Dekselse Bergkamp
flikt het weer
OROS MACHIE
Dennis Bergkamp, wie anders?
Bergkamp leidt Amsterdammers hogerop
wellicht omdat ze alle tijd hebben. Het
was Hebe, de godin van de jeugd, die
als eerste het woord vroeg en kreeg.
"Tussen de dappere strijders van Ajax
zitten veel talentvolle jongemannen
sprak zij." Eén daarvan heb ik bij het
eerder door u, Zeus, gememoreerde
bezoek aan Athene, leren kennen. Bij
de gelegen
heid mocht hij slechts proeven van de
kamp met de Duitsers uit het oosten,
maar hij kwam kwiek, krachtig en
karaktervol naar voren. En hij is snel,
bijna net zo snel als Achilles. Hij zou
ons middel kunnen zijn om Ajax zijn
glans te doen hervinden, ook al omdat
hij zijn naam mee heeft!" Hebe sprak
met een voor haar doen ongewone
vurigheid. "Zijn naam is Bergkamp.
Delen we die naam in tweeën dan
hebben we allereerst "Berg", Neder
lands voor ons "Oros". Wat is er
mooier als symbool voor onze berg
Olumpos?! Het tweede deel, "Kamp",
staat voor de strijd, de krachtmeting,
dat wat wij "Machie" noemen. In zijn
Het gebeurde niet vaak dat de goden
zich verzamelden op de berg Olumpos
voor een vergadering, maar een uit
zondering was het ook weer niet.
Vrij regelmatig zelfs, zo eens in de
veertig jaar, vleide men zich in het gras
van de hoogste griekse top. Officieel
om de ontwikkelingen van de laatste
tijd de revue te laten passeren en te
filosoferen over de jaren van morgen.
Maar in de praktijk kwam het meestal
neer op een uitermate gezellig onder
onsje waarbij geestrijk vocht rijkelijk
vloeide en waar men elkaar in wel
sprekendheid naar de kroon stak. Heel
luchtig en goddelijk amusant.
Maar dat de goden, van Apollo tot
Hermes, van Eros tot Aphrodite, door
hun oppergod Zeus voor spoedberaad
werden opgetrommeld was een zeld
zaamheid. Dat was de afgelopen vier
honderd jaar zeker niet meer gebeurd.
Met ernstige gezichten legden de
goden zich dan ook neer op de
flanken van de Olumpus, benieuwd
naar wat Zeus er toe had bewogen
hen te ontbieden.
Zeus' fonkelend oog gleed over zijn
verzamelde goden, velen daarvan
zonen, dochters ook, van de
bestuurder van het lot der mensen.
Het was 7 oktober en normaal ge
sproken was de temperatuur nog
lekker mild en aangenaam. Maar deze
avond werd de hemel bedekt door
grimmig dreigend zwerk.
"We zijn hier bij elkaar," sprak Zeus
langzaam toen hij zag dat alle goden
aanwezig waren, "om een ernstig
misstand recht te zetten. Zoals de
meesten van jullie die het aardse
bestaan volgen weten, gaat het niet
goed met Ajax in zijn nederzetting in
het verre westen. Ik weet, hij is geen
god zoals u en ik dat zijn, maar slechts
een held. Niettemin blijft hij een Griek
zoals wij en zijn lot gaat ons allen aan
het hart.
Nog maar anderhalf jaar geleden was
Ajax nog bij ons in Athene om er een
feestje te vieren, maar nu wordt hij
gekweld. Roddel en achterklap, intri
ges en rancune ondermijnen de nazaat
van Telamon.
Ik zeg u, goden, wij kunnen niet
lijdzaam toezien. Aktie is geboden!"
Een instemmend gemompel steeg op
uit de godenschare. Tot zich een
heldere stem daaruit verhief. Het was
die van Athenae, godin van de
beleidvolle strijd, de wijsheid en de
kunst.
"Maar hoe, o Zeus," sprak zij, "hoe
kunnen wij onze held, waarmee we
ons verbonden voelen, bijstaan? De
voetbalstrijd, waarin hij zich heeft
bekwaamd, is ons onbekend."
"Juist," antwoordde Zeus, "juist,
Athenae. Daarom heb ik jullie naar
Olumpos laten komen. Samen moeten
we een oplossing bedenken. Laat ons
daarom peinzen."
Een paar minuten was het stil. Maar
goden hebben weinig tijd nodig,