dat IFK Vasteras toentertijd echt de club van de familie Pettersson was. Nu is dat niet meer zo. Mijn broers, die echt behoorlijk goed konden voetballen, hebben voor hun studie gekozen en zijn rond hun twintigste gestopt. En door het overlijden van mijn vader zo'n anderhalfjaar geleden, heeft nu niemand van onze familie nog enige binding met IFK Vasteras. Wanneer ik bij mijn moeder op visite ben ga ik ook niet meer bij de club kijken. Als ik een Zweedse krant lees zoek ik nog wel eens na hoe ze gespeeld hebben, maar meer ook niet. Het is ook alweer twaalf jaar geleden dat ik daar ben weggegaan. En op het moment dat ik bij Vasteras vertrok had ik ook geen rot-gevoel. Mijn overgang naar IFK Norkköpping was daarvoor een te grote uitdaging. Vanwege de traditie van die club. 3. De Droom "In mijn jeugd droomde ik ervan om prof voetballer te worden. En omdat er in Zweden geen echt professioneel voetbal bestond, droomde ik dus van een karrière in het buitenland. Maar ondanks die droom en het besef dat ik vergeleken met anderen heel goed kon voetballen, heb ik mijn doelen nooit te hoog gesteld. Daarin ben ik heel goed opgevoed. Bij mij thuis leefde echt de instelling 'we zien wel wat er van komt.' Rond mijn 24ste leefde die jeugddroom helemaal niet meer zo sterk, omdat ik bij IFK Göteborg voetbalde en we met die club op het allerhoogste niveau speelden en in Europa veel successen beleefden. Vlak voordat ik naar Ajax ging, naar Nederland verhuisde en mijn jeugddroom dus uitkwam, hield ik me niet meer met die droom bezig. En juist toen kwam 'ie uit." 4. Het Besef "Ik had al vrij vroeg in de gaten dat ik het in het voetbal zou kunnen gaan maken. Bij IFK Vasteras speelden we in de Zweedse top en deed ik het altijd erg goed. Al viel mijn spel nog niet eens zo ontzettend op, omdat er nog veel meer jongens waren die erg goed konden voetballen. Een paar van mijn teamgenoten uit die tijd hebben in Zweden ook de hoogste divisie gehaald. Maar als dertien, veertien jarige jongen wist ik ook dat je in Zweden niet van voetbal alleen kon leven. Ik ben daarom bewust met school doorgegaan, heb altijd goede cijfers gehaald en ben na de basisschool nog economie gaan studeren." 5. Het Debuut "Mijn debuut maakte ik voor mijn gevoel bij IFK Norrköping, in 1982. We speelden in de Europa Cup tegen Southampton. Peter Shilton stond op doel. We speelden 2- 2 en ik maakte beide goals voor Norrköping. Ik had mijn debuut in de hoogste divisie van Zweden toen al al gemaakt, maar als echt debuut schiet die wedstrijd me als eerste te binnen. In de volgende ronde speelden we tegen AS Roma 0-1 en 1-0 en vlogen we er op het nippertje uit na verlening en penalties. Ik benutte mijn strafschop trouwens wel. In de competitie ging het dat jaar heel wat minder met ons. Met een hele goede ploeg degradeerden we. In veel wedstrijden waren we de betere ploeg, maar verloren we steeds ongelukkig met een doelpuntje verschil. Natuurlijk was die degradatie erg voor de club, maar het was voor mij niet de grootste teleurstelling in mijn voetbalkarrière tot dan toe. 6. De Ontwikkeling "Na tweeënhalf jaar IFK Norrköping kreeg ik de kans om bij IFK Göteborg te gaan voetballen. Die overstap naar de grootste club van Zweden maakte ik natuurlijk graag, maar omdat er moeilijkheden onstonden over de transfer heb ik het eerste halfjaar bij IFK Göteborg niet kunnen spelen. Toen ik eindelijk speelgerechtigd was kwam ik ook nog eens net uit militaire dienst met een slechte conditie en zat daardoor een tijd lang op de reservebank. In mijn eerste jaar bij IFK Göteborg waren er ook bijna geen blessures, waardoor de trainer in totaal misschien dertien of veertien spelers gebruikte. Bij IFK Göteborg speelde ik met heel veel goede voetballers om mij heen. Mede door die goede teamgenoten ben ik ieder jaar een stapje beter geworden. Nee, bij mij is het niet met sprongen vooruit gegaan, maar juist heel geleidelijk. Ieder seizoen weer net ietsje beter. Bij IFK speelden we het bekende 4-4-2 systeem, waarbij ik één van de twee spitsen was of centraal op het middenveld speelde. Als spits voetbalde ik toen veel meer in de diepte, meer richting het doel van de tegenstander en wisselde veel van positie. In ieder geval veel meer dan nu het geval is bij Ajax. Ik kan ook niet zeggen of ik beter ben geworden bij Ajax, omdat ik in Zweden gewoon heel anders voetbalde. Bij IFK Norkköpping was de trainer heel blij met me omdat ik zo goed weg kon draaien van een tegenstander en dan met de bal de ruimte in te lopen. Bij Ajax gebeurt dat juist bijna nooit. Hier is er altijd iemand om de bal op terug te leggen, waardoor je zelf minder opvalt. Overigens is de waardering bij Ajax hier niet minder groot om." 7. Ajax "Ajax is mijn club geworden. En daar zijn verschillende oorzaken voor. Er is na Vasteras geen club geweest waar ik zo veel seizoenen heb gevoetbald als bij Ajax. En verder is de speelwijze van de club heel bepalend voor mij. Het echte voetbal krijgt hier een kans en er wordt door iedereen aanvallend gespeeld en gedacht. In Zweden leeft het beeld dat de prof wereld in het buitenland heel hard is en dat je in dat wereldje ook bijna geen vrienden maakt. Veel Zweedse voetballers die in het buitenland hadden gespeeld hadden in ieder geval die ervaringen opgedaan en vertelden daarover. Maar zo is het hier bij Ajax dus helemaal niet. Dat ik tijdens dit seizoen er over heb nagedacht om terug te keren naar Zweden heeft ook niets met Ajax te maken. Sinds ik hier ben is de belangstelling voor de club steeds groter geworden en is het hier alleen maar vooruit gegaan. Maar ik moest gewoon bij mezelf nagaan of ik het wel in mij had om nog een paar jaar aan de top mee te kunnen draaien. Of het thuis wel lekker zou blijven gaan. Want wanneer dat niet het geval is, kan ik niet optimaal presteren en hoef ik hier niet te blijven. Daarom duurde het eventjes voordat ik een jaar bijtekende, met daarbij een optie van nog een jaar. Daarna ga ik terug naar Zweden. Dat is mijn land. Ik mis de rustige omgeving en 's winters de sneeuw. AJAX MAGAZINE MEI 1993

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1993 | | pagina 57