meer scouts nodig hebt, inmiddels 12
extern, en dat de talenten van verder weg
komen. Nee, niet uit Limburg of
Groningen. Dat laten we schieten. Ons
criterium is een maximale reistijd van een
uur. Dat is dan toch al twee uur per dag.
We hebben wel een aantal buitenlanders in
de jeugdopleiding zoals Hans Eric
Ramberg uit Noorwegen. We krijgen het
volgend jaar een eerste Amerikaan, John
O'Brien in de A2, de eerste Rus, Karei
Urasov, in de BI. Voor dat soort jongens
zoeken wij gastgezinnen die de taal spreken
en een voetbalachtergrond hebben.
We zijn ook in kontakt gekomen met hele
jonge Braziliaanse spelertjes,
volgens zeggen ongelooflijke
talenten, die nu alleen maar
voetballen in de sloppenwijken
van Brazilië en bij Ajax willen
spelen. Ik denk dan gelijk een
paar stappen verder en dan
vooral aan de verschillen in
cultuur. Als het inderdaad
talenten zijn zullen ze naar
school moeten en niet meer
elke dag kunnen voetballen. En
als de zon een tijd niet meer
schijnt zal de accu al gauw leeg
zijn en zullen hun prestaties
alleen maar achteruit gaan.
Maar je weet het natuurlijk
nooit.
Verder is de jaarlijkse
jeugdinstuif meer
geprofessionaliseerd en heet
ook nu talentendagen."
Die naamsverandering is
ingevoerd omdat bij de instuif
toch wel sprake was van
dagjestoerisme. Iedereen kwam maar
binnen, ook die niet zo goed kon
voetballen. We hebben dus een paar
voorwaarden gesteld waaraan het kind
moet voldoen. Het moet in de eerste plaats
een jongen zijn, omdat we voorheen ook
wat meisjes kregen, hij moet voldoen aan
een bepaalde leeftijdsgroep, niet te ver van
Amsterdam wonen en hij moet van
zichzelf denken dat hij net zo goed kan
worden als bijvoorbeeld Overmars of
Davids. Het vorig seizoen hadden we 2018
inschrijvingen, het jaar daarvoor ruim
1500 en omdat het een belangrijke bron
voor ons blijft naast de gewone scouting
gaan we daarmee door. Verder houden we
ook talentendagen op locatie en komt er in
de komende herfstvakantie een F-Day
waarbij tweede jaars F-jes uit Amsterdam,
kinderen van 7 jaar, een keer bij Ajax
kunnen voetballen. Deze jongens worden
het jaar daarop E-pupil en daarvan hebben
wij er ieder jaar 16 nodig voor de E2."
Hoever zijn jullie met de
automatisering van de opleiding?
"Heel ver, want de inhoud van de hele
opleiding staat op papier. Alles is
gestructureerd en geautomatiseerd. In dat
kader is de hele manier van rapporteren
veranderd. We gebruiken daarvoor het
ezelsbruggetje TIPS (Techniek, Inzicht,
Persoonlijkheid, Snelheid) waar het
Ajaxspel helemaal wordt ontrafeld op het
gebied van techniek, taktiek, atletisch
vermogen en persoonlijkheid. Daar is een
formulier voor ontwikkeld dat door de
hele vereniging wordt gebruikt, zowel bij
het betaalde voetbal als bij het jeugdvoetbal
zodat we precies kunnen zien hoe over een
speler gedacht wordt. Dat is nu allemaal
geautomatiseerd. Elk detail wordt in de
computer vastgelegd zodat we een prima
beeld krijgen over onze talenten die al bij
ons spelen, maar ook van jongens die wel
bekeken zijn maar nog niet bij Ajax
voetballen.
Ook de rapporten over spelers die de
trainer van iedere wedstrijd maakt gaan de
computer in. Bovendien worden alle
medische gegevens vastgelegd. Iedere
blessure wordt bijgehouden dus kan je van
een talent over een langere periode precies
zien hoe vaak hij geblesseerd is geweest, op
wat voor dag, op kunst gras of gewoon
gras, in een training of een wedstrijd en ga
maar door.
Ik denk dat wij in dit opzicht niet alleen in
Nederland maar in de hele wereld uniek
zijn.
Wanneer wij van die gegevens
gebruik maken? Bijvoorbeeld
in december, wanneer er altijd
een tussentijds
beoordelingsgesprek
plaatsvindt met de speler. En
niet zo maar een gesprek want
aan de hand van rapporten en
de wedstrijden die tot dan toe
gespeeld zijn wordt een
oordeel over de jongen
gegeven en een voorzichtige
prognose over zijn toekomst.
Want iedere jeugdspeler is
voor één jaar lid. En hangt dan
erg van de pedagogische
eigenschappen van de trainer
af of een speler meer
gemotiveerd of juist
gedemotiveerd verder gaat. In
april vindt er een tweede
gesprek plaats waarbij hij
definitief hoort of hij mag
blijven of niet. Dat beslist de
trainer, dus iemand van de
opleiding, samen met Ton Pronk als
Hoofd Scouting. Net als ik kent hij ook
iedere speler bij Ajax en moet hij daar een
oordeel over hebben. Als die twee er niet
uitkomen is er nog het oordeel van de
elftalleider en als de stemmen staken zal ik
de knoop moeten doorhakken."
Welke rol spelen de ouders in het
geheel?
Het is heel belangrijk dat de ouders eerlijk
tegenover hun kind zijn. Als zij
voortdurend een ander verhaal tegen de
jongen vertellen dan de trainer is dat
natuurlijk niet goed. Daarom heb je ook de
AJAX MAGAZINE SEPTEMBER 1994