ERIC DE HAAN 'Je begint bij Ajax helemaal op nul. De doorstroming van talenten bij Ajax staat als opvallend bekend. Zeker ieder seizoen kan het publiek zich verheu gen op de doorbraak van jeugdigen waarbij dan meestal blijkt dat een nieuwe periode is aangebroken. Niet voor zover dat het totale spel betreft maar wel voor de speler zelf Namen als Bryan Roy, Richard Witschge en Frank Verlaat zijn al bijna niet meerweg te denken al hebben deze young sters nog niet veel wedstrijden in het eerste elftal gespeeld. Maar op de momenten dat ze er wel waren beloofde dat erg veel voor de nabije toekomst. Een uitstekende ontwikkeling en helemaal in de lijn van het voetbaltechnische Ajax- beleid. Opmerkelijk is evenwel ook, dat de positie van de keeper ogenschijnlijk onaantastbaar is. Stanley Menzo is één der weinigen die vrijwel alle wedstrijden aanwezig is en het doel van Ajax tracht schoon te houden. Er is de laatste jaren geen wedstrijd te bedenken dat Stanley niet onder de lat stond. Dus heeft de tweede keeper van Ajax het al die tijd kunnen vergeten en mocht hij slechtsz'n kunsten vertonen in het tweede team of kon hij plaats nemen op de bank bij de verrichtingen van het eerste elftal. Reden om juist die tweede keeper eens op de voorgrond te plaatsen temeer daar enige vorm van publiciteit rondom Eric de Haan (23) minimaal is. Bezig aan z'n tweede seizoen bij Ajax heeft hij in het eerste elftal nog niet van zich laten horen en ook bij de bekerontmoeting tegen Sparta moest hij Lloyd Does burg voor laten gaan. Wie is die Eric de Haan? Waar komt hij vandaan en vooral hoe zijn de ervaringen van, zeg maar, anderhalf jaar Ajax? Altijd volop trainen, het doormaken van alle voorbereidingen maar nog net niet dat allerhoog ste bereiken. Het verhaal van een keeper die nog elke dag leert: 'Ik denk dat maar weinig jongens bewust op jonge leeftijd het doel Verkiezen. Als jongetje wil je juist doelpunten ma ken en niet voorkomen dus in pupillen elftallen wil meestal niemand op doel. Ga maar kijken in de jeugd. Soms tref je echt een gebrek aan keepers aan. Zelf ben ik ook als C- junior bij NFC in Amstelveen als linksbuiten begonnen. Kan je nagaan. Vroeger hoefde een keeper nooit goed te kun nen voetballen. Alleen maar die bal tegenhouden. Dan was je al de man. Nu is dat natuurlijk totaal anders. De keeper moet ook kunnen voetballen, en goed ook. Alleen maar die bal uit het doel houden is echt onvoldoende. Nou ging dat voetballen bij mij niet zo erg slecht maar, zoals dat zo vaak gaat, ging ik op een gegeven moment zomaar in het doel staan. En ik vond dat eigenlijk wel leuk en dus ben ik er maar gebleven. Altijd bij NFC. Alle jeugdelftallen doorlo pen, altijd in de hoogste teams tot en met het eerste elftal dat eerste klas zondag-amateurs speelde toen ik naar Ajax ging. In dat jaar werd NFC zelfs kampioen en promoveerde naar de hoofdklasse waar het nu nog is. Die periode bij NFC was schitterend. Erg veel meegemaakt en het leuke was altijd dat het team eigenlijk vanaf de junioren tot aan het eerste elftal grotendeels bij elkaar gebleven is. We hadden toen heus wel een aardig elftal, speelde in de Interregionale Jeugdkompetitie. In de voorrondes werden we derde achter Ajax en Haarlem. We maakten toen ook nogal wat buitenlandse reizen. Onze trainer, Bart Bregman, was daar zeer aktief in. Z'n broer Kees speelde in die tijd in West- Duitsland in de Bundesliga bij MSV Duisburg. We hebben daar wel eens een voorwedstrijd