Edgar Davids in volle glorie. Op snelheid behoudt hij het overzicht en het technisch vermogen om de verdediging van de tegenpartij (hier die van RKC) uit te spelen. idee wat ik ga doen en komt de beweging vanzelf. Soms weet ik het wel. Als die beweging dan lukt, is het nog altijd net zo genieten als toen ik nog op straat voetbalde. Al is het nu niet meer de actie om de actie. Ik weet ook dat wanneer het om wat voor reden dan ook technisch gezien niet gaat, je een tactische oplossing moet zoeken. Concentreren op scherp verdedigen. Merk ik dat ik niet in de wedstrijd zit, dan probeer ik de risico's zo klein mogelijk te houden. Als je hard werkt en sober speelt, heb je altijd een zes. En je kunt die bal bijna altijd wel terug of breed kwijt. Dan kies ik daar even voor en dan werk je vanzelf weer toe naar je eigen acties. Davids maakt vaak belangrijke doelpunten voor Ajax. Vaak is het het eerste doelpunt in een belangrijke wedstrijd. "Misschien komt het wel doordat ik vanaf de eerste minuut echt heel erg scherp ben", stelt Edgar, "maar het zou ook best kunnen dat het gewoon een kwestie is van geluk of toeval. Het maakt me niet uit, het belangrijkste is dat ze erin gaan. En dat ik degene ben die zijn hand de lucht in kan gooien, is mooi meegenomen." Edgar zegt met klem dat hij nog lang niet zover is, maar uiteindelijk ziet hij een buitenlands avontuur ook wel zitten. "Het spreekt voor zich dat ik eerst hier bij Ajax moet slagen. Het gaat nu redelijk, maar het moet nog veel beter. Pas dan mag ik serieus hopen op een dergelijke stap. Maar als je toch kijkt naar hoe het in landen als Spanje en Italië toegaat, dan word je wel even stil. Daar zijn voetballers goden. Het moet geweldig zijn om dat mee te maken... Kijk, de belangstelling is hier ook groot, maar ik kan hier nog gewoon over straat. Dat hoef je in Spanje of Italië niet te proberen." Dollen In de Ajax-selectie gaat Edgar het meest om met Clyde Wijnhard en Dan Petersen. De rol die vroeger op straat door zijn broer Ricardo en Ulrich Landvreugd werd vertolkt, 'wedstrijdje piepelen', wordt bij Ajax gespeeld door Marciano Vink. "Aan poorten komen we niet vaak toe, maar we proberen elkaar wel altijd te dollen. Dat blijft leuk, hoewel het passeren er niet eenvoudiger op is geworden. Edgar Davids: "Als ik een beweging in mijn hoofd heb en die lukt, dan is het nog net zo genieten als vroeger op straat". Marciano is lekker in vorm. Maar af en toe lukt er nog wel eens wat op de training." Na afloop van de training is Edgar bijna nooit als eerste van het veld. Er is altijd nog voldoende te doen met de bal aan de voet voordat de douche wordt opgezocht. Er is nog tijd genoeg voordat hij richting Amsterdam-noord afreist. Tijd om de geheimen van de bal nog beter te leren kennen en de vriendschap met dat stuk leer nog inniger te laten worden. AJAX MAGAZINE MAART 1993

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1993 | | pagina 26