Bestaat Utopia?
Van de redactie
Foto Louis van de Vuurst
In zijn voorwoord in de presentatiegids, aan het begin van dit seizoen, sprak Louis van Gaal over
een utopie. Die utopie was een evenaring van de prestaties van het voorgaande seizoen. Toen won
Ajax de landstitel, de Champions Legaue en het bleef ongeslagen. Een herhaling was een utopie,
vond Van Gaal.
Wij staan nu voor het slotaccoord van het seizoen 1995-1996 en
zie: Ajax is kampioen, het heeft andermaal de Champions-
Leaguefinale bereikt, er zijn prachtige prijzen gewonnen. Hoewel
de ongeslagen status niet meer bestaat, kan dit seizoen net zo
mooi, zo niet mooier, worden als het vorige. Bestaat Utopia dan
toch?
Minder utopisch - maar daarom niet minder fraai- is dit zevende
Ajax Magazine van het seizoen. Tot de vaste items horen de
verhalen over de jeugdopleiding, de amateurtak en de aanstaande
verhuizing naar Sportpark de Toekomst en de Amsterdam Arena.
Echt verenigingsnieuws derhalve, berichten van achter de
schermen.
Meer opvallend zijn de activiteiten van voetballers van het eerste
elftal. Voor de Ajacieden die wekelijks voor het voetlicht treden is
er uiteraard minstens evenredig veel aandacht. Dit Ajax Magazine
heeft wat dat betreft een offensieve inslag, zoals blijkt uit de
interviews met Jari Litmanen en Peter Hoekstra en uit de
fotoreportage van Marc Overmars die zijn jeugdfoto's laat zien.
De beschermer van het Ajax-heiligdom bij uitstek is keeper Edwin
van der Sar. Aan hem is de poster van Wanda Tuerlinckx
opgedragen.
De columns, het gedicht, een terugblik op de finale van 1973, toen
net als nu het prestigieuze Juventus Ajax' tegenstander was, en een
kampioenskatern: het Ajax Magazine is andermaal een spiegel van
de club die kwaliteit en kwantiteit vermengt en vertaalt naar
realisme. Een succesvol realisme. En wanneer de Champions
League wordt gewonnen, weten wij het zeker: Utopia bestaat!
David F.ndt
AJAX MAGAZINE MEI 1996