krachttraining, bijna alles zonder bal. Als
we moesten spelen waren we vaak niet
meer vooruit te branden, zo moe en stijf
waren dan. Nee, dan is trainen bij Ajax
echt een verademing. Veel positiespel,
goeie oefeningen, scherpe partijtjes.
Bovendien moet je hier door de sterkte van
de selectie continu op je tenen lopen,
verslappen is geen moment mogelijk. Ik
leer hier elke dag heel veel bij. Van mijn
medespelers, maar vooral ook van mister
Van Gaal. Hij doorziet het spel. En het is
geen babbeltrainer. Wat ik daar precies
mee bedoel? Veel trainers lopen de hele
wedstrijd en training door te schreeuwen,
zonder dat ze echt iets zinnigs zeggen.
Onze trainer kijkt heel goed naar wat er
allemaal gebeurt en als hij dan zijn mond
opendoet, zegt-ie hele rake dingen, waar je
wat aan hebt. Zelfben ik ook geen
schreeuwer op het veld. Sommigen vinden
dat ik zo onverstoorbaar over het
trainingsveld loop. Maar zo zit ik nou
eenmaal in elkaar. Je zult mj niet zo snel
zien exploderen. Maar nog even terug naar
Van Gaal. Hij is tactisch ook heel sterk. En
niet om te slijmen, maar als mens heb ik
hem eveneens heel hoog zitten. Toen ik het
op het persoonlijke vlak een beetje moeilijk
had hier gaf hij me toestemming een paar
dagen naar Nigeria terug te gaan. Ik denk
dat maar weinig andere trainers dat gedaan
hadden. Dat zegt heel veel over zijn
persoonlijkheid. Hij hoefde ook absoluut
niet bang te zijn dat ik in Nigeria zou
blijven. Daar heb je als voetballer die naar
de top wilt helemaal niets te zoeken. Het
volk vreet voetbal, het is er sport nummer
één, maar van de organisatie deugt weinig.
Voetbal is inmiddels big businessmaar
wordt in Nigeria nog steeds heel
amateuristisch geleid. En dan de
scheidsrechters... De competitie zou best
interessant kunnen zijn, maar de arbitrage
deugt van geen kant. De geruchten over
omkoping worden steeds sterker. Eigenlijk
worden alleen voor de nationale teams de
zaken goed geregeld. Dat moet ook wel,
want de hele wereld kijkt toe."
De Nigeriaanse trots
De goede zorg voor de visitekaartjes van de
Nigeriaanse voetbalbond is niet alleen een
zegen voor de internationals, maar zeker
ook voor de ruim honderd miljoen
inwoners van Nigeria. Het huidige succes
van het nationale voetbalteam betekent
voor het merendeel van de bevolking een
lichtpuntje in donkere tijden. Nadat
kolonisator Groot-Brittannië in 1960 haar
handen van het immense land had
afgetrokken beleefde Nigeria in de
zeventiger jaren gouden tijden. De rijke
oliebronnen zetten de economie in volle
bloei, de staatskassa rinkelde
onophoudelijk. Nigeria groeide uit tot
tweede Afrikaanse economische
mogendheid, na Zuid-Afrika, maar in het
begin van de jaren tachtig werd het verval
ingezet. De jacht naar het Grote Geld dreef
de elite en het volk steeds verder uiteen.
Anno nu is Nigeria nog altijd de vijfde
grootste olieproducent ter wereld, maar de
staatsschuld bedraagt inmiddels tientallen
miljarden dollars. "Denk maar niet dat de
rijken er op achteruit gaan" zegt Finidi
over de huidige economische situatie in
zijn vaderland. Voor de eerste maal tijdens
het gesprek is de toon somber. De
twinkeling in zijn ogen wordt
overschaduwd door een doffe waas. Finidi
schraapt zijn keel en vervolgt: "Het
contrast tussen rijk en arm wordt steeds
groter in Nigeria. Het lijkt wel alsof de
mensen in hoge functies alleen naar maar
geïnteresseerd zijn in hun eigen
portemonnee in plaats van de opbouw van
het land. Zelfs in de kerk draait het
tegenwoordig allemaal om geld. Gelukkig
is het politiek weer wat rustiger, maar
economisch gaat het niet best. Al zul je dat
aan de gewone man op straat niet merken.
Veel Nigerianen verbergen hun ongeluk
achter een masker. Ze zijn te trots om dat
aan anderen te tonen. Ze lachen naar je,
slaan je vriendelijk op de schouder, maar
dat zegt vaak niets over hun echte mening
en gevoelens. Die verbergen ze achter die
glimlach." En jouw eigen glimlach dan?
"Die is echt", antwoordt Finidi. De zon
breekt weer door op zijn gelaat. Lacht:
"Wat dacht je anders? Ik voel me
momenteel op alle fronten gelukkig.
Believe me!"
Er is geen enkele reden aan zijn woorden te
twijfelen. Finidi heeft eind vorig jaar voor
de laatste maal de deur van zijn hotelkamer
achter zich dichtgeslagen. Samen met zijn
rond diezelfde tijd gearriveerde vrouw
Nora heeft hij een appartement op
Duivendrecht betrokken. "En dat scheelt
natuurlijk stukken met m'n beginperiode.
Met mijn vrouw hier in Nederland en een
eigen huis voel ik me een stuk beter op
mijn gemak. En ik kan eindelijk weer
Nigeriaans eten. We kunnen in
Amsterdam alle spullen kopen die we
nodig hebben. Nee, we gaan 's avonds
bijna nooit naar het centrum. Ik zit liever
thuis. Beetje reggea-muziek luisteren of
een videofilm kijken. Liefst comedies of
mafiafilms, daar houd ik van. Of gewoon
lekker lezen. Ik heb laatst een Nederlands
boek gekocht. De titel weet ik niet meer, ik
moet er nog in beginnen. Gelukkig begin
ik de taal nu eindelijk een beetje te
doorgronden. Zelf spreken valt nog niet
mee, maar als ik Nederlanders om me heen
hoor praten kan ik het gesprek al aardig
volgen."
King Assist"
Finidi's kennis van de Nederlandse
(voetbal)taal is inmiddels dermate groot,
dat hij zich tijdens trainingen en
besprekingen als tolk voor zijn landgenoot
Kanu opwerpt. Nwankwo Kanu, 17 jaren
<f ft