gespeeld. En dan natuur lijk de buitenlandse tournooien. Geweldig was dat en het leuke was dan altijd dat je meestal tegen iets sterkere tegenstanders speelde wat natuurlijk weer een goede leerschool was. Maar ja, op een gegeven moment hoorde ik van de heer Vlietman, trainer van NFC, dat Ajax belangstel ling voor mij had en dat men mij een periode zou volgen. Geweldig natuurlijk. Als jongetje was Ajax altijd mijn favo riete club en dat nu dan misschien een kans zou bestaan ook daar te kunnen voetballen zou iets geweldig zijn. Ajax heeft mij toen 2 maanden gevolgd. Vervolgens mocht ik een week meetrainen met de A-selektie en werden er ge sprekken gevoerd, eerst met Bruins Slot en daarna met Cruijff. Het contract werd geregeld en ik kon beginnen. Lastig was dat ik toen ook nog in militaire dienst zat maar dat duurde niet lang meer. De eerste dag, de eerste training, is altijd wat vreemd na tuurlijk maar ik moet zeggen dat ik voortreffelijk werd op gevangen. En zwaar natuurlijk, die eerste training. Kan ook niet anders want je gaat van de ene dag op de andere over van twee keer per week naar twee keer per dag trainen. Maar grote problemen heb ik niet gekend. En je leert na tuurlijk vreselijk veel. Ajax is echt een voetbalschool. Je leert tot in de kleinste details je bewegingen te verbeteren. In het begin had ik heus wel wat moeite om te keepen in de spelstijl van Ajax. Nu gaat dat wel een stuk beter. Vooral het coachen is belangrijk. Dat moet goed gebeuren. De timing is beter geworden, maar ook gewoon opstellen in het doel, een extra pasje naar links of iets naar rechts, het zijn soms heel kleine dingetjes maar erg belangrijk. Kort na mijn start bij Ajax zat Telstar met een keeperspro bleem en werd mij gevraagd voor ongeveer tien weken bij Telstar te spelen. Een prima gelegenheid om wat ervaring in het betaalde voetbal op te doen. Dus erg goed voor m'n ontwikkeling. Ik heb het negen weken volgehouden want toen raakte ik bij NEC geblesseerd aan m'n oog. Een nop of zo erg lastig. De laatste wedstrijd heb ik toen niet gespeeld. Vervolgens weer terug naar Ajax. En dan zie je toch wel het grote verschil tussen ere- en eerste divisie voetbal. In de eerste divisie is het echt bikkelhard Engels voetbal. Recht toe recht aan, de bal zo snel mogelijk in de 16 meter en dan maar zien wat er van komt. De eredivisie is duidelijk van veel hoger niveau, daar wordt echt gevoetbald. Toen Fred Grim definitief was verdwenen werd Lloyd Does burg aangetrokken en nu is het zo dat Stanley natuurlijk eerste keeper is en dat Lloyd en ik om en om in het tweede spelen en op de bank bij het eerste zitten. Nee, ik heb daar absoluut geen moeite mee. Ik zie nog steeds een stijgende lijn in mijn spel, ik leer nog iedere dag. Natuurlijk hoop ik ooit dat eerste elftal te bereiken. Geen enkele keeper kan vrede hebben met alleen maar op de bank zitten en nooit dat eerste elftal halen. Je moet je plaats zien te veroveren door beter te spelen dan de nummer 1Verder kunnen er altijd blessures ontstaan zodat je toch altijd op scherp moet staan wanneer dat moment zich voordoet. Uiteraard zit niemand bewust te hopen dat je voorganger geblesseerd raakt om op die wijze een plaats te krijgen. Maar in het voetbal werkt dat vaak wel zo. Voorlopig heb ik vrede met de huidige situatie. Op zich vond ik het wel jammer er tegen Sparta om de KNVB-Beker niet bij te zijn. Maar misschien

AJAX ARCHIEF

Magazine (1987-2007) | 1987 | | pagina 17