alle blikken verwachtingsvol omhoog
gericht.
Bij de oefeningen blijkt soms dat de
coördinatie nog zeer moeizaam gaat. "Ja,
als ze tegelijkertijd iets met hun armen en
iets met hun benen moeten doen gaat het
nog wel eens mis. Maar je moet ze zien als
ik ze voor de eerste keer krijg. Dan kunnen
ze echt niets. Maar na een paar maanden
zie je al duidelijke resultaten.
gehad, komt hij om 7 uur thuis. Wij
hebben dan al gegeten. Zijn bord gaat de
magnetron in."
Leerschool voor trainers
Dennis' leider Henk van Teunenbroek
heeft de jeugdopleiding in de laatste jaren
een steeds volwaardiger plaats in zien
nemen binnen de club.
Bioscoop, zwembad
en...Ajax
Behalve Ladru en Jambor is
ook keeperstrainer Frans
Hoek met de groep bezig. Op
dinsdag neemt hij de E-
keepers onder handen. In ruil
daarvoor mogen die keepers
een andere training - de
maandagse - overslaan.
Dennis van der Kraan van de
El vindt die trainingen van
Hoek fantastisch. "Hij leert er
veel van," zegt zijn moeder.
"Het gaat beter met Dennis
dan ik gedacht had. Toen hij
met het idee kwam om bij
Ajax te gaan voetballen
probeerde ik hem tot
bezinning te laten komen.
Maar hij was niet te houden.
We wonen nu in Huis ter
Heide, maar ik kom
oorspronkelijk uit
Amsterdam. Dennis had mij,
voordat hij bij Ajax zat, wel
eens gevraagd of ik niet weer
naar Amsterdam terug wilde.
Daar was tenslotte de bioscoop, het
zwembad en Ajax waar hij van plan was te
gaan voetballen. Ik zei nog dat het heel
moeilijk was om bij die club te komen,
maar op een gegeven moment schreef hij
zichzelf toch in voor de instuif. Hij redde
het ook nog. Ik heb nooit geweten dat hij
zo goed was. Tja, en nu zit hij, als alles
goed gaat, de komende jaren bij Ajax. Wij
vinden het fantastisch voor hem. Maar het
legt wel een belasting op het gezin. Vier
keer per week heen en weer tussen Huis ter
Heide en Amsterdam, dat is best een
opgave. Eén van ons brengt hem. Een
gezamenlijke maaltijd zit er niet meer echt
in. Als hij op dinsdag keeperstrainen heeft
Patrick Ladru, de trainer van de Ajax E-junioren.
"Het is allemaal begonnen met Johan
Cruijff, de trainer," zegt Van Teunenbroek.
"Hij was de eerste die het belang inzag van
de doorgetrokken lijn van het eerste naar
de jongste jeugd. Voor die tijd hing het er
toch maar een beetje bij. Nu is het heel
goed geregeld. Van Gaal kent iedere speler.
Dat weet ik uit eigen ervaring omdat ik
iedere thuiswedstrijd de mascotte in de
vorm van een jong-junior aflever. Van
Gaal weet altijd direct om welke speler het
gaat. Het voordeel is natuurlijk ook dat hij
zelf met de jeugd heeft gewerkt. Dat merk
je aan heel veel dingen. Het is voor trainers
ook een goede en misschien wel onmisbare
leerschool. Patrick Ladru zal ook niet voor
eeuwig bij de E blijven. Hij is bezig voor
zijn oefenmeester 1 en loopt stage bij het
tweede van Gerard van der Lem. Ach,
trainers komen, trainers gaan, alleen de
leiders blijven staan. Dat roep ik dan altijd.
Maar zoals het nu gestructureerd is, krijgen
we voldoende waardering van bovenaf.
Voor de leiders is de periode na maart altijd
erg leuk. Dan volgen namelijk de
buitenlandse toernooien. Ik
vind het een feest om met die
hele groep op stap te gaan.
Mijn favoriete toernooi is bij
Meudon in Parijs. Dan spelen
die jongens tegen clubs als
Real Madrid, Benfica en
Bordeaux. Wat is er nou
mooier dan zo'n hele kluit
jochies van 8,9 jaar zien
genieten van Parijs. Ik wil ook
altijd graag dat we bij die
buitenlandse toernooien in
één grote ruimte slapen, met
z'n allen bij elkaar. Een school
of een klooster, alles beter dan
verdeeld te worden bij
pleeggezinnen. Bij het
toernooi in Parijs zitten we in
een internaat. Prachtig. Van
zo'n trip leren die jongens ook
weer veel. Hoe vaker we ze zo
bij elkaar hebben, hoe meer
Ajacied ze worden. Gelukkig
hoef ik niet zo veel jongetjes
aan het eind van het seizoen te
vertellen dat ze bij Ajax weg
moeten. In deze
leeftijdscategorie valt slechts
twintig of dertig procent af.
Misschien dat ik mede daardoor wel een
voorkeur heb voor het begeleiden van deze
groep, dat zou kunnen... Maar als de
rapporten beneden de maat zijn, dan moet
je ook hard kunnen zijn. Hoe erg ik het ook
vind als er iemand weg moet, ik kan het ze
toch redelijk gemakkelijk vertellen. Meestal
voelden ze het zelf wel aankomen. Dat
neemt niet weg dat er zo nu en dan wat
tranen vloeien. Het is niet anders. Alleen de
allerbesten blijven over. Het is ook de enige
manier om aan de top te blijven. Met mooi
en technisch verzorgd voetbal natuurlijk,
want zo is de stijl nu eenmaal van Ajax. Er is
veel veranderd bij de club, maar dat niet. En
het moet ook nooit veranderen."
AJAX MAGAZINE NOVEMBER 1993