Het
technisch
realisme
Edgar
Davids
Interview
Foto's: Louis van de Vuurst
De taakbewuste technicus
door Raymond Bouwman
Het ritueel wordt iedere training met zorg uitgevoerd. De
jutezakken met trainingsballen worden door de eerste spelers
het veld op gesjouwd, ledereen heeft zo zijn eigen manier om de
training te beginnen. Even lekker een balletje naar elkaar
trappen, rustig aan. Wanneer Edgar Davids het hek doorgaat,
zoekt hij direct een bal uit. Zonder ook maar één van zijn
medespelers een blik waardig te keuren, gaat hij aan de slag.
De bal danst vanaf zijn linkervoet op zijn rechter, wordt
teruggehaald onder de voet en via een bijna onzichtbare
beweging weer meegenomen.
"Ik moet altijd even weten of het er nog
is," zegt Edgar.
Pas als hij zijn eigen vaardigheidstest heeft
gehad, wordt de blik omhoog gericht en
wordt hij zich weer gewaar van de
omgeving. Als de training daarna begint,
verandert de balverliefdheid in een
gedreven nauwgezetheid. Je ziet de
basiselementen van zijn talent, techniek en
fanatisme. Elementen die een in de
voetbalwereld unieke symbiose vormen.
"Ik ken inderdaad niet zoveel spelers die
deze twee eigenschappen allebei hebben,"
erkent Davids, "Het is vaak toch één van de
twee. Ik heb ook geen idee waardoor het
komt dat het in mijn spel wel zit. Het is
nooit anders geweest. Toen ik op straat
voetbalde ging het al zo. Ja, de nadruk lag
natuurlijk wel meer op de techniek, maar
als het erop aankwam, kon ik er fanatiek
tegenaan gaan. Logisch, want ik speelde
met goede voetballers als Ulrich
Landvreugd, die nu bij Cambuur speelt, en
mijn broer Ricardo. We maakten ons niet
druk om het maken van doelpunten. De
enige score die echt telde was hoeveel keer
je de anderen piepelde tegen het aantal
keren dat je zelf werd gepiepeld. Het
hoogtepunt was daarbij altijd het poorten.
Als je werd gepoort, hoorde je dat de hele
AJAX MAGAZINE MAART 1993