en bleken TYBB (7-1) en Argon (6-4) een
maat te groot.
De competitie begon voor ons elftal
vanwege een jubileum van de tegenstander
een week eerder met de wedstrijd tegen
Aalsmeer. Met oogstrelend voetbal van Ajax
in de eerste twintig minuten, werden de
bloemenmensen op een 4-0 achterstand
gezet. Daarna werd het echter steeds
rommeliger en het enig
vermeldenswaardige bleef de einduitslag: 7-
1.
In Den Helder, tegen HCSC, startte Ajax erg
matig. Toch kwamen er diverse kansen,
maar daar wist men aanvankelijk slechts één
van te benutten. In de tweede helft wisten
we beter met de omstandigheden om te
gaan, maar het scoren bleef een probleem.
Na het tweede doelpunt van Ajax vochten
de Heldenaren terug tot 2-1 en pas in de
slotminuut werd via een fraai afstandschot
de zege veiliggesteld (3 -1
In de eerste thuiswedstrijd tegen ZOB
voetbalde onze ploeg aanvankelijk weer
uitstekend, maar het krachtsverschil bleef
bij rust slechts uitgedrukt in één doelpunt.
Daarna werd het minder, maar uit twee
goede aanvallen scoorde Ajax evenzoveel
goals. Dat ZOB in de slotfase, door een
grove verdedigingsfout, nog terug kon
krabbelen tot 3 -1was slechts belangrijk
voor de statistiek.
Dolf van Zoest.
Ajax 3
Omdat diverse spelers naar andere clubs
waren vertrokken, begon ons derde elftal
met nogal wat nieuwe krachten aan het
nieuwe seizoen. In verband met de
vakanties was men in de voorbereiding nog
niet op oorlogssterkte. Toch werden alle
oefenwedstrijden gewonnen en viel soms
zeer goed voetbal te aanschouwen met
prima uitslagen: Alkmaarse Boys (6-1
Hilversum 3 (8-1), IJsselmeervogels 3 (5-0)
en De Vecht 2(5-1) moesten het hoofd diep
buigen.
De competitie begon met de wedstrijd tegen
Loosdrecht 2. Er werd in het veld te veel
gepraat en hoewel daar in de rust, die met
een 1-0 voorsprong inging, duidelijk op was
gewezen, veranderde er in het begin van de
tweede helft nog niet veel. Pas toen
Loosdrecht op een 2-1 voorsprong was
gekomen, werd Ajax wakker. De
tegenstander werd op eigen helft vastgezet
en alle duels werden nu gewonnen, hetgeen
leidde tot vier Ajax treffers op naam van
Cees Vos en een prachtig eigen doelpunt
van Loosdrecht.
Door het slechte weer moesten we drie
weken wachten, voordat in Utrecht kon
worden aangetreden tegen Posta 2. Deze
tegenstander kon het ons ook niet lastig
maken en het was aan Ajax zelf te wijten, dat
het bij rust nog slechts 0-1 was. Wel dient te
worden opgemerkt dat een aantal spelers
noodgedwongen op voor hen vreemde
plaatsen moesten spelen.
Na de hervatting ging het allemaal wat beter
en werd de einduitslag tenslotte 0-5 door
goals van Marcel Grootenboer (2x), Ringo
Spaargaren, Marco Bragonje en Johan de
Vos.
Toch zal het spelpeil van ons elftal nog wat
omhoog moeten omdat ons nog sterke
tegenstanders staan te wachten.
Frans Grootenboer
Zaterdag 4
De ploeg die zich vorig seizoen als enige
kampioen van de Ajax zaterdagafdeling
manifesteerde, Ajax 4, is het nieuwe
voetbaljaar weer voortvarend van start
gegaan. Werd er vooraf nog gefluisterd dat
de huidige afdeling "op maat gesneden" was
en dat er derhalve niet meteen zou worden
gedongen naar een nieuw kampioenschap,
na de eerste schermutselingen bleek dat de
ware aard van het beestje sterker is dan de
rede. Ajax 4 bestaat uit "winners". Verlies
komt niet in hun vocabulaire voor.
Eigenlijk komt het er op neer dat wij niet
per sé kampioen hoeven te worden, maar
dat wij ook geen punt weg willen geven.
Hoe vanuit die optiek een nieuw
kampioenschap vermeden kan worden is
onbekend. Voorlopig staan de bloemen nog
ver weg, en dus maakt het door
JoopLeeuwendaal geleide elftal zich nog
geen zorgen. Elke zaterdag worden messen
geslepen en strijdbijlen opgegraven om -op
sportieve wijze- volop voor de winst te gaan.
Een makkelijke afdeling is het niet.
Dat was bij voorbeeld te merken in
Amsterdam Noord, waar Rood Wit A ons
stond op te wachten. Op het dauwrijke gras
moest Ajax 4 tot op de bodem van haar
kunnen gaan om met een overwinning de
duik onder het IJ te kunnen maken. Dick
Schoenaker toonde zich wederom van grote
waarde maar speciale aandacht ging uit naar
de verloren zoon, Tinus van Teunenbroek.
Regelrecht uit Amerika meldde hij zich in
de kleedkamer, waar na het afpellen van de
dagelijkse kleding bleek, dat hij op het
nieuwe continent geen weerstand had
weten te bieden aan de verleidingen van
hamburgers en hot-dogs. Hadden wij
thuisgespeeld, dat hadden wij kunnen
spreken van de Voorland-gigant. Het
overgewicht trok echter geen
onoverkomelijke wissel op het
keeperstalent. Slechts twee keer moest
Tinus een doelpunt incasseren. Daar
tegenover stond dat hij vier keer de armen
juichend ten hemel kon heffen na een
treffer van zijn maats. De uiterst felle
tegenstand van de noorderlingen dwong
Ajax 4 er toe, er een echte wedstrijd van te
maken waarin over en weer wel eens een
onvertogen woord en soms een beuk werd
uitgedeeld. De arbiter, broer van
Jerommeke uit de Suske en Wiske-strip,
wist de verhitte gemoederen echter
uitstekend te beteugelen en na afloop werd
er aan de bar nog lang en geanimeerd
nagebabbeld over deze fijne winstpartij.
David Endt
88
AJAX MAGAZINE NOVEMBER 1994