de helft gekaapt door honkballers van De Spartaan, die daar ook moesten trainen. Daardoor trainden wij op een piepklein stukje trainingsveld, dat ook nog eens van hele slechte kwaliteit was. En intussen vlogen de honkbalballen je om de oren. Dat kon allemaal bij DWG, dat maakte het ook zo'n leuke, gemoedelijke vereniging. Ik kan me trouwens nog herinneren dat we een keer gasttraining kregen van Wim Kieft. Sta ik nog als klein mannetje met hem op de foto, die heb ik nog steeds thuis liggen. Mooi plaatje is dat. In die tijd speelde ik altijd in de spits. Lekker sneaky dribbelen en pingelen, ik scoorde aan de lopende band. Pas bij Ajax werd ik teruggehaald naar het middenveld." 3. De droom "De klassieke droom over een afgeladen stadion, waarin je een mooie actie maakt, ja, die had ik ook als klein jongetje. Daar zit een verhaal aan vast. Zelfs toen ik nog heel erg jong was verslond ik de ene na de andere voetbalwedstrijd van begin tot eind op televisie, ik wilde alles zien. Zo kan ik me nog heel veel herinneren van het WK van 1982, toen was ik acht jaar. Sommige acties van Zico en Socrates kan ik me nog zo voor de geest halen. Maar weet je welke actie op dat toernooi de meeste indruk maakte? Een vrije trap van Boniek, die Pool. Een meter of twintig van het doel lobde Smolarek de bal uit stand op en Boniek schoot 'm in één keer, ook uit stand, in de bovenhoek. Daar was ik helemaal van ondersteboven, zo gaaf vond ik dat doelpunt. Daarna ging ik bij DWG die vrije trap tot in den treure nadoen, samen met een vriendje van me. Hij was dan Smolarek, ik was Boniek. Maf hè, ik was helemaal leip van Boniek, terwijl het absoluut mijn type voetballer niet was. Kwam puur door die vrije trap in '82. Dat was dus ook mijn grote droom; zo'n doelpunt maken in een propvol stadion." 4. Het besef "Voor mij was dat het moment dat ik voor het eerst tussen de grote jongens in de kleedkamer zat. Ik had een B-contractje en mocht voor het eerst met de A-selectie meetrainen. Ik kwam als broekie de kleedkamer binnen en ik wist niet zo goed waar ik moest gaan zitten, iedereen bleek een vaste plaats te hebben. Ben ik maar in een hoekie gaan zitten, naast Bryan Roy. Van Loen en Bergkamp zaten ook in die hoek. Dat was het moment dat ik besefte dat ik er ook bij hoorde. Op die plek zit ik nog steeds, maar nu dan met Seedorf, Reiziger en Brom om me heen. Een ander mooi moment was mijn eerste seizoensvoorbereiding met de A-selectie in Drenthe. Loodzwaar, maar ook heel indrukwekkend door de duizenden mensen die daar op de trainingen en de oefenwedstrijdjes afkomen. En iedereen maar vragen wie ik dan wel niet was. Dat waren ook momenten vaa besef, al die mensen er om heen in Drenthe. Alles was nieuw en mooi." 5. Het debuut "Als ik daar aan terugdenk zie ik vooral veel wolken, regen en wind voor me. Het was kloteweer en we speelden thuis tegen MW, voor de beker. In de tweede helft, bij een 3-1 tussenstand, moest ik warmlopen. Ik weet nog dat ik daar heel cool onder was. Best raar, want je debuut is toch datgene waar je al die jaren keihard voor hebt gewerkt. Doordat ik het allemaal in een soort roes beleefde kan ik me er weinig meer van herinneren. Ik speelde degelijk, zonder risico's. Een tijdje later maakte ik mijn debuut in de competitie, dat staat me veel helderder voor de geest. Ook weer in De Meer, ditmaal tegen Den Bosch. Ik viel in voor Litmanen en moest op 4 spelen. Na vijf minuten scoorde ik al, dat doelpunt heb ik thuis nog op video staan. Wat een heerlijke dag was dat... Doordat ik lekker had gespeeld, baalde ik die weken daarna dubbel als ik weer gewoon op de bank moest plaatsnemen. Als je er eenmaal van hebt geproefd wil je meer, veel meer." 6. De ontwikkeling "Ik was twaalf jaar toen ik via de instuif bij Ajax kwam. Vanaf de eerste training ben ik me gaan ontwikkelen. Ik kwam in de C3, het kleine-jongetjes-team. Herman Borman was trainer van dat elftal en hij was meteen de fijnste trainqr onder wie ik in de Ajax-jeugd heb gespeeld. Dat is moeilijk uit te leggen, het klikte en ik voelde me van begin af aan lekker onder hem. In die jaren deed ik alles op gevoel. Voor de wedstrijd luisterde ik altijd braaf naar de trainer, maar als de aftrap eenmaal was geweest schakelde ik weer over op mijn intuïtie. Nee, de spitspositie van DWG miste ik niet, want op het middenveld kun je je als technische voetballer ook lekker uitleven. Steekpassjes geven, tegenstanders helemaal het bos in spelen met schijnbewegingen en trucjes, dat waren de voornaamste ingrediënten van mijn spel in de jeugd. De basis heb ik mezelf aangeleerd door veel te oefenen en, later, door veel om me heen te kijken en te luisteren op de trainingen. Dat geldt momenteel nog steeds. Nu leer ik van de trainer vooral dingetjes op het gebied van discipline en sociale omgang. Op tijd komen, je afspraken nakomen, jezelf uitspreken als je ergens mee zit, dat soort dingen. Voetbaldingetjes moet je toch vooral zelf oppikken. Uit alles wat je hoort en ziet van trainers en medespelers moet je de voor jou beste elementen halen. En daar vervolgens iets mee doen. Al zal ik diep in mijn hart altijd een eigenwijs straat voetballertje blijven, een speler die het publiek op een mooie actie wil tracteren." 7. Ajax "Voordat ik naar de instuif ging was ik nog nooit in De Meer geweest. Je kan dus niet zeggen dat ik vroeger al helemaal gek van de club was. Tuurlijk, ik was hartstikke trots toen ik er mocht komen voetballen, maar ik liep er niet mee te koop. Ik wilde vroeger ook liever niet met mijn Ajax-tas in de tram, ik had geen zin in al die vragen en aandacht van wildvreemde mensen. Als mensen op straat of op het pleintje vroegen waar ik voetbalde zei ik nooit dat ik bij Ajax speelde, dan verzon ik iets anders. Dat was mijn manier om er mee om te gaan. Van binnen vond ik het prachtig, maar ik ben niet de persoon om dat naar buiten aan iedereen te laten merken. Op dit moment heb ik ook nog niet veel om trots op te zijn. Ik ben nu op een leeftijd dat ik mezelf moet bewijzen, dat ik een vaste basisplaats moet veroveren. Op welke positie maakt me momenteel niet zo veel uit. Het liefst op een centrale positie, daar kom ik het meest tot mijn recht. Als je al die jeugdelftallen bij Ajax hebt doorlopen wil je ook dat laatste stapje maken. De tijd is er rijp voor." AJAX MAGAZINE JUNI 1995

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1995 | | pagina 81