[POFKa] De Goeie ouwe tijd zijn solo zag eindigen na een keiharde charge. Ruim een kwartier later volgde de tweede Ajax-aanval in het eerste bedrijf, die resulteerde in een indirecte vrije trap net buiten het strafschopgebied. Wim Jansen legde de bal breed op de instormende Keje Molenaar, die de bal keihard onder de deklat in het net van het doel van AZ'67 schoot. Molenaar, bezig aan een grillig seizoen bij Ajax, explodeerde van vreugde en zette iedereen in het stadion op de banken. Inde tweede helft trok Cruijff zich wat terug, waardoor hij beter tot zijn recht kwam, en in de 72e minuut ook het beslissende doelpunt voor zijn team [gescoord door Vanenburg] kon inleiden. Dat moment, waarop Cruijff de bal zonder te stoppen in een vloeiende beweging doorspeelde, vormde het hoogtepunt in een wedstrijd die voornamelijk door AZ werd gemaakt. Dat de Alkmaarders, ondanks hun overwicht en hun beweeglijkheid toch niet wonnen, was voor een belangrijk deel toe te schrijven aan Piet Schrijvers. De Ajax- doelman leek opnieuw te willen bewijzen dat hij, en niet Hans Galjé, onder de lat behoort te staan, en stopte onder andere de meestal voorin spelende Metgod en Kist, die alleen voor hem opdoken, af. In de tweede helft vergrendelde Cruijff als een extra verdediging de doortocht voor Peters en Metgod, hoewel de laatste nog voor 2-2 zorgdroeg. Een schitterende bal in de diepte van Cruijff, na de wissel van Wim Kieft tot spits gebombardeerd, stelde invaller Gerald Vanenburg in staat het zeker gelijkwaardige AZ'67 uit te tellen. Het publiek klauterde massaal over de afrastering en bestormde nadat de stadionklok op 45 minuten was gesprongen ongeremd het veld. Scheidsrechter Charles Corver floot maar niet eens meer af. Als de kampioen van het vorige seizoen deed AZ'67 in een passende omlijsting de titel over aan Ajax."Het was een grootse wedstrijd. Het publiek was de absolute winnaar", roemde de scheidende Alkmaarse trainer Georg Kessler de topper van zaterdagavond in het uitpuilende Olympisch Stadion. Ajax - AZ ontspon zich als een boeiend schouwspel, met wisselende kansen maar voor alles een aanvankelijk slimmer en gevaarlijker AZ. De Alkmaarders bedachten een tactiek, waardoor de Amsterdammers bijna de hele eerste helft achter de bezoekers aanrenden. Met Hans Reijnders onverwacht in de defensie kreeg Johnny Metgod een enorme vrijheid om mee aan te vallen. In samenwerking Jan Peters beukte hij Ajax op zijn zwakke plek. "De dekking op het middenveld klopte bij ons niet", kaartte trainer Aad de Mos later na. "De ploeg had geen oplossing voor Metgod en Peters. Cruijff stond meestal tegenover die twee en dat kon hij niet belopen. Daardoor kwam ook Rijkaard in last". Zeker een half uur lang stichtte AZ, veel met de lange pass strooiend, paniek in de gelederen van Ajax, "De ploeg stond stijf van de zenuwen. Door de snelle voorsprong van AZ werd de angst allen maar groter, ledereen heeft meer gelopen dan ooit maar bemachtigde veel minder de bal", analyseerde Johan Cruijff, die al na acht minuten zijn rechterknie opnieuw verdraaide bij een mislukte effectbal. "Ik moest toen alles met links trappen. Daardoor was het voor mij ook niet zo gemakkelijk om rustte brengen". "Schrijvers heeft voor ons deze wedstrijd gewonnen. Kortgeleden is hem gevraagd of hij de jeugd wilde opleiden en alleen nog in het eerste van Ajax wilde spelen als Galjé niet beschikbaar zou zijn. Schrijvers voelt er echter niets voor, en afgaande op deze wedstrijd zeg ik ook dat het belangrijk is dat hij bij de selectie blijft. Omdat Galjé ook goede wedstrijden heeft gespeeld, vind ik dat rustig moet worden bekeken wie het volgende seizoen keept. Wel is het zo, dat deze wedstrijd bij die beoordeling zwaar meeweegt", aldus Ajax-trainer Aad de Mos. Ajax heeft dit seizoen ook een paar maal naar een plaats op de kunstpagina gesolliciteerd, maar trok zijn verzoek weer in toen het de laatste wedstrijden gewoon weer werkte in plaats van creëerde. Het inleveren van kwaliteit had niet alleen te maken met het tot driemaal toe ontbreken van kunstenmaker Johan Cruijff [met hem kwam Ajax tegen AZ ook maar zelden toe aan hogeschoolvoetbal], maar vooral aan vermoeidheid en gebrek aan nog meer inspiratie. Dat Cruijff uiterst belangrijk is geweest voor dit elftal, kan echter moeilijk worden ontkend. Vooral de 'nummer 14' bewees keer op keer dat het voetbal uit het gouden verleden, waarin hij met Ajax driemaal de Europa Cup won en zesmaal het landskampioenschap De Meersche Helden 2010 Pagina 28

AJAX ARCHIEF

Fanzine De Meersche Helden (vanaf 2008) | 2010 | | pagina 29