nevenactiviteiten heeft De Boer ook nog
tijd weten vrij te maken. Onlangs leende
hij zijn hoofd uit om het
promotiemateriaal van de Ajax-
cosmeticalijn te sieren. Een tussendoortje
slechts, vergeleken bij de plannen die hij
met broer Ronald en diens schoonvader
Rob Cohen heeft gesmeed. Zo is er een
kledinglijn ontwikkeld, variërend van
sportspullen tot casual kleding, 'Twins
Life' gedoopt. Daarnaast heeft Cohen een
brochure in elkaar geflanst, gericht op
bedrijven, 'Twin Exposure' geheten. De
Boer legt uit: "Bedrijven kunnen mij en
Ronald nu inhuren voor verschillende
activiteiten, bedrijfsdagen en zo. Een
voorbeeld? Stel dat een bedrijf een dagje
gaat golfen met het personeel. Dan kan het
ons inhuren om mee te doen. Dat mes
snijdt aan twee kanten. Voor die mensen is
het leuk om te spelen met bekende
voetballers, voor ons is het financieel
aantrekkelijk en het is ook goed voor je
ontwikkeling. Komen we in contact met
geheel andere mensen dan waar we
normaal mee omgaan. Daar leer je alleen
maar van. Nee, lezingen zie ik mezelf niet
zo gauw geven. Laatst heb ik zo'n praatje
van René van der Gijp meegemaakt.
Fantastisch was dat, die kan honderden
managers in een zaal stil houden met een
heel onderhoudende lezing, waarin hij
serieuzer is dan je zou denken bij Gijp. Met
af en toe een grap natuurlijk, want het blijft
natuurlijk Van der Gijp. Heb ik
bewondering voor, hoe hij dat doet, maar
ik denk niet dat ik daar aanleg voor heb.
Maar voor andere dingen kunnen
bedrijven ons altijd bellen."
Van trainingskamp naar trainingskamp
Een voorschot op de toekomst wil hij zijn
nevenactiviteiten niet noemen. Het post-
voetbaltijdperk ligt nog mijlenver van hem
vandaan. Er is nog zo veel te doen, zo veel
te winnen vooral. En er zijn oud-Ajacieden
die serieus moeten vrezen voor hun
onaantastbaar geachte records. Ruud Krol
bij voorbeeld, met 83 interlands nog steeds
record-international. En mocht De Boer
inderdaad zijn ganse loopbaan aan Ajax
vastgeklonken blijven, dan dreigt ook Sjaak
Swart (463 competitiewedstrijden voor
Ajax) overvleugeld te worden. "Dat zijn
prachtige records om na te streven, maar
verder sta ik daar niet zo bij stil. Ik leef bij
de dag, ben nogal zorgeloos ingesteld.
Vandaar ook dat ik echt nog niet weet wat
ik na mijn carrière wil gaan doen. Op dit
moment zeg ik dat een trainerschap niets
voor me is. Ik kan me voorstellen dat ik
juist blij ben als ik van alle stress af ben als
ik stop. Als ik toch zie hoeveel tijd en
energie onze trainer in zijn werk stopt, dat
zou ik denk ik niet willen. Assistent
trainer, een beetje in de luwte werken, dat
zou nog wel een optie zijn. Maar die stress
van een hoofdtrainer, nee, dank je. Mensen
onderschatten dat volgens mij een beetje,
de spanning waar je als topvoetbalier onder
staat. Die denken dat je een paar keer traint
en twee potjes in de week speelt en dat is
dat. Alsof elke training zo maar effe een
balletje trappen is, alsof er door het publiek
en de media geen druk op ons wordt
uitgeoefend. Dat is slopend, hoor. Begrijp
me goed, ik heb een prachtig vak, voel me
een bevoorrecht mens. En ik kan nu iets
opbouwen waardoor ik later zonder zorgen
kan leven. Ook als ik altijd bij Ajax blijf, ja.
Dan zal ik aan het eind van de rit wat
minder hebben dan wanneer ik naar het
buitenland was gegaan, maar dat
interesseert me niet. Sportief kan ik me
niets beter voorstellen dan Ajax. We zijn
nu al in het stadium, dat wanneer we
verliezen, we dat puur aan onszelf te wijten
hebben, niet aan de tegenstander. En we
zijn nog steeds aan het groeien, dus het kan
alleen nog maar beter worden. En privé
heb ik ook alles wat ik me maar wensen
kan. In het buitenland leef je van
trainingskamp naar trainingskamp, dat
schrikt me ook af. Bij Ajax zitten we drie
dagen in afzondering voor een Europa
Cup-wedstrijd, dat is prima te doen. Maar
als ik van Aron Winter hoor hoe weinig hij
zijn dochtertje ziet, dan bedenk ik me nog
wel een paar keer. Vier, vijf dagen per week
van huis vind ik niks. Weet je, ik moet vaak
denken aan een opmerking van Frank
Rijkaard, toen hij net weer terug was bij
Ajax. Hij zei dat hij zo verschrikkelijk blij
was dat hij op zondagochtend, op de dag
van een wedstrijd, gewoon thuis een kopje
koffie kon drinken. Ik wist precies wat hij
bedoelde. Dat soort kleine dingetjes, daar
gaat het toch allemaal om?"
AIAY AA A C A 7 I M F HCrCAADPD 1QQR