fir bouw een muurtje om me Meen
Muurtje
Op de redaktie van het Ajax-
magazine vonden we de tijd rijp om
Bryan Roy eens aan een vraag
gesprek te onderwerpen. Roy tim
mert weer behoorlijk aan de weg en
lijkt de misère van vorig seizoen van
zich af te hebben geschud. De voet
baller Bryan Roy kent vele liefheb
bers, veel bewonderaars, maar ook
veel criticasters, zoals dat met veel
spitsen het geval is. Bryan Roy is
een vleugelspits. Meer nog dan cen
trumspitsen zijn flankaanvallers on
derhevig aan vormschommelingen.
Hetgeen natuurlijk voer is voor de cri
ticasters. Roy kende een vormcrisis
die bijna een seizoen lang duurde
volgens hen. Het tegendeel is mis
schien wel waar. Roy heeft vorig sei
zoen het meest leerzame jaar uit zijn
nog korte loopbaan gehad.
Met dank aan de mensen die hem
met kritiek begeleiden, overigens.
Een grote dankzegging lijkt ook
besteed aan Leo Beenhakker, die
hem vertrouwen blééf geven, die
hem bleef steunen, maar vooral ook
blééf leren. En blijft leren
"Het Ajax-magazine? Dat is een tijd
geleden", roept Bryan Roy als hij
vraagt voor welk blad het interview
is. Het is inderdaad even geleden dat
Roy voor het voetlicht van dit medi
um kwam. De verslaggever ant
woordt: "we hebben maar even ge
wacht tot het beter met je ging".
Hij lacht,"dat is maar goed ook, zo
zou het eigenlijk moeten. Wat heb
ben mensen nou aan zeurverhalen".
Niet dat Roy de afgelopen tijd in een
verschrikkelijk diep dal heeft geze
ten, maar om nu te zeggen dat vorig
jaar 'het jaar van Bryan Roy' was,
gaat ook te ver. Dat is dan ook het
eerste gespreks-item waar we hem
mee confronteren. Wie bepaalde dat
vorig jaar 'zijn jaar' moest worden?
Voelde hij dat ook zo, en, kón hij
eigenlijk wel aan die verwachting
voldoen?
"Ik weet niet wie die uitspraak heeft
gelanceerd. Ik vond het een belache
lijke uitspraak. Ik was pas 19 jaar
oud en om dan al te zeggen dat het
het jaar van Bryan Roy moest wor
den, dat sloeg eigenlijk nergens op.
Dat kon Bryan Roy helemaal niet
waarmaken, het was allemaal veel te
vroeg.
Toen ik het las, liet ik het over me
heen komen, ik lachte er maar een
beetje om. Ik wist voor mezelf dat ik
Bryan Roy
daar niet aan kon voldoen. De pest is
dat iedereen die verwachting moeite
loos overneemt, waardoor je dus in
principe voor iedereen door de mand
valt. Daar sta je dan met je goeie ge
drag. Aan de andere kant heb ik het
niet als een zware last met me mee
gedragen. Ik ben gewoon aan het
seizoen begonnen met de gedachte
'we zien wel'. Boos over die uit
spraak ben ik nooit geweest, het
kwaad was al geschied. Misschien
was het wel positief bedoeld, alleen
was de timing niet bepaald perfekt.
Het werd mijn jaar dus helemaal niet.
Ik heb veel geleerd. In mentaal op
zicht maar vooral ook fysiek.
De trainer liet me steeds staan. Hij
had me er ook naast kunnen zetten,
want zo lekker heb ik niet gespeeld.
Pas tegen het einde van het seizoen
kwam de vorm enigszins terug.
Beenhakker liet me echter steeds
meedoen. Ik werd steeds met de har
de werkelijkheid geconfronteerd en
dat is best leerzaam.
Het gaf ook veel vertrouwen. De wil
om goed te presteren was iedere
wedstrijd wel aanwezig maar het ging
gewoon niet. Ik kwam kracht tekort,
ik kwam mijn man niet voorbij, je
zelfvertrouwen wordt dan nóg minder
en zo kom je in een vicieuze cirkel
terecht. Hard werken en steeds op
nieuw blijven proberen was het enige
dat ik kon doen. De trainer beloonde
dat steeds met een nieuwe kans.
Tenminste, zo zag ik dat.
Ik weet niet of trainers dat meer
moeten doen, iemand laten staan die
de vorm niet heeft. Ik denk dat je dat
in het buitenland niet kunt maken,
dan hakken ze bij wijze van spreken
je kop eraf. Leo Beenhakker kon dat
vorig seizoen bij Ajax wel maken. Hij,
Ajax in zijn geheel en ikzelf hadden
wat krediet en daarom durfde hij het
aan, denk ik. De trainer zal het daar
zelf af en toe ook wel moeilijk mee
gehad hebben. Er is best kritiek op
geweest dat hij me steeds liet staan.
Ik kan alleen maar dankbaar zijn dat
hij het heeft aangedurfd. Ik ben er
wél door gegroeid. Beenhakker gaf
me de tijd, jeugdspelers krijgen hier
altijd de tijd die ze verdienen en
nodig hebben".
Vorig seizoen werd dus niet het sei
zoen van Bryan Roy. Het werd wél
het seizoen van Ajax, want de club
werd na lange tijd weer eens kampi
oen. Het gebeurde misschien niet zo
overtuigend maar het was wel een
teken dat Leo Beenhakker met zijn
jonge équipe op de goede weg was.
Het kampioenschap was een stimu
lans voor de Ajacieden die met Oran
je in Italië op het WK aanwezig wa
ren en die als enigen een behoorlijke
prestatie neerzetten. Ook Bryan Roy
was met Oranje afgereisd naar Het
Tournooi der Tournooien. Roy kwam
niet aan spelen toe, hoewel de pers
vaak in de waan verkeerde dat het
WK-debuut van Roy aanstaande was.
Met name toen er tegen Engeland en
Ierland gespeeld moest worden, werd
er veelvuldig gespeculeerd over de
entree van Bryan Roy in het elftal.
Leo Beenhakker besliste echter an
ders en Roy bleef een (zeer nabije)
toeschouwer. De in Italië aanwezige
vaderlandse pers liet geen gelegen
heid onbenut ergens een vuurtje te
stoken. Vanaf het trainingskamp in
Oostenrijk tot het duel tegen West-
Duitsland bleef men aktief in het zoe
ken naar licht ontvlambaar materiaal,
de aansteker in de aanslag.
Ook Bryan Roy en zijn gedrag wer
den op brandbaarheid getest. Vol
gens veel journalisten zou Roy zich
niet als een 'echte prof' hebben ge
dragen bij het Nederlands Elftal.
Waar of niet waar, het wordt zomaar
over je geschreven en het publiek
neemt zulke zaken doorgaans klak
keloos over: je naam wordt te grab
bel gegooid. Als voetballer word je