39
3. Notulen van de vergadering van 12 maart 1981.
De heer Gianotten is van mening dat zijn opmerkingen omtrent de structuur van de vere
niging niet geheel juist zijn weergegeven bladzijde 6
De heer Vunderink zegt dat op bladzijde 6 de Nederlandse taal niet juist is toegepast. Be
twijfeld moet zijn betwijfelt.
De notulen worden hierna goedgekeurd en door voorzitter Harmsen vastgesteld, onder
dankzegging aan Holsheimer voor de samenstelling.
4. Mededelingen van het bestuur.
Voorzitter Harmsen vraagt enige ogenblikken stilte in verband met het overlijden van de
leden F.Kubin, J.L.G.Stam en F.van Hazendonk.
Hij vervolgt met de mededeling dat van de 7 jeugdelftallen er 4 kampioen zijn geworden,
namelijk de juniores A 1B 1B 2, en C 1
De resultaten van de seniores laten wat meer te wensen over, het door het 3e elftal verlo
ren terrein is nog niet herwonnen.
Ons 1e elftal heeft van de laatste 14 competitie-wedstrijden er 12 gewonnen, 1 ge
lijk en 1 verloren, zodat er 25 punten werden behaald, terwijl de 16 wedstrijden vóór
de winterstop slechts 16 punten opleverden.
Jong Ajax heeft zich niet kunnen plaatsen voor de Reserve ere - divisie, maar wel werd
de halve finale van de beker - competitie bereikt.
Hij deelt mede dat in een bestuursvergadering met de heer Fischer is gesproken over de in
stelling van een Commissie voor Goede Diensten, welke bepaalde door het bestuur aan hun
gedelegeerde zaken kan onderzoeken en het bestuur daarin van advies te dienen.
Hij stelt voor in deze commissie de heren Fischer, Kraan, Gianotten en Middendorp te be
noemen.
De heer Van Wijk wil weten wat de taakomschrijving van deze commissie zal zijn en of de
ze commissie wel past in de structuur van de vereniging.
De heer Caransa is van mening dat deze commissie moet worden gekozen door de leden
raad en dat de taakverdeling ook door de ledenraad dient te geschieden.
De secretaris geeft een nadere uitleg wat eigenlijk de bedoeling is van deze commissie
en denkt dat de heer Caransa er te zwaar aan tilt.
De commissie zal in geen geval bemoeienis hebben met de organisatie van en het be
leid in de vereniging.
De heer Lambregts zegt ook voorstander te zijn van een taakomschrijving.
De heer Klok vraagt of de reglementen wel voorzien in de instelling van een dergelij
ke commissie.
De heer Schoevaart stelt dat we toch meer van dergelijke commissies hebben, waarbij
hij bijvoorbeeld-denkt aan de Tournooi - commissie.
De heer Fischer zegt dat een zaak allereerst bij het bestuur aanhangig wordt gemaakt en
het delegeert de zaak dan eventueel aan de commissie voor onderzoek en advies, waarna
het bestuur de beslissing neemt.