Simon Tahamata de goeie ouwe tijd
Hoewel hij de grotere potentiële aanleg van hem onderkent: diens voortreffelijke atletische
vermogen en de unieke passeerbewegingen. Maar Simon Tahamata brengt een veel grotere
wil op om te slagen in het keiharde milieu van de broodvoetballers. 'Ik heb één handicap', zegt
hij, 'ik ben klein, zoals de meeste Zuid-Molukkers. Daardoor halen velen het niet, hoewel er
onder ons grote talenten schuilen. Groter groeien doe ik niet meer. Dat maakt dat ik altijd
zwak zal blijven in de lucht en heel weinig gewicht in de duels kan brengen. Wat dat laatste
betreft: misschien kan veel krachttraining daar een beetje verandering in brengen, we zijn er
al regelmatig mee bezig geweest, het komende seizoen gaan we ermee verder. Ik ben daartoe
bereid hè, voor of na elke training een half uurtje extra te oefenen. Misschien kan ik er ook een
beetje meer kracht door ontwikkelen in mijn bovenbenen en daardoor over een beter schot
beschikken. Dat stelt nog niet veel voor, hoezeer er door de trainers, Van Daal en Haarms, ook
op getraind is. Merkwaardig, want een behoorlijke pass heb ik wel. Ik weet nietwaar het door
komt. Ik moest het voorlopig van m'n snelheid hebben, die voorzet en werken. Verdedigen is niet
leuk, maar ik weet dat het erbij hoort.'
Waarna Simon Tahamata opmerkt dat-ie vooral voor zijn ouders bezig is die kwaliteiten van hem
te exploiteren. 'Ik kom uit een echte voetbalfamilie. Drie broers en twee zusjes van mij spelen
nog, m'n oudste broer is trainer van Chans, de club van Ambonezen in Tiel. En mijn vader stond
vroeger al aan de lijn: 'Simon een knakie voor elke goal, die je scoort.' Dat leverde me wel eens
een tientje op, maar dat deed-ie graag. Ze hebben het met z'n allen ook mogelijk gemaakt,
financieel dan, dat ik naar Amsterdam kon verhuizen om daar de Ajax-school te doorlopen. Ik
voel me daardoor een beetje verplicht iets voor mijn ouders te doen. Ze zijn erg trots op mij,
ik op hen. Mijn vader zat vroeger in het KNIL, heeft in Nederland gewerkt, maar loopt nu in de
WAO. Afgekeurd vanwege zijn rug. Voor m'n ouders is het misschien wel 't moeilijkst, leven in
Nederland, zij beheersen zelfs de taal niet goed. Hun grote wens is ook terug te keren naar de
Molukken, naar hun ouders die daar nog leven. Ik moet er in de eerste plaats voor zorgen dat
ze er op vakantie kunnen gaan.'
Simon Tahamata heeft de Nederlandse nationaliteit aangenomen. Dat moet niet verkeerd
worden opgevat: dat is louter en alleen gebeurd omdat hij anders in administratieve problemen
zou verzeilen bij Ajax. 'Als ik dat paspoort niet had gehad, moesten er steeds weer visa worden
aangevraagd. Dat kan dagen duren, geeft enorm veel problemen, dus heb ik het maar gedaan.'
Hij verzoekt nadrukkelijk te vermelden dat het zijn ideeën over de RMS niet veranderd heeft.
'Ik ben hier geboren, maar Nederland is niet mijn vaderland. Ik voel me een Ambonees, ik ben
een Ambonees, hoewel ik me geen echte vreemdeling voel in dit land. Ja, als ik terug kon
gaan naar Ambon, dan ging ik ook. Net als alle andere jongeren. Thuis spreken we er niet veel
over, maar de jongeren in Tiel des te meer. In het Maleis, uiteraard, het duidt op kapsones,
als ik Nederlands praat. Die acties onlangs? Ik weet niet hoe ik ze moet beoordelen. Door dat
voetballen sta ik een beetje buiten de gevoelens in de Zuid Molukse gemeenschap.'
Pagina 37
De Meersche Helden 2Q14 - 2015