halen om het veld op te stappen". "Pas als je weg bent bij Ajax, pas wanneer je elders zit zoals ik nu in München, besef je eigenlijk hoe mooi en professioneel een club als Ajax in elkaar zit. Elke training werd benut om iets te leren, om wijzer te worden, om verder te komen. Niet alleen individueel, maar ook als team. Het systeem, de taken, de afspraken, het positiespelletje. Dagelijks kwamen die elementen terug". "In het buitenland is dat anders. Te vaak wordt daar getraind zonder specifiek doel. Er wordt enkel getraind om te trainen. Zelden gebeurt het doelgericht. Te weinig zit er een visie achter. Bij Ajax heb ik dat gevoel nooit gehad". geen bal geraakt "Ik zal mijn eerste dag in het spelershome in De Meer nooit vergeten. Ik gaf ze allemaal een hand, van Peter Boeve tot Marco van Basten, en ik zag die gezichten. Die spraken boekdelen. Wat komt die in vredesnaam nou hier doen, zag ik ze allemaal denken. Ik wist niet dat er zo over mij werd gedacht. Ik moet zeggen dat ik de eerste twee maanden bij Ajax ook geen bal raakte. Van FC Utrecht naar Ajax; het bleek een enorme omschakeling voor me. Het duurde even voordat ik aan dat stapje hogerop was gewend. Bij FC Utrecht had ik veel meer tijd om een bal aan te nemen en te kijken. Ik bewoog daar pas, zodra ik in balbezit was. Nooit eerder. Bij Ajax, ineens, zag ik iedereen al bewegen en positie kiezen nog voordat ik zelf de bal had aangenomen. Ik wist in het begin niet wat me overkwam. Ik had amper de tijd om te handelen. Bij Utrecht was ik gewend eerst rustig een paar keer om m'n as te draaien en op m'n gemak eens rond te kijken waar ik die bal naartoe zou schoppen. Bij Ajax kreeg ik daar de tijd niet voor. Het tempo lag veel hoger. De bal mocht volgens de Leer van Cruijff bovendien maar één keer worden geraakt. Dat was in het begin niet gemakkelijk voor me. Toen de competitie eenmaal was begonnen, ging het beter. Per wedstrijd zag ik meer vooruitgang in mijn spel. Om heel eerlijk te zijn: Cruijff had een type voetballer als ik bewust aangetrokken, maar hij moet toch blij verrast zijn geweest toen bleek dat ik meer kon dan tot een controlerende middenvelder, tot een speler die het zaakje in het elftal coördineerde. Dat kwam mede omdat het met Cruijff klikte. Eigenlijk zonder dat we het er samen ooit nadrukkelijk over hebben gehad, werd ik in het veld zijn verlengstuk. Ik trok mijn mond open, ik stuurde spelers naar voren, haalde anderen weer terug. Vaak ging dat helaas niet zonder vloeken en tieren. "Ja, types als ik komen niet voort uit de alleen een balletje veroveren. Met Spelbos had hij in wezen de dezelfde ervaring gehad. Die overtrof ook de stoutste verwachtingen door plotseling goede passes te geven." Vloeken en tieren "Een goed elftal kan niet zonder balveroveraars. Kan niet zonder spelers, die door hun inzet iets hebben toe te voegen. Op hun beurt trekken spelers als ik zich dan weer aan het hoge niveau van de rest op. Bijna vanzelf groeide ik mee. Langzamerhand ontwikkelde ik me

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1993 | | pagina 97