Alfons
Groenendijk
Voetbal is een
grote afvalrace
Oude Liefde
"In de voetballerij kun je niet volgens je natuurlijk élan leven.
Het is diep triest dat bepaalde machthebbers alles naar hun
hand kunnen zetten. Het is nog net geen feodaal systeem". Oud-
Ajacied Alfons Groenendijk is terug in Nederland en laat luid van
zich horen.
door Youri de Vos
Foto's: Louis van de Vuurst
Terug in Leiden. Alfons Groenendijk
schudt in de Sleutelstad de handen van
oude bekenden. In Manchester misschien
een tikje heimwee naar de hond gekregen,
Fons?, vraagt er iemand.
De voetballer bloost. "We hadden de hond
hier inderdaad achtergelaten. Het arme
beest had dan zes maanden in quarantaine
gemoeten. Dat wilden we niet. Voor mijn
vrouw heb ik er in Manchester toen wéér
een genomen, ook een Golden Retriever.
Ja, het is raar gegaan. Wie had nou gedacht
dat we binnen veertien maanden weer in
Nederland zouden zitten? Nu hebben we
twee honden".
De Bruine Boon, op een steenworpafstand
van het Rapenburg, is een chique eetcafé in
de Leidse binnenstad. Wijn, stokbrood,
koffie, opiniebladen, studieboeken en een
gracieuze bediening. Aan de muren hangt
een fraaie collectie uit het Centrum voor
Beeldende Kunst, op de stamtafel liggen de
kranten.
De kersverse Spartaan zegt blij te zijn dat
hij weer voetbalt. "Ik ben dertig nu en heb
bijna twee jaar niets gepresteerd. Eerst bij
Ajax, daarna bij Manchester City. Bij Ajax
ben ik een halfjaar uit de roulatie geweest.
Een zware enkelblessure en dan weet je hoe
het bij een club als Ajax gaat. De rest traint
en speelt en staat niet stil. Toen ik fit was,
was het januari en stond Michel Kreek op
mijn plek. Het seizoen zat er bijna op. Het
was een grote klap voor me, buiten het feit
dat Van Gaal het totaal niet in mij zag
zitten. Ik zeg dat niet uit frustratie. Dat
woord ken ik niet. Eerst ik, toen Kreek, nu
Davids. De top is nu eenmaal een
pyramide. Het is één grote afvalrace".
"Ik heb met heel veel mensen gewerkt. Veel
verschillende mensen, veel verschillende
meningen. Van Cor van der Hart tot Louis
van Gaal. Van Pim van de Meent tot Leo
Beenhakker. Van Aad Mansveld tot Han
Berger. Van Rob Baan tot Leo Steegman.
Van Jan Reker tot Lex Schoenmaker. Als je
die dan allemaal de revue laat passeren dan
kun je wel een paar aardige conclusies
trekken. Ze zijn namelijk öf gek van me öf
72
AJAX MAGAZINE NOVEMBER 1994
