toe zeer gevaarlijk was. En zoals zo vaak heeft de tegenstander dan slechts een klein kansje nodig om te scoren. Jammer, want dat was weer een nodeloos verliespunt. Laatste kans Op Voorland in de topper tegen Jonathan kregen we de laatste kans om de koploper te achterhalen. Het werd een wedstrijd, met van alles er op en er aan. Binnen twee minuten stonden we al met 1-0 achter, omdat we nog niet wakker waren. Ajax nam daarna snel het heft in handen en leidde bij de rust met 2-1. Die voorsprong zelfs nog vergroot. Jonathan kwam nog wel terug tot 3-2, maar verder liet Ajax het niet komen. Onze goals kwamen van Been, Grootenboer en De Ronde. Door de vele afgelastingen, moest op een dinsdagavond in Utrecht tegen Desto een inhaalwedstrijd worden gespeeld. De 1-0 achterstand werd goedgemaakt door Spaargaren, maar Desto bleef hard werken voor dat ene puntje. Helaas ontbrak bij ons de werklust om te winnen waardoor de kans op de titel opnieuw kleiner werd. In de uitwedstrijd tegen RAP hadden we iets goed te maken, want de eerste ontmoeting werd destijds verloren. Onder goede omstandigheden liep Ajax toch weer eerst tegen een achterstand aan, maar daarna werd RAP bij vlagen weggespeeld. Ajax combineerde goed en scoorde fraaie treffers. Het werd uiteindelijk een 8-2 zege, met goals van Scorsolini (2x), De Ronde (2x), Vos (2x), De Randamie en Kalse. Opnieuw stond er op een dinsdagavond een inhaalwedstrijd op het programma, in IJsselstein tegen IJFC. Men had slechts zelden zoveel toeschouwers in IJsselstein bij elkaar gezien, maar wat wil je, Ajax kwam op bezoek! De gastheren waren er zeer op gebrand te winnen en dat was ook in het veld goed te merken. Het was hard en meedogenloos en er werd zeer veel gepraat. Gelukkig deden wij daar niet aan mee en was de arbiter daar na afloop bijzonder content over. De goals werden keurig over de twee helften verdeeld. Rust 1-2 en daarna via 1-3 en 2-3 naar 2-4. De voorlaatste wedstrijd op 30 april, Koninginnedag, in Vreeswijk bij Geinoord, had veel weg van zomeravondvoetbal. Ajax greep de kans op een monsterscore niet. Bij een voorsprong van 6-2 liep iedereen te slapen en kwam Geinoord nog terug tot 6-4. Een wedstrijd om snel te vergeten. De Ajax-score werd verzorgd door Vos (2x), Spaargaren (2x), De Randamie en De Vos. Tweede plaats De laatste wedstrijd tegen De Geuzen moest Ajax winnen terwijl concurrent Jonathan diende te verliezen, wilde Ajax nog kans maken op een beslissingswedstrijd voor het kampioenschap. Het gebeurde echter precies andersom. Ajax speelde bar en boos en vocht helemaal niet voor dat kleine kansje. Jonathan werd aldus de verdiende kampioen en Ajax moest zich met een tweede plek tevreden stellen. Misschien dat het komende seizoen ons wel weer eens een titel brengt. Tenslotte willen wij een ieder bedanken voor de samenwerking in dit seizoen. We hopen oprecht dat de spelers die vertrekken succes zullen hebben in hun nieuwe omgeving en dat de overigen, na een prettige vakantie gezond terugkeren. Frans Grootenboer Ajax 4 Waarom zijn wij Ajax 4 en geen Ajax 2 of Ajax 1, om maar niet te spreken van Ajax 3? De vele bezoekers die wekelijks de wedstrijden van het vierde volgden kunnen zich vinden in die vraag. Want op de keper beschouwd doen wij voor al die teams niets onder. Het klinkt arrogant, maar het is zelfbewust bedoeld. Uiteraard is de longcapaciteit niet op eersteklasseniveau, en ook de kracht in de musculatuur laat regelmatig te wensen over. Maar verder? Mensen toch, wat een klasse, wat een inzet en teamgeest! Dat Ajax 4 in één seizoen twee keer kampioen werd, daar hebben wij nog geen column over gelezen. Alsof dat de normaalste zaak van de wereld is. Zoiets is alleen bij Ajax zaterdag 4 mogelijk. Na een paar wedstrijden in een klasse met een hoog cijfer en daarachter een letter verderop uit het alphabet vond de KNVB afdeling Amsterdam ons al kampioen en mochten we direct promoveren. Het getal werd lager, en de letter stond dichter bij de A, maar wat speelden wij er op los. De ene na de andere tegenstander werd aan de zegekar gebonden. Het hoogtepunt van het seizoen werd (met trillende hand) opgetekend op een doordeweekse avond. Ik geloof dat het een donderdagavond was. Het stadion waar het vierde moest aantreden lag pal naast dat van Ajax en de tegenstander, u raadt het, heette WGA. Van de wedstrijd weten wij slechts dat wij hem, na felle tegenstand en veel verbale schermutselingen, gewonnen hebben. En daarna begon het. De vermaarde WGA kantine deed haar goede naam alle eer aan en wij koesterden ons in haar warme schoot. Na enige voorbereidende versnaperingen dook Ruud Haarms ineens aan de andere kant van de bar op. In de wedstrijd behoorde hij, met drie ballen uit-stand in de sloot en een voltreffer op de ruit van Café Meerzicht, tot de uitblinkers. Maar nu overtrof hij zichzelf in de rol van hoogspriester-van-de-cocktail. De meest onwaarschijnlijke "killers" toverde hij in kleine, gemene glaasjes. Kaaimannen, wurgslangen, piranha's en bloedzuigers slorpten wij naar binnen. Ruud kreeg hulp van linkshalf Dick van Wagtendonk alias de opperrabijn-van-de-shake. Het feest werd in al zijn onnavolgbaarheid volmaakt maar liet zijn sporen na. Jan Buskermolen meldde zich de volgende dag vanuit een zweefmolen, Joop van Nielen nam, heel verstandig, plaats op de achterbank maar kwam niet veel verder omdat ook zijn beoogde chauffeur op de tweede rij zitting nam. Het kinderslot maakte de oplossing heel moeilijk. Joop Leeuwendaal nam de middelste van de twee planken over de sloot en Werner Schaaphok had geluk dat zijn Tosca bij hem was om de weg te wijzen. De fietstocht van ondergetekende naar de woonstede leek meer op een trapezenummer en Tinus van Teunenbroek ontdekte de volgende morgen blaren op zijn hand. Van het vasthouden van de vangrail op weg naar huis... Na een eclatante overwinning op Schellingwoude (en verlies van de concurrent) kroonde Ajax zaterdag 4 zich tot kampioen. Maar eigenlijk waren wij dat al. David Endt AJAX MAGAZINE JUNI 1994

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1994 | | pagina 66