Wat internationaal voetbal betreft houdt Danny Blind een vreemd record in stand. Twee keer bereikte
hij met Ajax de finale in het Bekerwinnaarstoernooi maar hij speelde slechts een handvol minuten. Vóór
de finale in Athene raakte hij geblesseerd en voor de eindstrijd in Straatsburg tegen KV Mechelen werd
hij door Westduitser Pauly na een professionele overtreding van het veld gestuurd. Op de foto zien we
Danny Blind juichend afstormen op Peter Larsson, die zojuist tegen Olympique Marseille heeft
gescoord.
Positief
"Aanpassingsproblemen heb ik hier
helemaal niet gehad. Ik kwam hier
gelijk met Jan Wouters. Nee, zowel
binnen als buiten het veld heb ik
geen noemenswaardige problemen
gekend. Ik probeer me altijd positief
op te stellen. Ik ben op zich een vrij
rustig type, maar ik sluit me nergens
buiten. Nu er een aantal oudere jon
gens zijn weggevallen, ben ik met
mijn zevenentwintig jaar zelfs de
oudste. Nee, ik ben in de loop der ja
ren niet méér gaan praten in het
veld. Ik coach veel, maar ik denk dat
dat weinig met je leeftijd te maken
heeft, omdat je sowieso voortdurend
je medespelers moet coachen. Maar
van nature ben ik niet zo'n prater.
Als ik terugkijk op die 3 jaar bij Ajax
heb ik behoudens een schorsing of
een blessure, geen wedstrijd hoeven
te missen. Ik ben een type speler die
zelden een acht of een negen scoort,
maar ook zelden een vier. Ik ben een
vrij constante speler, maar zo dien ik
ook te spelen: taakbewust en niet
teveel rare fratsen uithalen.
Toch heb ik altijd de intentie om me
zelf te verbeteren. Vooral positioneel
word je naarmate je ouder wordt
steeds sterker."
Over het afgelopen seizoen is Blind
niet echt tevreden. Als fervent Cruijff-
aanhanger kreeg hij aanvankelijk te
maken met Kurt Linder, die het even
als Thijs Libregts tegen de geest van
zijn voorganger (Cruijff) moest opne
men.
"Het is voor Kurt Linder natuurlijk
heel moeilijk geweest toen hij hier
kwam, omdat negenennegentig pro
cent van de groep het eens was met
de ideeën van Cruijff. Maar Linder
heeft eigenlijk geprobeerd om zoveel
mogelijk van de dingen die Johan
Cruijff in ons spel had gebracht eruit
te halen. Je kan echter niet van de
éne op de andere dag radicaal om
slaan, terwijl je met ongeveer dezelf
de ploeg werkt. We hebben na het
vertrek van Cruijff wel van tevoren
met het bestuur overlegd over een
nieuwe trainer. Alleen waren de
namen die wij naar voren brachten
om de één of andere reden niet haal
baar. Vandaar Kurt Linder."
De omschakeling
"Nee, het spel van Sparta en Ajax is
totaal niet te vergelijken. Het is voor
mij ook een hele omschakeling ge
weest. Bij Sparta was ik eigenlijk
meer aanvaller dan verdediger, om
dat je altijd 4-4-2 speelde.
Daarbij mócht je niet aanvallen. Juist
aan de zijkant lag de ruimte voor de
rechtshalf en de rechtsback. Die rol
was mij op het lijf geschreven, omdat
ik van origine geen verdediger maar
een middenvelder ben. Ik ben, vóór
ik door Barry Hughes bij Sparta tot
back ben omgeturnd, altijd aanvallen
de middenvelder geweest. Zodoende
kon ik mezelf als aanvallende back
lekker uitleven. Bij Ajax werd ik ge
confronteerd met een heel andere
speelstijl. Met echte buitenspelers en
die moet je niet voor de voeten gaan
lopen, want dan maak je de ruimte
alleen maar kleiner. Ik moest daarom
achterin voortdurend één tegen één
spelen en daar heb ik me dan ook
echt op toe moeten leggen. Zoals ik
bij Sparta voetbalde, heb ik hier nooit
meer kunnen voetballen. Daar haalde
ik per wedstrijd tien, vijftien keer de
achterlijn.
Met Ajax sta je niet zelden met twin
tig man op de helft van de tegenstan
der, dus dan moet je de overgeble
ven ruimte ook niet nog eens gaan
dichtlopen.
In principe zou ik de ideale back voor
PSV zijn, in het systeem dat zij spe
len. Maar ik ben toch blij dat ik nu
hier zit, hoor.
Maar nogmaals, mijn primaire taak
bij Ajax is verdedigen. Bij Ajax heb je
als back ook veel meer verantwoor
ding. Het Ajax-spelletje is er nu een
maal op gebaseerd, dat de laatste
man voor zijn verdediging komt te
spelen om een meerderheid op het
middenveld te creëren. Dat houdt al
tijd extra risico en verantwoordelijk
heid voor de verdediger in. Het moei
lijkste daarvan is dat je bij Ajax vaak
moet kiezen tussen óf je eigen man
consequent afdekken óf eventueel
aan de linkerkant corrigerend optre
den, als daar iemand van de tegen
partij doorbreekt. Kiezen tussen
mandekking of positiedekking.
Eventuele fouten daarin worden ge
nadeloos afgestraft, omdat je feitelijk
geen laatste man meer achter je
hebt staan. Dat is ook de directe oor
zaak van het feit dat er al jarenlang
bij Ajax een verhaal de ronde doet,
dat verdedigers bij Ajax maar hoogst
zelden uitgeblonken hebben. Het is
echter inherent aan het aanvallende
spel dat je wel eens één of meer
goals meer om je oren krijgt. Al tien,
vijftien jaar geldt de verdediging van
Ajax als het zwakste gedeelte van de
ploeg, maar neem van mij aan dat
het ook het moeilijkste gedeelte is."
Oranje
Reeds als aanstormende back van
Sparta speelde hij twee interlands
met Oranje. Toch is hij als Ajacied bij
drie interlands blijven steken.
Ja, m'n interland-carrière is inderdaad
een beetje ongelukkig verlopen.
In 1986 debuteerde ik tegen Schot-