'Vooral de laatste cup is mijn uitdaging dit seizoen. Die heb ik nog nooit gewonnen en dat steekt me enorm. Daarom moet en zal die Van Wagtendonk-beker in de wacht gesleept worden.' Snelheid door nieuwkomers bij E1 Twee nieuwe aanwinsten zijn er bij de El te bewonderen dit seizoen. Glyner Plet, een echte nummer zeven. 'Hij is nog erg stil en verlegen en moet zich meer in het team mengen,' vindt trainer Patrick Ladru. Nickey Maduro, die de nummer-9- positie gaat bezetten, is afkomstig van een half veld en moet nog erg wennen aan de buitenspelregel. 'Daar begrijp hij nog helemaal niets van,' zegt Ladru. Hij loopt constant buitenspel, dat is iets waar hij hard aan moet werken om het af te leren. Eén wedstrijd heeft hij niet buitenspel gelopen, maar dat kwam omdat de laatste man van de tegenpartij rond de eigen zestien bleef hangen.' Ladru is ondanks de kleine kanttekeningen wel zeer tevreden met de nieuwkomers omdat zij een hoop snelheid aan de ploeg hebben toegevoegd. Mickey Stefels en Yannick de Wit speelden vorig seizoen al in de El. Beiden zijn aanvoerder. 'Om de beurt dragen zij de band om hun arm, dat is goed voor het elftal, omdat twee spelers meer overwicht hebben dan een speler. Bovendien kweek je tussen de jongens onderling gezonde concurrentie en daar worden ze alleen maar beter en sterker van,' meent Ladru. De E'tjes speelden in de voorbereiding twee toernooien, waaronder het DCG toernooi. 'Daar werden leuke wedstrijden gespeeld en ook op het Zeeburgia-toernooi hebben de jongens goed gepresteerd,' meldt leider Henk van Teunenbroek trots. Patrick Ladru heeft nog veel kritiek op zijn elftal. Hij mist van zijn spelers de wil om te winnen.' Ze moeten meer inzet en karakter tonen.' Hij wijt het gebrek aan Amsterdamse bluf aan de omstandigheid dat maar liefst tien van de vijftien jongetjes van buiten Amsterdam komen, ze zijn hem niet brutaal genoeg. 'Ik vind ze te lief, zowel binnen als buiten het veld.' Vorig seizoen is de E2 fluitend kampioen geworden, dit jaar moet er geknokt worden. 'Ze staan nu tegenover jongens die zeker twee, maar soms wel drie jaar ouder zijn. Het feest is over, er moet nu gebikkeld worden,' zegt Ladru, die inschat dat dit elftal in de middenmoot eindigt. De trainer is wel positief over de verhouding tussen links- en rechtsbenige spelers. Ladru beschikt over vijf linkspoten, een aantal waar menig oefenmeester jaloers op zal zijn. Jongste Ajax-lid ooit Ook de E2 staat onder leiding van Patrick Ladru. In tegenstelling tot de El komt deze selectie, op vier jongens na, in zijn geheel uit Amsterdam. 'Dat is goed te merken ook. De Amsterdammertjes hebben veel power en lef. De sensatie van het blik nieuwbakken Ajacieden is Leandro Resida, het jongste lid van Ajax ooit. 'Hij is een supertalent,' zegt Ladru. 'Hij is pas zes jaar, maar hij kan al dingen om je vingers bij af te likken. Het enige wat hij nog wel goed moet leren is overspelen, daar heeft hij een broertje dood aan.' Opvallend is dat Resida in zijn eerste interview over zijn voetbalkwaliteiten liet doorschemeren dat het hem niet beviel dat zijn medespelers niet overspelen, waardoor hij te weinig kan scoren. Hij heeft dus duidelijk een andere visie op het spelletje dan zijn trainer. Jeffrey Sarpong en Elio Egas zijn de oude getrouwen in de formatie van Ladru en leider Edwin Kortlevers. 'Egas is een nummer 4 en presteert heel goed op die positie,' vindt Ladru.' Het heeft veel voordeel om een oudgediende in het elftal te hebben, zeker op die plek. Je hebt een dirigent nodig.' Een groot probleem in een zo jonge en nieuwe ploeg is het overspelen. Allemaal zijn ze gewend de man te zijn van het elftal, iets wat bij hun vorige verenigingen ook zeker het geval geweest zal zijn. Nu gaan ze op in een groep spelers die net zo goed zijn als zijzelf, maar de meesten willen daar nog niet aan geloven. Pingelen staat bovenaan hun prioriteitenlijst. 'Het is de bedoeling dat ze overspelen, maar ik zeg ze wel iedere keer voor de wedstrijd: als het kan, ga je je tegenstander voorbij. Daardoor krijg je veel solistische acties, maar zo blijft het wel leuk voor die kinderen.' Ladru vindt het belangrijk dat ze spelvreugde houden en vindt het jammer dat dat hun ouders moeilijk uit te leggen is. 'Je moet die kinderen in de wedstrijd laten gaan, op de training worden ze strak gehouden. We trainen drie keer anderhalf uur in de week, we hebben dus alle tijd om die jongetjes te leren overspelen en te combineren. Vaak missen ze nog de kracht om dat te doen. Ze kunnen nu nog hooguit een pass van vijftien meter geven, verder komen ze absoluut nog niet. Alles komt met de tijd,' verzucht Ladru hoopvol. 'Laat alle vaders en moeders hun geduld bewaren, dan wordt de E2 dit seizoen opnieuw kampioen.' Het openingstoernooi op de Toekomst. Foto: Louis van de Vuurst 110

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1996 | | pagina 110