als Ed Lefeber. Het leek mij logisch als ze mij gewoon Ed zouden noemen. Maar toen hoorde ik van Jan dat de jongens daar toch problemen mee hadden. Daarna hebben we het toch maar teruggedraaid. Nu heet ik dus toch: Meneer Lefeber. De jongens voelen zich daar lekkerder bij, maar ik moest er aan wennen." "Je werkt zo intensief met die jongens," zegt De Koning, "dat het moeilijk is om afscheid te nemen als ze naar de volgende leeftijdscategorie gaan. Natuurlijk, op het moment dat ze echt afscheid van me moeten nemen, hebben ze het even moeilijk, maar als ze je twee maanden later tegenkomen op Voorland, dan zeggen ze je amperaan gedag. Dan moet je ze echt bij hun arm pakken en zeggen: hé, hallo, ken je me niet meer? Dan kijken ze je glimlachend aan en groeten je terug. Op dat moment zijn ze al weer helemaal in de ban van de mensen die ze dan begeleiden. Dat gaat hard bij die kinderen. Ze kunnen zich heel goed aanpassen aan nieuwe omstandigheden. Wij missen ze nog wel eens..." Professioneel De Koning doorliep zelf vanaf zijn twaalfde de Ajax-jeugd. Hij kwam niet verder dan het tweede omdat hij de pech had in de zogenaamde gouden periode bij Ajax te zitten. Er zaten te veel goede voetballers voor hem. Eén vriendschappelijke wedstrijd deed hij mee in het eerste, maar daarna vertrok hij naar België om vijf jaar bij Lokeren te spelen en twee jaar bij Cercle Brugge. "Veel mensen die hier toen in de rondte liepen, zijn nog steeds op één of andere manier bij de club betrokken. Je ziet wel dat de opleiding veel professioneler is geworden." De scouting is gestructureerder opgezet. Een opvallend feit doet zich bij de gehele jeugd voor: keepers komen overal vandaan, maar slechts zelden uit Amsterdam. Danny Lucke, van de Dl, komt helemaal uit Arnhem. Zijn vader doet er vijf kwartier over om Voorland te bereiken. Het is een opoffering die hij er graag voor over heeft. Danny speelde vorig jaar nog bij Vitesse, maar toen Ajax zich geïnteresseerd meldde was de keuze voor Danny nogal makkelijk. Vader Lucke wist dat de droom van zijn zoon bewaarheid werd. QQ "Zelf heb ik een half jaar in het internaat van Go Ahead gezeten. Mijn ouders wilden echter dat ik in hun zaak kwam werken en daarmee was mijn carriere snel ten einde. Ik nam me op dat moment al voor dat als ik ooit een zoon zou krijgen met de mogelijkheden om iets in het voetbal te bereiken, dat ik hem dan niets zou weigeren. Het gaat gelukkig erg goed. Danny heeft nog geen moment spijt gehad van zijn overstap. Ook niet nadat bleek dat zijn omgeving nogal jaloers reageerde. Op school vindt iedereen het erg leuk voor hem, maar bij Vitesse doet men nogal vervelend tegen hem. Zijn voetbalvriendjes kwamen plotseling niet meer bij ons thuis. Danny stapte zelf op zijn fiets en ging naar de training van Vitesse kijken om zijn vrienden op te zoeken. Hij lost dat soort dingen zelf op." Danny Lucke is blij met de hogere indeling die tijdens het seizoen is doorgevoerd. Als keeper had hij in de eerste competitiewedstrijden bedroevend weinig te doen. Nu verschijnen er tot zijn grote vreugde regelmatig tegenstanders voor zijn doel. Alleen het feit dat die tegenstanders soms ook nog scoren is nog wat onwennig. Het gezin-Lucke is volledig aangepast aan de nieuwe omstandigheid dat een zoon bij Ajax speelt. In de D2 speelt Chedric Seedorf, het jongste broertje van Clarence. Het is de derde Seedorf die bij Ajax speelt. Volgens moeder Seedorf is het voor Chedric geen voor- maar ook geen nadeel dat Clarence in het eerste speelt. "Hij weet heel goed dat hij er zelf voor moet zorgen dat hij bij Ajax mag blijven. Hij is wel erg trots dat zijn broer zo ver is gekomen. Maar behalve trots is hij ook heel erg kritisch. Als hij 's zondag naar het eerste kijkt en Clarence doet mee, dan let hij voornamelijk op wat hij goed en fout doet. Als we dan 's avonds aan tafel zitten, krijgt Clarence precies te horen of hij goed heeft gespeeld. Als Chedric tevreden over hem is, schud hij zijn hand. Maar als hij vindt dat hij niet goed heeft gespeeld, krijgt hij dat ook direct te horen." Voetbalhuiswerk Voor de spelers zelf is het spelen bij Ajax ook bijna een dagtaak. Behalve de trainingen en de wedstrijden krijgen ze ook nog voetbalhuiswerk mee. Jan de Koning: "Een tijdje geleden zei ik tegen de spelers dat ze thuis moesten oefenen op hooghouden. Ik wilde dat de Dl in twee weken tot 75 keer zou komen en de D2 tot 50. Toen ik ze die opdracht gaf, kwamen de meesten niet verder dan 10, 20. Na drie weken haalden ze allemaal, dus de Dl én de D2, de 75. Dan sta je toch wel even raar te kijken. Hun ijver en leergierigheid maakt het trainen met deze groep erg dankbaar." Op zoek naar avontuur...Philip de Leeuw gaat over de rechterkant langs zijn tegenstander van DCG. A IAV AA A r. A 7 I kl C CCDDI I ADI 1QQA

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1994 | | pagina 98