intuïtieve speelwijze in dienst van het elftal
te gebruiken. En zijn geest is inmiddels vrij
en fris genoeg om alles snel op te pikken en
naar zijn voeten te vertalen. Kanu heeft
zich in de spiraal omhoog gewurmd.
Vrolijke tijden
Na een serie overtuigende optredens in het
tweede elftal incasseert hij op 20 februari
1994 de beloning voor de maandenlange
worsteling met zichzelf. Toch ziet Kanu
zijn debuut die dag, thuis tegen FC
Utrecht, niet als zijn doorbraak. "Het was
om nooit te vergeten, want toen wist ik dat
ik op de goeie weg was. Ik zal je eerlijk
vertellen dat ik, toen ik kwam, niet eens
van het bestaan van een tweede elftal
afwist. In Nigeria word je gehaald om met
het eerste te spelen of anders niets. Bleek er
hier een hele competitie voor de reserves te
zijn! Achteraf was ik daar blij om, want het
is beter om niet gelijk voor de leeuwen
gegooid te worden. Nu had ik de tijd om te
wennen aan mijn omgeving, m'n nieuwe
medespelers en het systeem. Ook dat
laatste kostte enige tijd, want niet alleen de
spelpatronen waren nieuw voor me, ook
het tempo ligt hier vele malen hoger dan ik
gewend was. In Nigeria neem je eerst even
rustig de bal aan, dan ga je je 's een keer
afvragen wat je zal gaan doen en vervolgens
ga je 's wat proberen. Als je dat bij Ajax op
de training doet heb je intussen al vier
schoppen op je enkels gehad, haha. Maar
goed, na mijn debuut in het eerste stond ik
een paar keer in de basis, maar toen Jari
weer fit was stond ik er weer naast.
Daarom beschouw ik het huidige seizoen
als mijn doorbraak. Het winnende
doelpunt bij Go Ahead Eagles, dat was
voor mij de ommekeer. De trainer gaf me
na afloop een compliment en vanaf dat
moment stond ik in de basis, ook in de
Champions League. Dat gaf me een
onbeschrijflijk lekker gevoel."
Zeker de eerste weken van zijn basis
optredens vergaapte Nederland zich aan de
octopus van De Meer. Niet alleen de
importantie van zijn doelpunten, maar
vooral de manier waarop deze tot stand
kwamen wekte verbazing en bewondering.
Kanu lacht zijn gave tanden nog maar eens
bloot bij de gedachte aan zijn geraffineerde
gepriegel op de vierkante centimeter: "Veel
mensen spreken me aan op de
sleepbeweging die ik vaak gebruik om
tegenstanders te passeren. Die beweging
gebruikte ik op ons veldje in Nigeria al, ik
heb 'm mezelf aangeleerd. Ik zocht naar
een manier om mijn lengte uit te buiten.
Dan is die sleep de ideale beweging. Al
neem ik mezelf van te voren nooit voor
hem te gebruiken. Ik voetbal op gevoel en
intuïtie. Maar het prettige van het systeem
bij Ajax is, dat je in de spits van te voren
weet wie er gaan opkomen, aan wie ik de
bal moet afleggen als ik word ingespeeld.
Als ik de bal krijg sta ik vaak met mijn rug
naar het doel van de tegenstander, dan
maak ik me breed om de verdediger in
mijn rug op afstand te houden. Vervolgens
heb ik twee keuzes. Of ik kaats hem terug
op een opkomende speler, of ik ga zelf een
actie maken. Je ziet ook dat we iets anders
spelen als ik in de punt van de aanval sta.
Er wordt dan minder over de vleugels
gespeeld, de middenvelders zoeken mij
vaak op en dan regel ik het verder wel als ik
de bal heb. Vooral tijdens mijn eerste
wedstrijden in de basis dit seizoen merkte
je dat de tegenstander zich geen raad wist.
Voorheen concentreerden ze zich vooral
op de vleugelspelers en op Jari,
tegenwoordig heeft onze tegenstander er
weer een probleem bij. En dat probleem
heet Kanu, ja."
Hoor hem praten en zie hem excelleren.
De zelfbewuste Kanu '95 is geen schim
meer van de schuchtere Kanu '94. En
mocht hij met zijn olijke hoofd in de
wolken gaan lopen, dan is daar altijd nog
Louis van Gaal. Als Kanu zich vijf minuten
te laat voor dit interview meldt, krijgt hij
een fikse uitbrander van zijn trainer. Dat
hij niet moet denken dat hij zich, nu de
kranten kraaien en de supporters juichen,
een nonchalante houding kan veroorloven.
Afspraak is afspraak, foetert Van Gaal, en
daar heeft iedereen zich bij Ajax aan te
houden. Ook meneer Kanu, rijzende ster
aan het Ajax-firmament. Na de verbale
schrobbering van Van Gaal schuift Kanu
AJAX MAGAZINE JUNI 1995