eindfase van de aanval kwam ik als 't meezat in balbezit. Maar dan stond ik weer tegenover twee man en was ik in principe kansloos". "Bij Ajax had ik het imago een rechtsbuiten te zijn die ervan hield om lekker in het zonnetje te staan. Dat ik daar stond kwam niet door het zonnetje, dat kwam door het systeem. De rechtsbuiten van Ajax is erg afhankelijk van zijn medespelers. Het is een positie die wordt onderschat. Als ik bij Ajax na vijftien minuten de bal niet had gehad, dacht het publiek meteen: 'Schippie is er niet'. Nou, de kenners wisten beter, want Schippie was er wèl". "Het systeem is heilig bij Ajax. De spelers moeten zich daaraan ondergeschikt maken. Met Johan Cruijff had ik er ook al vaak bonje over. 'Maar Johnny', zei hij dan, 'je voert je taak toch goed uit, je doet het voor het team fantastisch'. Ik was rechtsbuiten en ik bleef rechtsbuiten. Een pure rechtsbuiten. De enige die Ajax had. Als junior stond ik al rechtsbuiten. Ik was klein. Omdat ik altijd tegen jongens speelde die twee koppen groter waren, hadden ze mij op de vleugel neergezet. Maar na al die jaren wilde ik dat niet meer". "Ik had al genoeg langs het lijntje gestaan, vond ik. Ik wilde mijn ei weer eens kwijt kunnen. Het is moeilijk te zeggen of het Italiaanse voetbal beter of slechter is dan het Nederlandse. Waar het om gaat is de maken. Zes jaar geleden kon ik naar AS Monaco. Ik had zelfs al met Wenger gesproken, de trainer. Maar van Harmsen mocht ik niet weg. Het was net in de periode dat Cruijff en Bosman waren vertrokken. "In Italië moet je voetballen als je in de kracht van je leven bent. Je moet komen als je 25 bent, zoals Aron Winter. Dat is ideaal. Ik ben hier nu twee jaar. Ik heb contractueel nog één jaar voor de boeg. Tegen die tijd ben ik 31Ik moet dan nog maar zien of er nog een nieuw contract voor me in zit. Misschien is het dan alweer voorbij". Supporters passeren, ze zwaaien of scanderën zijn naam. Bel' Johnny glimt. "Je zult het niet geloven, maar ik ben één van de populairste spelers van het elftal. Van het publiek maar ook van de leiding van de club krijg ik veel respect voor de wijze waarop ik me als typische rechtsbuiten aan de Italiaanse stijl van voetballen heb aangepast zonder mijn kwaliteiten te verloochenen. Ik ben van waarde doordat ik op de momenten dat het er in de wedstrijd nogal hectisch aan toegaat, de rust en het overzicht bewaar. Alleen in dat opzicht heb ik hier voor mezelf al een mooie overwinning behaald". "Van de nieuwe trainer krijg ik veel vertrouwen. Hij heeft mij een vrije rol gegeven. Ik mag van hem op het middenveld spelen, maar ook in de voorhoede. Ik moet de wedstrijd lezen, zoals dat heet. 4-4-2 of 4-5-1. Ik bepaal of we op het middenveld met z'n vieren of met z'n vijven spelen. Ik zit hier veel meer in de wedstrijd dan ik bij Ajax gewend was. Ik moet hier veel meer doen. Ik bestrijk het hele veld. De wedstrijden vliegen werkelijk om. Of ik nu goed of slecht speel, ik ben negentig minuten hard bezig. En na afloop ben ik uitgeput, lichamelijk maar ook geestelijk". Het rechtsbuitenimago "Dat was bij Ajax zelden het geval. In de eerste plaats moest ik daar binnen het systeem spelen en mijn taak uitoefenen. Als rechtsbuiten moest ik me langs de lijn zo diep mogelijk opstellen om ruimte te maken voor de centrum-aanvallers. Ik was veel te afhankelijk van anderen. Pas in de AJAX MAGAZINE JUNI 1994

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1994 | | pagina 93