voetbaltechnisch probleem. Als ze de lucht inschieten is het ingeslepen gevoel namelijk weg. De spelers ogen dan in vergelijking met het jaar ervoor erg onhandig en houterig. Af en toe ben je geneigd te denken: die kan er helemaal niks meer van. Nu weten we dat dat aan die groei kan liggen, maar het zou ook kunnen dat die jongen definitief als voetballer is veranderd. Het is heel moeilijk beoordelen, maar we kunnen dat oordeel niet uitstellen. Er vallen dan ook relatief veel jongens af aan het einde van het seizoen. In de B beginnen we landelijk te spelen, dus dan moeten we toch weer hogere eisen gaan stellen. En daarbij komt dat we verder kunnen kijken buiten Amsterdam. In feite kunnen de Ajax- spelers dan overal vandaan komen. Dat betekent dat de concurrentie groter is voor de jongens die al bij Ajax spelen." In de praktijk vallen vaak de langere jongens af. Dat is Adriaanse ook opgevallen. "Als we een corner tegen krijgen houd ik altijd mijn hart vast. We komen gewoon altijd lengte tekort. Dat is in de jeugd zo en daarmee ook in het eerste, aangezien het grootste deel van de eerste-elftalspelers uit de eigen jeugd afkomstig is. Ik ben me ervan bewust dat langere jongens het moeilijk hebben om zich bij Ajax te handhaven. Dat is ook best te verklaren. Het heeft met de handelingssnelheid te maken. Die is bij Ajax per definitie hoog. En daarvoor hebben we snelle, wendbare spelers nodig. Hoe lager je zwaartepunt ligt, hoe makkelijker je kunt draaien. Kleinere spelers ogen Ajax-achtig; langere veel moeilijker. En ik heb het idee dat de trapvaardigheid ook afneemt als spelers grotere voeten hebben. Kleine voeten kunnen de bal beter in het hart raken. Als jeugdige voetballers te grote voeten krijgen lopen ze vaak in de tien-voor-twee-stand en dat is niet bevorderlijk voor de snelheid. Er is niet zo veel tegen te doen, helaas." De theorie over de trapvaardigheid wordt in ieder geval niet bevestigd door twee feiten die materiaalman Sjaak Wolfs desgevraagd naar boven haalt. "Arie Haan had schoenmaat 42/43, Ronald Koeman 42." De hardst schietende Ajacieden hadden geen overdreven grote, maar zeker ook geen kleine voeten. Hoe dan ook, de Ajax-opleiding zuivert bijna automatisch de lengte weg. Opstandigheid Wim Stuut, de leider van de C2 en de vader van Mark die in de Cl speelt, weet van twee fronten hoe de (naderende) puberteit om zich heen grijpt. "Die jongens zitten natuurlijk in een moeilijke leeftijd. Ze zitten op de middelbare school. Er verandert veel, en ook nog in hun eigen lichaam zelf. Als ik nu de kleedkamer binnen stap zie ik dat er handdoeken worden omgeslagen. In de D loopt iedereen onbekommerd in zijn blootje. Nu komt het haar, en de schaamte. Maar je merkt het ook aan niet-fysieke dingen. Ze gaan zich verzetten. In principe tegen alles, maar in de praktijk is Ajax het laatst aan de beurt als het om opstandigheid gaat. Ik merk het aan Mark. Thuis heeft hij een grote mond; is hij obstinaat. Dat mag, als het binnen de perken blijft. Op school is hij ook veel uitbundiger en drukker. Maar dan maak ik hem bij Ajax mee en dan zie ik hem alles voor zoete koek slikken. En dan thuis weer klagen over het team en de training. Dan zeg ik: luister, je weet dat je met dit soort dingen niet bij mij moet komen aanzetten. Als je het niet eens bent met dingen bij Ajax, dan moet je dat met je trainer regelen, niet met mij." Wim Stuut weet wat zijn zoon te wachten staat. Hij speelde zelf ook bij Ajax in de jeugd en weet dat de strijd hard is. "School is het allerbelangrijkst. Als het in het voetbal lukt is dat meegenomen. Maar je moet er vanuit gaan dat je het van je opleiding moet hebben." In de B begint de landelijke competitie. Maar in de C-junioren is men vorig jaar ook voorzichtig begonnen met een landelijke competitie. Toen heette het nog Top 5-competitie. Dit jaar voegde Ajax zich bij PSV, Willem II, Sparta, Feyenoord en NAC en dus heet het nu Top 6. In feite is het een wilde competitie, want de KNVB staat er verder buiten. Co Adriaanse: "Het liefst zouden we met de C ook een landelijke competitie spelen. We hopen dat we het uiteindelijk ook voor elkaar krijgen bij de KNVB. Er zal nog behoorlijk wat water door de Amstel moeten stromen voordat we dat erdoor hebben. Maar uiteindelijk is de landelijke competitie er voor de B ook gekomen. Dat heeft ook veel strijd gekost met de amateursectie van de KNVB. Ook die competitie was 'wild' in het begin. Het heette toen de Beenhakker-competitie. Ik kan me het voorstel van Leo, gedaan op de vergadering van de coaches betaald voetbal, nog herinneren. Ik was daar aanwezig als trainer van ADO Den Haag. De amateurs stribbelden net zo hevig tegen als nu, nu er een landelijke C-competitie aan zit te komen. Men heeft het gevoel dat het Jeugd Plan Nederland dan definitief op de helling wordt gezet. Ik ben het er niet mee eens. Het doel van het JPN is enerzijds dat het algehele niveau opgehaald moet worden, en anderzijds dat het talent zichtbaar moet jiiJLV MAT, A7INF APRII 1994 97

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1994 | | pagina 99