automatisch meegekregen. Voor de vorm
houdt hij vol dat we in de haven niet
mogen filmen, maar landinwaarts is het
geen probleem, verzekert hij ons in
gebrekkig Engels. We krijgen de indruk dat
de sympathie voor Ajax hem best enkele
oorlogsbodems waard is. We worden in
ieder geval vrolijk gedag gezwaaid als we in
de taxi vertrekken naar de ruïne van Ajax.
Onze taxichauffeur is naar verhouding
even oud als zijn auto. Het hele idee van de
expeditie kan dan ook maar bar weinig
enthousiasme in hem losmaken. Met
horten en stoten komen we uiteindelijk
aan het einde van een weg. Verder de berg
op slingert zich een nauwelijks te
onderscheiden voetpad. Het is warm, maar
Kraan zet er toch stevig de pas in.
Inmiddels is hij bijna zeventig, maar zijn
conditie lijkt nauwelijks minder dan ten
tijde van zijn eenmalige reservebeurt bij
het eerste van Ajax. Kraan speelde in het
vierde en was net aan het verhuizen.
Terwijl hij op de Overtoom dozen stond te
sjouwen, kwam iemand van de
keuzecommissie hem vertellen dat hij de
volgende dag mee moest naar
Oosterparkers, de voorloper van FC
Groningen.
Onderweg naar de ruïne haalt Kraan
herinneringen op aan zijn trip van
drieëntwintig jaar geleden. Dat Rep daarbij
was, de man die tegen Juventus het enige
en dus winnende doelpunt had
binnengekopt; en David Endt, de huidige
perschef van Ajax, die destijds in het
tweede speelde; en Bobby Haarms, de
toenmalige trainer van het tweede, die in
een opwelling de steen had opgeraapt.
De offerande bestaat uit druiven, brood en
wijn. Kraan vraagt of we de fles niet
moeten ontkurken. Ik antwoord dat Zeus,
als God der Goden, toch wel in staat moet
worden geacht een flesje wijn te openen.
Peinzend kijkt Kraan naar het instant
altaar. "Nou kan het toch eigenlijk niet
meer mis gaan, morgen tegen
Panathinaikos?!" zegt hij, terwijl hij zijn
blik ten hemel heft en de ogen toeknijpt
tegen het felle zonlicht.
De steen is snel gevonden. Kraan tilt hem
op en bestudeert hem aandachtig. "Dit
moet hem zijn," stelt hij vast. Als ik
aanbiedt de steen het voetpad af te tillen,
antwoordt Kraan dat daarvan geen sprake
kan zijn. "Ik til hem tot de taxi, in het hotel
laat ik hem Hennie Henrichs zien en dan
zal ik er persoonlijk op toezien dat hij in de
wasmand terechtkomt. Deze steen uit het
verleden wordt de steen van de Toekomst."
AJAX MAGAZINE MEI 1996