2
In het afgelopen verenigingsjaar was het in de KNVB nog steeds niet
bepaald rustig.
Het bestuur van de sectie betaald voetbal van de KNVB bestond uit de
heren:
A.A. v.d. Louw, voorzitter
Mr. C.J. v.d. Berg
A. Harmsen
Mr. J. Hogewoning
H. Hut
K. Jansen
R. de Vries.
In de Algemene Vergadering betaald voetbal, gehouden op maandag
28 november 1983 deelde de Heer Jansen het volgende mede:
"Hij stelt dat voor de Heer Van der Berg en hemzelf de maat vol is.
"Het gaat hier niet alleen om de reclame- en sponsoringskwestie
"Ook in het verleden is de positie van de werknemersvertegenwoordi-
"gers aangetast. Spreker is van mening dat het functioneren van de
"Heer Van der Berg en hemzelf door dit bestuur onmogelijk wordt ge-
"maakt. Dit houdt derhalve in, dat zowel de Heer Van der Berg als
"hijzelf aftreden en hun functies ter beschikking stellen. De spe-
"lers- en trainersfracties moeten dan maar bezien of zij deze pos-
"ten überhaupt nog gaan bezetten."
De eerste verzoeningspoging van sectievoorzitter Van der Louw in de
breuk die tussen werkgevers- en werknemersvertegenwoordigers was
ontstaan, is in eerste aanzet vastgelopen. Na een urenlange bijeen
komst op vrijdag 2 december 1983 in Rotterdam, besloten de aanwezige
vertegenwoordigers van de werknemers (WON en VVCS) dat voorlopig de
door Karei Jansen en Mr. Cees van der Berg opengevallen zetels in
het bestuur niet opgevuld zullen worden.
De Heer J. van Marle zei in de Bondsvergadering 1984 onder meer het
volgende
"Op maandag 28 november 1983 ontstaat een breuk in het betaalde
"voetbal. Eén dag later verklaart de Staatssecretaris van WVC, dat
"het bestuur betaald voetbal binnen 14 dagen orde op zaken moest
"stellen. Komt er geen bevredigende oplossing, dan zal de Staats
secretaris de financiële steun van de overheid aan de bedrijfs
tak betaald voetbal opnieuw bekijken. Is het juist een dergelijk
"standpunt in te nemen en daarmede een oordeel uit te spreken zon-
"der de KNVB te horen? Is het niet erg, dat één dag na de breuk
"een lid van de Tweede Kamer aan de Staatssecretaris verzocht maar
"vast een bedrag van 900.000,- gulden uit het voetbalpotje naar
"andere sectoren van de WVC-begroting over te hevelen?
"Het betaalde voetbal als speelbal in de politieke arena.
"Waarom dan, geen 14 dagen later, voor de zoveelste maal gegrepen
"naar het dreigement van het dichtdraaien van de rijksgeldkraan."
Nog een alinea uit de rede van de Heer Van Marle:
"In alle ernst wil ik kwijt, dat ik het in de verhouding over-