Karrière 7 Fred Grim In de tweede Karriere 7 van de nieuwe voetbaljaargang treedt een oude bekende voor het voetlicht. Fred Grim keerde na zeven jaren in Friesland terug bij "zijn" club. Een uitgelezen moment om eens terug te blikken op de loopbaan van de keeper. 1. De Jeugd "De eerste tien jaren van mijn jeugd speelden zich af in het Oosterpark, in Amsterdam. Op mijn tiende zijn we naar Amsterdam-Noord verhuisd. Maar in mijn jongste jeugdjaren woonde ik dus met m'n zus en mijn ouders vlakbij het Oosterpark, om de hoek. Vader werkte bij de gemeente, moeder was gewoon huisvrouw. Elke vrije minuut bracht ik in het Oosterpark door, lekker voetballen. Mijn moeder kwam af en toe zelfs een pakkie brood brengen, zo erg was het. Tijdens die partijtjes in het park stond ik al vaak op doel. Glijden en duiken, daar was ik gek van. Ik kwam elke dag als een beest thuis, zo smerig zag ik eruit na een dagje Oosterpark. School heeft er trouwens nooit onder geleden, daar ging ik meestal braaf naar toe. Ik was een rustig jongetje en ging na de lagere school naar het atheneum toe. Dat bleek net iets te veel gevraagd, in combinatie met Ajax. Uiteindelijk heb ik de HAVO afgemaakt, puur voor het papiertje. Om me daarna volledig op het voetbal te kunnen storten." 2. De eerste club "Dat was JOS, in Amsterdam. Waarom weet ik niet zo goed meer, waarschijnlijk was het een doordenkertje van mijn vader. Dat complex lag toen nog vlak bij het Amstel-station, dus hoefde hij me niet altijd te brengen en te halen. In die tijd was JOS een goede eersteklasser, met een vrij sterke jeugd. Vanaf de eerste seconde heb ik daar onder de lat gestaan. Dat was geen bewuste keuze, ik meldde me gewoon aan als lid en zou het verder wel zien. Toen werd ik ingedeeld in een team zonder keeper. Omdat ik dat in het park al zo leuk vond, ben ik daar op doel gaan staan. Het hele weekeinde hing ik rond op dat complex, van 's morgens vroeg tot 's avonds laat. Toen ik vijftien was kwam daar een einde aan. Aad de Mos belde op, of ik bij Ajax kwam spelen. Schitterend vond ik dat. Je wist, dat op instuifdagen duizenden jongetjes staan te trappelen om bij Ajax te mogen voetballen. En ik werd gewoon opgebeld. Een hele eer." 3. De Droom "Eerlijk gezegd ben ik niet zo'n dromer. Ik ben heel nuchter, dat is de aard van het beestje. Ik praat niet echt in termen van dromen, maar stel mezelf natuurlijk wel doelen. In eerste instantie is dat het hoogst mogelijke bereiken. Dat sprak ook zo aan toen ik net bij Ajax kwam. De absolute wil om het maximale uit jezelf en het team te AJAX MAGAZINE NOVEMBER 1994

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1994 | | pagina 66