spelen we in de C-competitie. Zag ik laatst
een wedstrijd van de Dl tegen de Cl van
Stormvogels en we winnen met 8-1. Zit
twee jaar verschil tussen! Het spelen van
internationale toernooien is eigenlijk onze
beste leerschool. Daar krijgen we
tegenstanders van niveau. Bij de A
junioren gaat het goed met de landelijke
jeugdcompetitie. Daar speel je eigenlijk
iedere week een topwedstrijd. De B
junioren doen dat ook en voor de C zou
het ook goed zijn. Het is alleen financieel
nog niet door iedereen op te brengen".
Geen Jan Wouters
Het type voetballer dat Ajax aflevert staat,
vreemd genoeg, wel eens ter discussie
wanneer er behoefte is aan types als Jan
Wouters en Peter van Vossen. Dat genre
zal niet gauw vanuit de eigen jeugd boven
komen drijven.
Cas:" We kunnen geen type Wouters
opleiden. En met een "type Wouters"
bedoel ik een voetballer die, als het in de
wedstrijd niet loopt, zijn schouders er nog
eens extra onder zet en door zijn instelling
de rest van het elftal meesleept. Dat soort
spelers hebben we echter wel nodig. Dat is
een probleem bij Ajax. Onze jeugd komt in
al die jaren te weinig onder druk te staan
om werkelijk zo'n type voetballer op te
kunnen leiden. Kijk, Jan Wouters komt bij
FC Utrecht vandaan en heeft jarenlang
moeten knokken tegen betere
tegenstanders en daardoor is hij zo
geworden. Daar komt nog bij dat hij ook
taktisch een heel goed inzicht heeft."
Al lang bestaat er bij Ajax de gelegenheid
voor spelers die niet voor een contract in
aanmerkingen komen zich te melden bij de
zaterdagafdeling.
Cas: Ik vind dat iedere jongen dat moet
aanpakken. Hij moet het maar eens een
jaartje aankijken. Onder elkaar wordt daar
weinig over gesproken hoewel er dit jaar
toch vier jongens van de Al zijn
overgestapt naar het zaterdagvoetbal.
Evenzo twee jongens van Ajax 2. Dat is
toch een aardig opstapje want vroeger
gingen ze zo de deur uit en nu hebben een
aantal jongens toch voor de
zaterdagafdeling gekozen. En dat kan best
interessant voor ze zijn, ook gezien de
belangstelling van het publiek en de media.
Wat betreft de entourage is het zeker
aardiger dan voetballen in het tweede
elftal, waar op dinsdagavond maar een
handjevol mensen aanwezig is. Dat geldt
ook voor de wedstrijden van de Al, terwijl
daar toch de talenten vandaan moeten
komen. In het algemeen vind ik dat er best
meer belangstelling zou mogen zijn voor
het jeugdvoetbal. Daar zie je toch de
talenten van morgen"
Ouders
Zeker in de jongste jeugd is de invloed van
de ouders belangrijk. Cas Harms heeft daar
als leider van de Al (16-18 jaar) wat
minder piee te maken. Hij kent dan ook
weinig of geen problemen.
Kijk, wij willen graag dat ze goed
voetballen," legt Cas Harms uit,èn dat ze
hun schooldiploma. Daar is wèl de
medewerking van de ouders voor nodig.
Teleurstellingen moet een speler meestal
zelf verwerken. Of hij gaat naar de leider of
naar z'n ouders. En die moeten hem
steunen. Niet door te zeggen dat hij de beste
is wanneer dat niet zo is, want dat is niet
reëel. Maar ze moeten hem de juiste weg
wijzen, bijvoorbeeld adviseren om eens met
de trainer of de elffalleider te gaan praten.
De ouders hebben een belangrijke taak.
Hoewel de jeugd steun nodig heeft moet de
discipline ook uit de jongen zelf komen.
Op tijd naar bed gaan, goed en verstandig
eten. Weten waarmee ze mee bezig zijn en
waar ze voor gekozen hebben."
mysterieus
"Toch, ondanks die vele goede voetballers
die tot de grootste talenten in Nederland
behoren, ondanks de uitstekende
organisatie van hoog tot laag, loopt het wel
eens mis. En worden wedstrijden verloren
daar waar het niet had mogen gebeuren.
Cas weet er alles van.
"Je ziet het voor je ogen gebeuren en ja kan
er niets aan doen. De voorbereiding is
altijd strak en scherp. Niemand krijgt de
kans te verslappen.
Als Co Adriaanse de bespreking houdt
gaan wij altijd ergens anders zitten. Na
afloop vragen we aan Frank (Frank van
Deursen, de fysiotherapeut) altijd hoe is
het in de groep? Hij weet dat dan precies.
Hoe de jongens zijn: druk of juist stil of
onrustig of noem maar op. Aan de
warming-up kan je al heel veel zien. Gaat
het slap en ongeconcentreerd. Doen ze
maar wat, dan is het mis. Alleen, dan kan je
er al bijna niets meer aan doen. Je probeert
het zo: als jullie gaan spelen zoals je de
voorbereiding hebt gedaan, dan wordt het
waardeloos. Ze moeten in zo'n geval
allemaal het knoppie omzetten en dat is
het probleem. Door zulke ongrijpbare
zaken verlies je vaak op de meest
onverwachte momenten. Een voorbeeld:
vorig jaar stonden we in de strijd om de
landstitel één punt achter op PSV. Op een
geven moment verspeelden zij één punt en
wij kwamen één punt voor. Vervolgens
moesten wij tegen PSV spelend, een
wedstrijd die in feite beslissend was voor
de titel. Je zou als groep toch zeggen: ze
moeten van goeden huize komen willen ze
me dat afnemen. En toch verlies je met 4-1!
Dus vergooide je in één wedstrijd alles wat
je in een heel seizoen had opgebouwd.
Iedereen dacht: hoe is het in Godsnaam
mogelijk, PSV is kampioen.
En datzelfde PSV verliest een week later
met 5-2 van Feyenoord. Daar gebeurde dus
precies hetzelfde. Onverklaarbaar!
Je ziet dat trouwens in elke
leeftijdscategorie gebeuren. Tot en met ons
eerste elftal aan toe.
Ik denk wel eens: er bestaan echt
mysterieuze krachten in de sport en daar
doe je niets aan. Die zijn er gewoon...