Smit-Tak
Column
In oktober 1993, aan het einde van de persconferentie na Ajax -
Feyenoord, meldde Ajax dat het een arbeidsvergunning had
aangevraagd voor een 17-jarige Nigeriaan. De voetballer in kwestie
was een groot talent, werd erbij verteld. De perspennen krasten het
bericht in de blocnotes en toen men van het papier opkeek zag
men een reusachtige jongen staan.
Kanu mat een meter zevenennegentig.
Een gigant uit Afrika. Maar was-ie echt zo goed?
Als je hoofdscout Tonnie Pronk mocht geloven, dan had Ajax wel
degelijk een supertalent gecontracteerd. Hij had Kanu op het jeugd
WK zien voetballen en de glans in Pronk's ogen verried de
door David Endt
trekt snel voorbij de voeten die zich kansloos weten en er nu voor
moeten zorgen dat het lichaam boven hen niet achterover valt
terwijl zij zelf de sensatie hebben in drijfzand te zijn geraakt. De
rechter Kanu-voet heeft twee volle seconden kontakt gehad met de
bal terwijl de linkervoet centraal draaipunt was. Kanu stapt twee
reuzestappen en is voorbij de verdediger. De manoeuvre is gelukt,
een klip omzeild, de bal naar een kalmer water geloodst. Het
bergingswerk is het hoogtepunt voorbij.
Na een paar weken wachtten de bezoekers van de wedstrijden van
Ajax 2 op de sleepbeweging van Kanu. En toen Kanu zich in het
eerste meldde was juist die sleepbeweging, omdat zij wisten dat hij
aanwezigheid van iets moois. Iets dat hij kende en waar wij geen
weet van hadden maar dat wij spoedig zouden ontdekken.
Kanu speelde zijn eerste wedstrijden in het schaduwelftal van Ajax.
Het handjevol toeschouwers dat zich in De Meer verzamelde om
Ajax 2 te zien spelen keken hun ogen uit. Kanu's kousen hingen als
slappe was langs zijn kuiten. Het Ajax-shirt droeg hij het liefst uit
zijn broek. Een zeventienjarige uit Nigeria in Amsterdam op een
koude dinsdagavond. Zijn benen leken op stokken maar eenmaal
aan de bal bleken die stokken de macht van rubberen tentakels te
hebben. Kanu deed met de bal wat hij wilde en frustreerde zijn
tegenstanders die steeds dachten dat zij die bal uit zijn voeten
konden tikken maar steeds weer in de luren werden gelegd.
Het meest sensationeel was Kanu's sleepbeweging.
Dat is een passeermethode die meerdere voetballers onder de knie
hebben. Een uitstekende balcontrole is vereist én durf, groot
zelfbewustzijn, beheersing. Want het uitvoeren van de
sleepbeweging is niet zonder risico. Eén kleine hapering en je bent
de bal op een knullige manier kwijt aan de tegenstander, johan
Steur is een geweldige "sleper", Romario beheerst de korte sleep als
weinig anderen, Ronald de Boer heeft 'm ook in de benen. Maar
niemand sleept zo prachtig mooi en lang en onweerstaanbaar en
onstuitbaar als Kanu.
Hij voert de bal met de punt van zijn schoen eerst in de richting
van de voeten van de tegenstander. Die voeten hebben honger,
willen in het ronde ding happen, de bal afpakken. En ze zien hun
kans schoon. Kanu's schoen brengt de bal naar hun toe. Maar de
voeten twijfelen, zo makkelijk zal het ze toch niet worden
gemaakt? De bal komt dichterbij. Als de voeten nu niet toeslaan,
zijn ze gek. En op het moment dat de schoenen echt willen bijten,
happen ze lucht. De punt van de voet heeft de bal als op een
golfstroom naar een andere koers gegleden. De afwijking is klein
en de happende voeten geloven in een tweede kans. Ze trachten
zich te herstellen en wagen nog een poging. Maar de golfstroom is,
zonder te klotsen, sterker geworden. Stroomversnelling. De bal
ging komen, voor hen een nog grotere sensatie dan voor de
mensen die de techniek voor het eerst door Kanu's schoen zagen
voorbereid, begeleid en afgerond. Na de onbekende voeten uit de
reserve eredivisie waren nu de bekende kicksen uit de PTT
Telecompetitie aan de beurt om hun ijverige honger met een hap
lucht beloond te zien. Door die lange magere benen van Kanu
wordt het wonder nog groter. Het is meesterlijk bergingswerk in
de woeste Golven van Biskaje van de strafschopgebieden. En
wanneer Kanu's sleepbeweging voorspelbaar en toch zo
onvoorstelbaar voor onzichtbaar kielzog heeft gezorgd, dan tikken
Jopie Leeuwendaal en ik elkaar op de tribune aan en zonder elkaar
aan te kijken klakken wij over onze lippen: "Smit-Tak".
Foto: Louis van de Vuurst
AJAX MAGAZINE JUNI 1995
17