doen was. Zo werkte dat toen". "We speelden in die jaren nog het stopperspil-systeem met vijf man in de voorhoede, twee man op het middenveld, twee backs en een stopperspil. Vic Buckingham is er in 1957 mee begonnen om één kanthalf wat meer teruggetrokken te laten spelen. Zodat er toen eigenlijk al vier man achterin kwamen te staan. Hij had dat afgekeken van de Brazilianen. Maar de linkshalf en de linksbinnen moesten toen wel kilometervreters zijn. Die twee moesten zich suf lopen". "Tegenwoordig heeft men het maar over die zogenaamde automatismen. Waar het in wezen om gaat is dat men de juiste spelers op de juiste plaatsen neerzet waardoor je je man weet te vinden. Zodat je altijd de bal kwijt kunt. Dat is het mooie van Ajax. De spelers daar hebben altijd twee afspeel- mogelijkheden. Je krijgt automatismen door jongens op vaste plaatsen te zetten. Als je elke week maar met die tent gaat schuiven, gaat het mis. Beter een mindere speler op z'n eigen plek dan een goede op een vreemde plek. Je ziet dat vaak. Zoals Valckx die avond tegen Ajax als linksback. Dat kon gewoon niet. Dat was vragen om moeilijkheden". Ajax is goed voetbal "Ik woon nu in Reeuwijk. Je hebt daar RVC en, redelijk in de buurt, ook clubs als ONA, Olympia en Alphense Boys. Maar als ik naar het voetballen ga, ga ik naar Ajax kijken. Naar het eerste, naar het tweede of naar de A-l. Rood-wit? Ik blijf het mooi vinden". "Ajax staat voor goed voetbal. Ik hoor die verhalen vaak van de mensen die scouten. Dan staan ze ergens langs de lijn met de scouts van andere verenigingen, maar dan pikt de Ajax-scout toch net dat andere jongetje eruit. Dat is heel frappant. Tonnie Pronk, onze hoofdscout, ziet het gewoon. Hij ziet wat anderen niet zien". "Men zegt nu wel binnen de opleiding bij Ajax: er loopt minder talent rond dan vroeger. In z'n totaliteit, zegt men. Denkt men. Ik kan dat niet beoordelen. "Ik ben ook vaak op Voorland, doordeweeks of in het weekeinde. Voorland is Ajax. Ajax is Voorland. In De Meer ben ik opgegroeid, min of meer ben ik daar ook gevormd. Als je bij Ajax acht a tien jaar hebt rondgelopen, krijg je dat. Daarom voelde ik me er onmiddellijk weer thuis toen ik in december 1991 na een afwezigheid van bijna dertig jaar bij Ajax als lid terugkeerde. Alsof ik niet was weggeweest. Ik wil niet sentimenteel doen, maar het was wel zo". Het 1-O-seizoen "Karl Humenberger was trainer toen ik in november 1957 in het eerste elftal debuteerde. Ik was achttien jaar, ik kwam net uit de A-1samen met Bertus Hoogerman, Bennie Muller en Sjakie Swart. Vanaf de junioren heb ik met Sjakie gespeeld. "Humenberger was bezig een nieuw elftal te bouwen. In de zomer van 1957 was Ajax onder zijn leiding kampioen geworden in het beruchte seizoen met al die 1 -0 overwinningen. Tegen het Ajax-principe in speelde hij toen heel verdedigend. Ik wil niet zeggen dat die Humenberger een soort - Ivic was, maar het was wel een zuinige coach. Voorzichtigheid was toentertijd troef. In het eerste heb ik hem één jaar meegemaakt. Toen kwam Vic Buckingham en die veranderde meteen het hele elftal. Cees en Henk Groot kwamen erin. En Cootje Prins ook". "Cootje kwam niet uit de eigen jeugd. Hij kwam van OWO. Voordat hij bij Ajax kwam, was hij al drie keer afgewezen. Ze zagen het aanvankelijk niet zo in hem zitten. Maar Cootje was een heel goede voetballer, die het later ook nog tot international zou schoppen. Hetzelfde gold destijds ook voor Bennie Muller. Bennie had niet eens een vaste plaats in de A-l. Dat was wel een frappante ontwikkeling voor iemand die later 43 keer voor het Nederlands elftal zou uitkomen". "Ik heb vier jaar in Ajax 1 gespeeld, van 1957 tot'61. Ik hoefde niet weg, maar Happel wilde mij graag bij ADO hebben. Bovendien rees bij Ajax op dat moment een jonge ster op mijn plek, Pietje Keizer. Met ADO hadden we nog wel een aardig elftal. Ik ben gestopt toen ik 29 was. We trainden 's middags, maar dat kon ik op een gegeven moment niet meer met mijn werk combineren. Ik zat in de buitendienst als vertegenwoordiger van een oliemaatschappij. Op een gegeven moment moest ik kiezen". "De omstandigheden zijn nu ingrijpend gewijzigd. Tegenwoordig gaan ze maar door, die voetballers. AJAX MAGAZINE DECEMBER 1994

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1994 | | pagina 67