l/Vim Volkers, bijgenaamd "de mug", is sén van de legendarische Ajacieden. De technische rechtsbuiten speelde 265 wedstrijden in het eerste elftal en bekleedde na zijn aktieve loopbaan tal van Functies binnen de vereniging. Bij Ajax werd niet alleen gevoetbald, maar ook basketbal, honkbal, atletiek en cricket werd er in de rood-witte kleuren bedreven. Deze foto stamt uit het Ajax-cricketleven van het midden van de jaren dertig. Een Ajax-elftal uit 1950 met onder andere, staand eerste van links, Rinus Michels. competitieslot was een beslissingswedstrijd tegen Feyenoord nodig om de kampioen aan te wijzen. In een vol stadion versloeg Ajax op Hemelvaartsdag de aartsrivaal met 5-1. Ondanks de goede start van het decennium zou de eerste helft van de jaren zestig een magere periode worden, met als dieptepunt het seizoen 1964-65, toen Ajax zich slechts tenauwernood van degradatie kon redden. Een nieuwe, veelbelovende trainer, Rinus Michels, had Ajax dat seizoen in veilige haven geloodst en de vroegere Ajax-aanvaller legde, ook dank zij een lichting voortreffelijke voetballers, de basis voor een ongeëvenaarde sterrenploeg. Vanaf 1965 groeide Ajax uit tot een internationale grootmacht, waarbij de dadendrang van het Ajax-bestuur onder leiding van praeses jaap van Praag niet mag worden vergeten. De resutaten van Michels' professionele aanpak werden al in het seizoen 1965-66 zichtbaar. Met klassespelers als Klaas Nuninga, Ton Pronk, Sjaak Swart, Piet Keizer, Bennie Muller, Henk Groot, de jongeren Theo van Duivenbode en Wim Suurbier en natuurlijk het zich razendsnel ontwikkelende supertalent Johan Cruijff, werd het elfde landskampioenschap een feit. Ook 1967 en 1968 leverden de titel op, en daarnaast kreeg de club internationale allure. Grote triomfen Een voorbode van de dingen die komen gingen was in 1966 de spectaculaire uitschakeling van Liverpool. In de legendarische mistwedstrijd in het Olympisch Stadion leidde een onhoudbare Sjaak Swart Ajax naar een 5-1 zege, waarna een week later het karwei werd afgemaakt: 2-2. In 1969 bereikte Ajax als eerste Nederlandse club een Europese finale. Nadat onder meer Benfica en Spartak Trnava waren uitgeschakeld, maakte AC Milan met een 4-1 zege in de finale in Madrid duidelijk dat Ajax nog niet helemaal rijp was. Twee jaar later, in 1971, was het dat wel. De zege op Panathinaikos op het heilige gras van Wembley was het begin van een trilogie. Ook in 1972 en 1973 werd, ten koste van Internazionale en Juventus, de belangrijkste Europa Cup veroverd. De basis van het team dat, eerst onder Michels 116 PRESENTATIEGIDS AJAX '94/ 95

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1994 | | pagina 116