INTERVIEW MAARTEN OLDENHOF
"IEDEREEN BIJ AJAX MOET HET GEVOEL
HEBBEN ER BIJ TE HOREN""
Bussen alle krantenberichten over trans
fers door, viel nauwelijks op dat Ajax was
overgegaan tot het aanstellen van een Fi
nancieel Directeur. Een zeer belangrijke
stap, omdat die helemaal past in het kader
van de toekomstige organisatie van de
club. Die moet op een dusdanige zijn ge
structureerd, dat men op dat gebied met
een gerust hart de jaren '90 in kan. Ook
past het in het beeld het bestuur meer de
gelegenheid te geven te besturen en de
uitvoerende taken zo veel mogelijk neer te
leggen waar dat hoort: bij de directie. Op
het technisch en commerciële vlak was de
club reeds voorzien. De financiële en orga
nisatorische kant ligt thans in handen van
Maarten Oldenhof, 30 jaar en sinds 1 au
gustus in dienst van Ajax. In onderstaande
monoloog stelt Oldenhof zich aan u voor
en komt zijn visie naar voren over zaken
zoals het heden en de toekomst van onze
club, vanuit zijn
financieel en organisatorische optiek.
Studie
"Ik ben geboren en getogen in Apeldoorn,
tot het moment dat ik ging studeren in Gro
ningen. Van jongs af aan heb ik gevoetbald
bij Robur et Velocitas, begonnen in de
pups, tot en met het eerste elftal. Vanaf
mijn achttiende heb ik in Groningen ge
woond, waar ik bedrijfskunde studeerde.
Die studie nam zes jaar in beslag. Afgestu
deerd en onmiddellijk de militaire dienst in.
Ik ben in Groningen blijven voetballen, bij
Be Quick en later bij Groninger Studenten.
In mijn laatste studiejaar ben ik naar Am
sterdam verhuisd, om daar een stage van
een jaar bij de NMB-bank te lopen. Dat sta
gejaar was een verplicht onderdeel van de
studie. Ik kwam daar bij het Directoraat Ef
fecten en Beleggingen. In 1986 studeerde
ik af. In militaire dienst kreeg ik iets te ma
ken met automatisering. Omdat Bedrijfs
kunde een nogal organisatie-achtige finan
ciële studie is, die niets te maken heeft met
automatisering, was dat vrij nutteloos.
Na mijn diensttijd ben ik de organisatie-ad-
vieskant opgegaan en kwam ik terecht bij
een club van oud McKenzey-medewer-
kers, die voor zichzelf waren begonnen. Ik
was daar een soort jongste bediende. Wel
leuk, want men werkte daar uitsluitend
voor de grootste bedrijven van Nederland.
Zeg maar de top-honderd. Voor mij was
dat hard werken maar erg leerzaam. Ik
werkte ook in de weekends, waardoor ik
het voetballen moest opgeven. Ik woonde
in Amsterdam, werkte in Den Bosch en
voetbalde in Apeldoorn. Dat ging dus niet.
Twee jaar later ben ik overgestapt naar een
bedrijf dat zich bezig hield met fusies en
Maarten Oldenhof, thuis in Amsterdam,
thuis bij Ajax.
Foto: Louis van de Vüurst
overnames. Maar na een jaar leek het me
beter de andere richting op te gaan, niet
meer zo bezig te zijn met adviezen. Meest
al strookt je advies met dat van de op
drachtgever maar vaak wordt dat om de
één of andere politieke reden niet uitge
voerd. Je mist dan de macht om je idee uit
te voeren. Ik wilde wel eens aan de uitvoe
rende kant staan. Ik ging daarom zelfstan
dig werken en kreeg bij verschillende be
drijfjes allerlei interim-opdrachten uit te
voeren. Heel leerzaam.
Geweldige baan.
In de zomer las ik een interview met Arie
van Os in het NRC. De strekking van het
verhaal was, dat Ajax bezig was de organi
satie te professionaliseren. Ajax moest zich
voorbereiden op de jaren '90 en was op
