgh had gekozen als het vel voor zijn stadion. Het was meer dan zestig jaar nadat deze stenen, een paar seconden, als eenvoudige kostbaarheden in metselaarshanden hadden gelegen. Dat ze door die handen even waren gewogen voordat zij werden geplaatst en geschikt, als onderdeel van een muur van een allengs vorm krijgend stadion. Verweerd van buiten maar nog vers en trots en krachtig van binnen. Ik wikkelde het brokstuk in mijn jas en legde het op de achterbank van mijn auto. Een sloopsteen met een ziel. Foto: Louis van de Vuurst AJAX MAGAZINE OKTOBER 1996 141

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1996 | | pagina 141