trainingsvelden. Een beregeningsinstallatie en verlichting op alle velden zorgen voor perfecte omstandigheden. Een kunstgrasveld brengt het totaal op zeven. Dat aantal is hard nodig als men simpelweg alle trainingsuren van het moment bij elkaar optelt en ook nog rekening houdt met uitbreiding van activiteiten die nu nog elders plaatsvinden, zoals de scouting op locatie. Bij het hoofdveld komt een opvallende hoofdtribune voor ruim 1200 toeschouwers, uniek geconstrueerd, terwijl tussen alle velden in heuveltribunes worden gecreëerd zodat men naar twee zijden wedstrijden kan bekijken. Rond het hoofdveld kunnen dan bij elkaar zo'n 3500 mensen de wedstrijd volgen. De wedstrijdveldén zijn bewust tussen de heuvëls gesitueerd om daardoor de gewenste geborgenheid en gezelligheid te kweken. "Dat landelijke aspect is heel aardig," zegt architect Rene van Zuuk (33) uit Almere, die medio december 1994 de dag van z'n leven had toen hij werd geselecteerd om 'De Toekomst van Ajax' te ontwerpen. "Het wordt echt iets bijzonders en anders dan anders. Het mooie van de opdracht is ook dat ik bij alles betrokken vullen en hij moest begrijpen dat het symbolische verleden een nieuwe plek moest krijgen in de Toekomst. "Want we nemen geen afscheid van het verleden, nee, we nemen afscheid van ons oude huis en we gaan naar een nieuw en de goede elementen nemen we mee," zegt bestuurslid Hennie Henrichs. "Bij zijn presentatie liet Van Zuuk bijvoorbeeld een sluishuisje in Drenthe zien, een bruggencomplex in een park en zijn eigen huis in Almere Stad. Als je dat laatste ziet, begrijp je wel waarom we hem hebben gekozen. Hij heeft voor zijn huis niet voor niets een architectuurprijs gekregen." ben. En dat is goed, want alles op het complex heeft met elkaar te maken. Je ziet een grote mate van harmonie. Dat zou misschien niet het geval zijn geweest wanneer verschillende architecten zich met dit project zouden bezighouden. Dit zijn voor een architect eigenlijk de mooiste opdrachten". Van Zuuk kreeg al binnen enkele uren na zijn presentatie te horen dat hij de gelukkige was. De Ajax-delegatie had weinig tijd nodig om tot dit besluit te komen. Zij was op zoek naar een architect die iets speciaals zou kunnen maken. Architecten die zeiden: 'Laat ons maar weten wat je wilt hebben en wij bouwen het wel' vielen onmiddellijk af en ook voorstellen als 'We willen graag met jullie samen iets neerzetten' waren niet waar de club naar zocht. Het lag andersom. Omdat Ajax zelf geen idee had hoe het eruit zou moeten zien, ging de club op zoek naar een architect die in staat was Ajax te laten zien hoe hij gedacht had dat 'bijzondere' en dat 'andere' uit te beelden. Hij moest in staat zijn het gevoel van Ajax, wat bijna niet onder wOiiiia^tebyreneen is, toch in te

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1996 | | pagina 25