voorbeeld is voor Europa. Nou, dat vind ik
nogal wat als dat gezegd wordt. Het is een
teken dat het beleid van de technische staf
en het bestuur z'n vruchten afwerpt. En dat
is leuk."
Het leuke van het voorzitterschap is mee te
mogen helpen Ajax die plaats te geven waar
het hoort. Al die duizenden mensen die zich
met Ajax verbonden voelen, spreken mij het
meest aan. Zoals bij de huldiging op het
Leidseplein, waar je ziet dat zoveel mensen
van die club houden. Want wat is nu een
club? Iets abstracts, het is eigenlijk niks. Een
club is niets anders dan een paar velletjes
papier met statuten en een huishoudelijk
reglement. Het wordt gevormd door de
mensen die daar aan verbonden zijn. En als
dan al die vijftigduizend mensen daar staan
te juichen voor die club, om die rare schaal,
en die jongens, dat elftal, hun helden... Dat
zoiets mogelijk is en dat je dan in het
bestuur mag zitten en daar leiding aan mag
geven. Wat wil je nog meer?"
"Kijk, wij met z'n vijven in het bestuur zijn
allemaal een bepaald radertje in het totaal.
We zijn allemaal heel intensief bezig met
onze eigen portefeuille. In de
bestuursvergadering op dinsdag
informeren wij elkaar waarmee we bezig
zijn. We vragen toestemming voor allerlei
zaken maar we zijn toch heel erg met ons
eigen hokje bezig. En dat gaat heel goed. En
als ik dan zie dat financieel weer alles op de
rails staat, dat het commercieel heel goed
met drie nieuwe sponsors te weten Price
Waterhouse, FilmNet en de Staatsloterij,
hoe Arie van Eyden en Daan van den Burg
dat traject uitstekend hebben opgepakt
zonder de hulp van een
sportmarketingbureau, hoe COTASS tot
stand is gekomen met Ajax als absolute
leider samen met PSV, Feyenoord en
Vitesse en hoe Maarten Oldenhof zich
daarin bijt en daarvoor heel baanbrekend
werk heeft verricht, hoe iedereen binnen de
club enthousiast is, vanaf de jeugdleiders
van de jongste elftallen tot Michael aan de
telefoon en Wim Schoevaart voor het
museum, als ik ook kijk naar het Ajax
Magazine wat gewoon een superblad is
geworden en naar Ajax Life, tjonge, het
heeft allemaal stijl. Nou, dat spreekt mij aan
en mijn streven is om te zorgen dat het
allemaal nog beter wordt. Dat Ajax een
20
bolwerk wordt van jeeeehtjeongelooflijk!
Dat is mijn streven en daarom wil ik het wel
nog een tijdje doen.
Ik zeg je eerlijk: ik zou een hele slechte
penningmeester zijn. Dat kan ik gewoon
niet, wat Arie van Os doet. Onderhandelen,
precies weten wat de ander op dat moment
wil, nee, dat kan ik helemaal niet. Ik zit
precies op de plaats waar ik wil zitten.
Hoe beleef je een voetbalwedstrijd?
"In de eerste jaren juichte ik nooit. Ik vond
dat zoiets niet kon omdat je als gastheer
optreedt. Nu doe ik het wel. Het hoort er
gewoon bij en het kan me eigenlijk niet
zoveel meer schelen. Ed van Thijn juichte
ook. Daar heb ik wel eens een rondedansje
mee gemaakt. Maar ik ben ook wel een
beetje introvert, hoor, ik ben niet zo'n
figuur die zich helemaal geeft.
Maar op zondag ben je toch altijd gastheer.
Als bestuurslid ga je nooit gewoon naar
Ajax. Je bent altijd bezig en aan het werk.
Altijd op dingen letten, mensen welkom
heten, je bent ook gastheer van je publiek. Ik
verlang er soms best eens naar om gewoon
naar Ajax te gaan.
Dit jaar ben ik een keer met de supporters
naar FC Groningen-Ajax geweest. Met hun
meegereisd, in hun vak gestaan, dan ben je
een dagje naar Ajax en hoefje nergens aan te
denken. Dan is het gewoon lachen, en ik
heb me voorgenomen het volgend jaar nog
een paar keer te doen. Dat is een hele andere
manier van voetbalbeleving. Dat wil niet
zeggen dat ik het andere niet leuk vind,
maar dat doe ik het grootste deel van het
jaar. Dan vind ik het ook wel eens mooi om
wat afwisseling te hebben.
Misschien zie je andere voorzitters dat niet
zo gauw doen, maar het hoort er bij.
Bestuursleden zijn toch normale mensen.
Moet je horen, op de laatste dag van de
competitie waren we bij Willem II-Ajax.
Met drie bestuursleden plus Arie van Eyden
en Maarten Oldenhof. Zitten we daar dan
netjes op een rijtje als Ajax-bestuur. In de
rust van de wedstrijd hadden we trek. We
zijn dus niet naar de bestuurskamer gegaan
maar hebben een broodje kroket en een
frikadel gehaald en zaten we dat gewoon op
te eten. Als je dan die mensen ziet kijken,
jongen, of we van een andere planeet
kwamen. Omdat wij toevallig deel
uitmaken van het Ajax-bestuur, zijn wij
AJAX MAGAZINE JUNI 1994
toch niets meer of niets bijzonders. Ik merk
dat mensen teveel naar je opkijken, terwijl
dat helemaal niet hoeft. Ajax is van de
mensen en niet van het bestuur."
"In VI stond laatst bij mijn interview: "wij
zijn Ajax, wij zijn de beste". Dat is hier en
daar een beetje versleten als arrogant en dat
moet men dan maar ook denken want dat is
niet erg. Wat ik er mee bedoeld heb te
zeggen was dat wij Ajax zijn en als je verliest,
dan ben je ook Ajax, dan pak je dat, je slikt
het want je bent Ajax. Als je bij Ajax bent
hoort daar een bepaalde stijl bij, dan gooi je
geen ruiten in, dan ben je trots, dan loop je
met de borst vooruit want je bent Ajax. Dat
heb ik er mee bedoeld.
Onze supporters zijn daarmee al een heel
eind op weg, al kan het nog veel beter. Dat
heeft niets met arrogantie te maken. Wij
doen het op onze manier en dat dwingt
verschrikkelijk veel respect af. Dat moet
overal blijken, op het veld, in het bestuur,
bij de medewerkers, in het Ajax Magazine
en in het stadion. En we zijn op de goede
weg"
Hoe kijk je naar het volgend seizoen?
"Zeer positief. Dat kan minstens zo goed
worden als het afgelopen seizoen. We
hebben hetzelfde elftal, Stefan is een
absoluut gemis, voetbaltechnisch en als
persoon. Binnen Ajax staan alle neuzen één
kant op en iedereen draagt op zijn of haar
manier een steentje bij aan de verbetering
van het produkt."