Marc Overmars
Profiel
door Simon Zwartkruis
foto Louis van de Vuurst
Geboortedatum:
29 maart 1973
Bij Ajax sinds:
1991
Jeugddroom:
Simpel, ik wilde profvoetballer worden. Vanaf mijn veertiende had ik het traject zo'n
beetje voor ogen. Via de subtop naar een Nederlandse topclub, daarna het Nederlands
elftal en ooit een grote club in het buitenland.
Kleur:
Blauw. Dat duidt op mooi weer, hè? Een strakblauwe lucht achter een paar witte wolkjes,
prachtig is dat. Wat kleding betreft gaat mijn voorkeur uit naar zwart.
Geur:
De geur van net gemaaide velden, waarop je in de zomer de eerste oefenwedstrijden speelt.
Niveau Nederlandse competitie:
Is vrij hoog. Het aantal clubs dat naar de top drie komt kruipen, groeit.
Moeilijkste tegenstander:
Dat ligt meer aan jezelf. Als je je dag niet hebt, ben je je eigen tegenstander. Maar als ik dan
toch wat namen moet noemen: Vierklau van Utrecht en Senden van Roda zijn heel goede
verdedigers.
Eten/drinken:
Ik eet het liefst een Nederlandse stamppot. En drinken, in de zomer ijsthee. En een rood
wijntje vind ik lekker. Als ik uitga drink ik een mixje. Af en toe.
Vriendschap:
Dat zijn de jongens die ik van kleins af aan ken, jongens van het schoolplein tje. En uit mijn
tijd bij Go Ahead Eagles heb ik een paar goede vrienden overgehouden, Toine Rorije en
Martijn Pothoven.
Vakantie:
Dit jaar niet. Ik ga met mijn vriendin een weekje weg, verder zal ik blijven doorwerken aan
mijn herstel. Maar als ik op vakantie ga, wil ik niet twee weken op het strand liggen. Ik heb
bewegingsvrijheid nodig, moet eropuit kunnen als ik daar zin in heb.
Leven in een etalage:
Hoge bomen vangen veel wind, daar leer je mee om te gaan. En we verdienen uitstekend,
dan moet je over dat soort dingen niet zeuren. In Nederland valt de aandacht, in
vergelijking met andere landen, nog wel mee. De roddelbladen? Die lees ik zelfs niet eens.
Hoogtepunt:
Dat zijn er meer. Het moment dat ik bij Ajax tekende was het eerste hoogtepunt. De prijzen
die we hebben gewonnen, mijn debuut in het Nederlands elftal.
Dieptepunt:
Lijkt me duidelijk, mijn knieblessure. Tot nu toe gaat het prima, alleen toen het EK begon
te leven was het effe lastig voor me. Ik had me ook voorgenomen niet naar Engeland te
gaan kijken, maar uiteindelijk heb ik me over laten halen om toch te gaan.
Twee wensen:
Pfoeh... Eigenlijk heb ik geen wensen. Blessures horen helaas bij een voetballoopbaan. Als
alles gaat zoals het nu gaat, heb ik niets te wensen over.
AJAX MAGAZINE JUNI 1996