eenvoudige wetmatigheid dat wanneer het eerste goed draait, de hele club goed draait. Dat blijkt ook de laatste tijd. Want niet alleen het eerste staat bovenaan..." Ondanks de grote veranderingen die Van Gaal samen met het bestuur heeft doorgevoerd in een van nature conservatief lichaam als een voetbalclub, hebben de prestaties er op korte termijn niet onder geleden. Het eerste jaar onder Van Gaal werd de UEFA-Cup gewonnen, het tweede de KNVB-beker. Deze volgorde volgend is dit jaar het kampioenschap aan de beurt. Niet alleen Van Gaal hunkert naar de nationale hoofdprijs. "Ik denk dat iedere Ajacied verlangend uitziet naar die kampioensschaal. Ik zelf ook. Dat speelde ook een - weliswaar kleine - rol bij mijn contractverlenging. Ik heb toch het gevoel dat mijn werk niet helemaal afkan zijn als ik met deze club nog geen kampioen ben geworden. Dat ontbreekt er nog aan. Net als het spelen in de Champions League. Als je streeft naar het hoogste moet dat als trainer toch uiteindelijk je doel zijn. Dat is het hoogste podium waarop je kunt acteren. Wie weet lukt ons dat in de komende twee jaar. Voorlopig lijken we dit seizoen op de goede weg." De beroepsopleiding voetbal In de besprekingen tussen Louis van Gaal en het bestuur ging het slechts over details. Bepaalde afspraken werden aangescherpt. Maar er waren geen grote struikelblokken. "Als er nog veranderingen in de structuur moeten worden doorgevoerd, dan is dat in de jeugdopleiding. Maar daar heb ik geen zeggenschap over. Dat is het terrein van Co Adriaanse. Natuurlijk blijf ik op de achtergrond wel een klankbord voor hem, maar dat komt ook doordat ik altijd in jeugd geïnteresseerd zal blijven. Ik ben niet voor niets leraar geweest... Kijk, toen ik geroepen werd tot dit ambt, zoals dat heet, heb ik direct gezegd dat ik hooguit één jaar als technisch directeur in de gangbare betekenis wilde werken. Ik vond de structuur niet goed. Ik vond dat het betaalde voetbal en de jeugd van elkaar moesten worden losgekoppeld. In die zin, dat er iemand anders verantwoordelijk voor zou moeten zijn. Toen we dat idee invulling moesten geven, werd mij de vraag gesteld: wat wil jij dan zelf worden? Wil je directeur betaald voetbal worden of directeur opleidingen? Dat was eigenlijk geen eenvoudige vraag. Ik heb toen serieus overwogen om directeur opleidingen te worden. Mijn hart ligt immers bij de jeugd. Dat is toch mijn grote liefde. Maar ik had toch te veel ambitie om me ertoe te kunnen beperken. Alleen opvoeden is niet genoeg voor mij. Ik wil namelijk ook presteren. Waarmee ik overigens niet wil zeggen de Ajax-jeugd niet zou moeten presteren, want die druk vormt juist een wezenlijk onderdeel van de opleiding. Maar ik wil in de top werkzaam zijn. En de top, dat is het eerste... Maar ik moet eerlijk zeggen dat ik een gouden periode heb gehad als trainer van de Al. Dat meen ik echt. Ik dacht toen dat ik misschien nooit meer zo'n periode zou meemaken, niet wetende dat ik nog eens de UEFA-Cup zou winnen. Maar als je met jeugd werkt heb je meer rendement en meer dankbaarheid. Meer rendement omdat je ziet dat spelers onder jouw leiding duidelijk betere voetballers worden en meer dankbaarheid omdat daar bij de jeugd nog plaats voor is. Je krijgt meer terug over het algemeen. Ja, als je als hoofdtrainer de UEFA-Cup wint, of de KNVB-beker, of je wordt kampioen, dan krijg je tijdelijk ook veel terug. Maar de voldoening bij de jeugd is van een andere orde. De dankbaarheid die je van spelers krijgt, van ouders... Daar hecht ik aan. En in de top van het betaalde voetbal is er geen sprake meer van dankbaarheid. Dat kan ook niet. Sterker nog, dat mag ook niet. Daar moet het professioneel, zoals dat dan heet. Dan gaat het om salaris. Als je eenmaal daar gekomen bent, moet je gehonoreerd worden. Op dat moment is dankbaarheid niet meer gepast. Wederzijds respect, dat wel. Dat moet er zijn. Het gaat om het uitoefenen van een vak. En juist daaraan, aan dat besef, heb ik veel geprobeerd te doen bij de spelers: dat ze het voetbal vakmatig gingen beoefenen. Want het is een vak. En dat betekent dat je er iedere dag voor honderd procent mee bezig moet zijn. Niet half. Het heeft me moeite gekost om de spelers daarvan te doordringen. Het gaat erom dat je als speler iedere dag bezig moet zijn met jezelf te verbeteren. En dat dus in tegenstelling tot het fysiek op peil houden van jezelf. Nee, je bent beroepsvoetballer. Het is je vak. Het moet niet je drijfveer zijn om te voldoen aan je verplichtingen, het moet je drijfveer zijn om je talent tot het uiterste te benutten. Er is geen speler volmaakt. Iedereen heeft zwakke kanten. Als je beter wilt worden moet je wat goed is aanscherpen en wat minder goed is verbeteren. Als je het voetbal ziet als een vak, kun je ook op je dertigste nog volop bezig zijn om je te verbeteren. Vroeger was het zo, in mijn tijd en daarvóór, dat het nog altijd een uit de hand gelopen hobby was. Want we hadden toch allemaal op straat gevoetbald en dat vonden we toch allemaal zo leuk?! En toen kreeg je er ook nog geld voor. Prachtig! Maar tegenwoordig is het een heuse beroepsopleiding. Een hogere beroepsopleiding. Ik hoop en verwacht dat het op den duur ook steeds meer als zodanig zal worden erkend. De afzonderlijke bv'tjes Uiteindelijk ziet Van Gaal zich terugkeren bij de jeugd. Maar eerst nadat hij ook een buitenlands avontuur achter de rug heeft. Er is veel gespeculeerd over de Italiaanse en Spaanse mogelijkheden die Van Gaal zou hebben. Al dit jaar kon hij aan de slag bij diverse topclubs. Zelfs in de week waarin hij zijn contract bij Ajax verlengde stond in Voetbal International te lezen dat Inter Milaan de voormalige gymleraar uit 1» AIAV AA A r. A 7 I KI C ADDII 1 QQ A

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1994 | | pagina 20