MISTER
AJAX
Beste Bob,
Ervaring
Emotie
Beleving
Werken
Winnen
Dat zijn de woorden die
mij te binnen schieten
als ik aan jou denk.
Fred Grim
kopvoetbal fanatieker dan een match. Hij zweepte
ons op, spoorde ons aan, hielp ons en wees naar
de vier muren van
De Meer: het doel. Vergeleken bij detraining van
Meneer Haarms waren de wedstrijden oases
waarin er tijd was om bij te komen. Dat we won
nen was normaal. Want we waren Ajax. We droe
gen dat witte shirt met de rode baan.
'Adel verplicht', zei Meneer Haarms. En hij lachte
en hij glom wanneer we hadden gewonnen. Was
hij trots? Was hij tevreden? Het leek er op.
Wij wisten dat we het ook aan die trainer te dan
ken hadden dat we tegenstanders versloegen. Wij
deden ze pijn omdat wij zelf pijn hadden gegeven,
op de training. Die beloning smaakt te heerlijk en
was het doordeweekse lijden waard geweest.
Door te winnen had je het recht trots te zijn dat je
Ajacied was.
'Adel verplicht'. Bob bracht ons niet de briljante
passeerbeweging bij, hij leerde ons niet jonglerend
drie tegenstanders voorbij te lopen, onderwees
ons niet de hakbal als elegante oplossing van een
probleem. Voetbalvermogen hadden we, anders
speelden wij niet in dat witte shirt met de rode
baan. Hij bracht ons de essentie van Ajax bij:
meer te doen voor je sport dan anderen meer te
geven dan je concurrent, alles er voor over te heb
ben om te slagen, verlies te ervaren als een
schande.
Want adel verplicht.
En hij leerde ons dat de volledige overgave voor
het voetbal alles te maken had met de liefde voor
je sport en voor je club. Ajax!
Drieënzestig.vierenzestig.VIJFENZESTIG!
Vijfenzestig jaar is-ie. Meneer Haarms, Oom Bob,
Bob. Elke dag binnen die vijfenzestig jaar bereid
om te lijden voor dat superbe overwinnaarsgevoel
dat je recht op Ajax-trots gaf. Alle voetballers die
onder hem trainden accepteerden zijn eis omdat
zij zagen dat hij zichzelf die eis ook stelde en er
naar handelde. Ziek van verlies, trots op de zege.
Verliefd op zijn club.
De man die Ajax is, verdient eer. Adel verplicht.
Voor mij van nu af aan: Sir Bob.
David Endt
'Laat de kreupelen weer scoren
Heeft een hekel aan patat
Is verliefd op grote oren
een net vol darmen en bloed aan de lat
Een houten schip, een ijzeren man
Voltooid verleden tijd
Man werd schip en schip werd man
alle schoonheid ten spijt.
Hij doorstond de tand des tijds
van postduif tot fax
Voor mij heeft Bob de eerste prijs
Die van Mister Ajax
Gerrie Mühren
10