- 77 -
STUDIE- EN BEGELEIDINGS-COMMISSIE.
De commissie -bestond in het afgelopen verenigingsjaar uit de he
ren:
D.C.Karremans;
J.Tielenburg;
I.Waals en
H.Po de Weers.
Overeenkomstig het gestelde in het huishoudelijk reglement had de
commissie een concept van haar evaluatie-rapport over het seizoen
1978-1979, gedateerd 27 augustus 1979» aa*1 het bestuur toegezon
den.
Het rapport werd door het voltallige bestuur met de voltallige
commissie besproken in de bestuursvergadering van 9 oktober 1979*
Gelet op het basisprincipe van de vertrouwelijke aard van de
werkzaamheden van de commissie volgt hieronder gedeelten uit het
rapport met weglating van namen en details.
De 2e alinea van het rapport volgt hieronder:
"Het verheugt de commissie ten zeerste te kunnen constateren,
"dat zij in het derde jaar van haar bestaan één van haar voor
naamste doelstellingen -het verwerven van een vertrouwensposi
tie binnen de vereniging- bijna optimaal heeft kunnen verwezen
lijken. Niet in de laatste plaats dankt zij dit aan allen die,
"direct of indirect, ertoe hebben bijgedragen de commissie die
"plaats te geven, die zij zichzelf als ideaal voorhield; met name
"het bestuur van wie zij altijd volledige steun en maximale bereid
"willigheid heeft ondervonden, vooral in de personen die qua func
tie het nauwst bij de werkzaamheden van de commissie waren betrok
"ken, te weten de heren Boering en Van Eijden, alsmede van trai
lers, jeugdleiders en zeker ook van administrateur Gerard Hols-
"heimer en het conciërge-echtpaar Nielsen."
De contacten met de jeugdcommissie zijn geïntensiveerd, vooral
door het regelmatig contact (ter vergadering) met haar secretaris
Jan Neefjes, over wiens medewerking niets dan goeds valt te mel
den.
In januari 1979 -halverwege het seizoen 1978-1979- was commis
sie benaderd door 32 spelers met problemen van zeer diverse aard.
Ondanks dit hoge aantal bestond bij de commissie de indruk dat er
meer problemen waren dan waarvan zij wist. Besloten werd volgens
een daartoe opgesteld schema alle spelers van de selectie-elftal
len voor een gesprek uit te nodigen. Dit resulteerde in een 8-tal
gevallen waarin direct hulp kon worden geboden.
Op grond van deze ervaring heeft de commissie besloten dit sei
zoen (1979-1980) in een veel vroeger stadium gesprekken te voe
ren met alle spelers van de selectie-elftallen, temeer omdat
veelal blijkt, dat in een verder gevorderd stadium efficiënte
hulp komt als mosterd na de maaltijd.
Evenals in het voorafgaande seizoen (1977-1978) zijn de resulta
ten van de individuele studiebegeleiding treffend te noemen:
- van de 12 eindexamenkandidaten die werden begeleid, slaagden er
10;
- van de 10 niet-examenkandidaten worden er 8 bevorderd;