'El
X
betreffende speler effe aan op het feit dat je
niet te lang op je kan laten wachten. Aan
de ene kant zit dat in me, dat behulpzame.
Maar daarnaast heb ik oog voor de uitstra
ling van de club. Ik waak er ontzettend
voor dat mensen de kans krijgen om weer
over de vermeende arrogantie van Ajax te
beginnen. Door je vriendelijk en open op
te stellen naar de buitenwereld help je mee
om de góede naam van de club te bewaren.
Het kost mij geen extra inspanning, ik heb
dat van nature. Ik weet heus wel dat
iedereen anders in elkaar steekt en ook
voor mij is alle aandacht die Ajax krijgt wel
eens te veel. Maar ik vind dat het imago
van de club voorop moet staan. Voor je het
weet hebben ze alweer een stempel op Ajax
gedrukt. En het is verdomd moeilijk om
daar dan weer vanaf te komen."
De Boer kan het weten. Tot in den treure
las, zag en hoorde de begenadigde
technicus in de media wat er aan hem zon
schorten. Als voetballer te nonchalant, te
hautain, te weinig doelgericht, te verliefd
op de bal. Als persoon vooral te arrogant.
Daar kon hij het, tot voor kort, mee doen.
"Ik heb inderdaad flink wat negatieve
kritiek over me heen gehad", erkent De
Boer. "Daar verbaasde ik me vaak over.
Het is een vreemde gewaarwording, als je
door je medespelers en trainers op de juiste
waarde wordt geschat, terwijl het publiek
en de media een negatieve houding
AJAX MAGAZINE APRIL 1995