Een joch van negen
wordt Ajacied
Aan de zijlijn
sterren. Volgens de kaart hebben ze geen oefenmeester. En dan
Feyenoord: maarliefst 8 internationals: E.L. Pieters Graafland (3),
J.W. v.d. Hoek (2), P.W. Steenbergen (2), P.M. Meijers (1), C. v.v.
Gijp (7), C.B. Rijvers (21) en C. Moulijn (11). Maar - hoe het komt
weet het jongetje van negen ook niet precies - het meest voelt hij zich
aangetrokken tot de plaat met de mannen in wit shirt en rode baan
in het midden. Tot die van Ajax. Terwijl ze maar één international
hebben: W. Bleijenberg (3). Feyenoord trekt ook. Maar het wordt
Ajax. Ja, voortaan is hij voor Ajax. En op straat is hij W. Bleijenberg,
van wie hij al gauw weet dat hij Wim heet. De achterkant wordt goed
bestudeerd en hij weet spoedig wie zijn elftal vormen: 1. J. Seelen - 2.
W. Feldmann - 3. W. Bleijenberg - 4. J. Fransz - 5. J. Snoeks - 6. W.
Schmidt - 7. P. Ouderland - 8. G. v. Mourik - 9. B. Muller -10. W.G.
Anderiessen -11. J. v. Drecht. En zijn vriendjes hoeven het maar te
vragen, hij weet het. De club is opgericht op 18 maart 1900 en de
oefenmeester is K. Hummenberger. En in 1931,1932,1934,1937,
1939,1947 en in 1957 werd zijn club kampioen van Nederland.
Toch altijd nog meer dan Feyenoord, dat vier keer landskampioen
werd.
Met de komst van de platen gaat hij ook de krant lezen, de
sportpagina's. In tegenstelling tot wat verwacht zou worden, lezen
ze bij hem thuis niet Trouw, waar niets over het voetbal op zondag in
staat, maar De Gooi en Eemlander, waarin wel elke maandag
voetbalverslagen te lezen vallen. En zo worden de namen personen -
ook van de andere clubs - en krijgt zijn held een gezicht. Als
Bleijenberg bij zijn club verdwijnt, wordt Henk Groot zijn nieuwe
held, en Swart, en later Piet Keizer, en natuurlijk Johan Cruijff.
Als het jongetje hard op weg is een volwassen man te worden,
raakt hij die prachtplaten kwijt. Opgeruimd waarschijnlijk door
dezelfde die aan de wieg stond van zijn liefde voor de rood-witten.
Bij een verhuizing. Vele jaren later krijgt hij de hele serie opnieuw
in zijn bezit. Voor een habbekrats gekocht op de vrijmarkt in
Amsterdam tijdens een koninginnedag. Nog wat jaren later strelen
zijn handen wat hij als geboortebewijs van zijn leven als Ajacied
beschouwt en schrijft hij er een stukje over.
Eind jaren veertig wordt een jongetje gebo
ren in een streng dorp aan het IJsselmeer.
Zijn vader is vrachtwagenchauffeur. Naar
mate het jongetje ouder wordt is hij net als de
jongetjes uit zijn buurt steeds vaker buiten te
vinden. Tikkertje, verstoppertje, knikkeren,
speurtochten en vooral ook voetballen: het is
zijn lust en zijn leven. Behalve op zondag. Op
zondag wordt er gekerkt, is er zondagsschool
en de rest van de dag wordt er rustig aan ge
daan. Er wordt ook niet naar de radio geluis
terd. Wandelen en lezen is het enige wat
geoorloofd is. Niet dat het jongetje dat zo erg
vindt, want lezen doet hij ook heel graag.
Op een dag komt zijn vader met een plaat
thuis, van zo'n dertig bij twintig centimeter.
Een voetbalplaat. Van Esso. De week erop
weer zo'n plaat, de week daarop weer een. Tot de serie compleet is.
De serie van de eredivisie van het seizoen 1958-1959.
door Klaas Vos
Hoe streng christelijk het leven, hoe streng de zondag ook is
ingericht, zijn vader ziet geen kwaad in voetbalplaten, ook al
betreffen ze een werelds zondagsvermaak. Zie dat joch ervan
genieten! Vaderliefde gaat boven strenge leer. Prachtige platen zijn
het. Op de voorkant het ■elftal. Op de achterkant de oprichtings
datum van de club, het bestuur, de 'oefenmeester', het competitie
verloop na 1918 en het elftal in tekenprofiel met eronder de namen.
'De tussen haakjes geplaatste cijfers achter de namen der spelers
geven aan hoeveel maal de betrokken speler deel heeft uitgemaakt
van een Nederlands elftal, tot 1 januari 1959.' Neem Sparta: A. van
Ede (2), P. Geel 1), M. Bosselaar (14). Door zijn enorme lengte valt
vooral J.C. Schilder op. Willem II heeft J. Brooymans (2), J. Mertens
(1) en C. Koopal (6) als internationals. Bij DOS vallen F. de Munck
(25), L. v.d. Bogert (3), H. Kraay (2), A. v.d. Linden (4) en C. Luiten
(3) op. MW kent alleen M. van Bun 11) als international. Maar
later zal G. Bergholtz voor het jongetje een bekende worden. ADO
kent als grote ster M. Clavan (23), VW J. Klaassens (36). Bij DWS-
A is J. Boskamp (4) blijkbaar de grote ster. Sportclub Enschede kan
trots zijn op J.B. Odenthal 13) en M. Schaap (13). Maar bovenal op
A. Lenstra (46). NOAD valt op met M. Bennaars (10), maar de
naam is het mooist: Nooit Ophouden Altijd Doorspelen. Rapid JC
kent geen enkele international. NAC daarentegen heeft C. Kuijs
(27). En van Fr. Bouwmeester en T. Laseroms zou later veel gehoord
worden. PSV komt met R. Wiersma (30), F. van Wissen (9) - die
lijkt erg op zijn vader -, T. Brusselers (3), C. Dillen (5) en P. Kruiver
(4). Fortuna '54 heeft J. Notermans (16) en C. v.d. Hart (28) als
AJAX MAGAZINE FEBRUARI 1996
